Tekstweergave van NL-WbdRAZU_DL_19150417_001

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
á jnt in Gelderland als: - urensche Courant” „De ch Nieuwsblad”, De Her- oor Haaften”, „Nieuwsblad r het Land van t Tiel”, n DEB „De Concurrent voo r.…ì“w_% g”, „Nieuwsblad voo Bommels embor Altena” Deze courant verschi Cul „De Geldermalser Lingebode”, wijner”, „Nieuwsblad v voor UITGEVERS: TER HAAR & SCHUIJT LEERDAM. INTERC. TELEFOON No. 2. d | Zaterdae 17 April 1915. _ DE LEERDAM Nieuws- en Advertentieblad voor ZUID-HOLLAND en GELDERLAND. ú Verschijnt Woensdays en Zaterdagsmorgens. Berichten en Advertentiën moeten uiterlijk Dinsdags en Vrijdagsmiddags 6 uur te Leerdam ter drukkerij van dit blad zijn. 250 J ahfg‚_ sooJspl00N | < I94AV 1004 perqsanaIN“< m Per drie maanden, franco per post f O.60. Enkele Abonnementsprijs: e dr e Advertentieprijs: Van 1-5 regels 50 cents; iedere regel meer 7!/, cent. Drie achtereenvolgende plaatsingen van dezelfde annonce wordt slechts voor tweemaal berekend. Groote letters naar plaatsruimte. ‘.w9q9uHon 1004 }u3Jm92u09 o“ ‘wn[ey «9pleuy ‘A peqgsmnaIN ‘,U9UerA ‘A perqsmnaIn“ PIEEMIDSSe[qIy ‘p "A perqsanaIN Ó -n9H 1004 pergsanaIN J00A pejgsamaIN < .193194199W 90 E L ' Wij berichten hiermede | onze abonné’s, dat (zooals _ in het Buitenland algemeen gebruike- lijk is, alsook bij verschillende bladen in Nederland en nu door meest alle dag- en weekbladen wordt inge- voerd) over de abonnementsgelden van ons blad zal worden beschikt in het begin van het loopende kwartaal en niet meer zooals tot heden gebruikelijk was na afloop ervan. Geleidelijk zullen wij gedurende de eerstvolgende kwartalen iets vroeger over het abonnementsgeld beschikken, totdat de dispositie geschiedt in ’t be- gin van het kwartaal. In plaatsen, waar wij geen agenten hebben, wordt over het abonnements- geld halfjaaarlijks per post of kas- sier gedisponeerd in den loop van dat halfjaar. Onze abonné’s verzoeken we hiervan goede nota te nemen en onze kwitan- tiën bij aanbieding wel te betalen, daar wij retour komen direct opnieuw per post zullen afgeven, doch dan verhoogd met 10 cts. dispositiekosten. DE UITGEVERS. NEDERLAND. Opcenten inkomstenbelasting, Staatscourant no. 86 bevat de wet tot heffing van opcenten op de Inkom- stenbelasting, ten behoeve van het »Leeningsfonds 1914”. Maximum kaasprijzen. Bij Kon. besluit zijn vastgesteld de aximumprijzen gedurende April, met ingang van I5 April, voor den verkoop in het groot van: volvette jonge Goud- sche kaas met rijksmerk f 42; volvette jonge Goudsche kaas f 40; jonge Edam- imer (40 ) f30; jonge - Goudsche kaas (40 1) f38; Edammer en Goudsche kaas (30f) f35; Edammer en Goudsche kaas of) f30; magere Edammer en Goud- che kaas f 20 ; Friesche nagelkaas f 2 B eidsche en Delftsche komijnekaas f 38, llles per 50 kilogram. Voorts voor den verkoop in het klein dezelfde soorten respect. 521 50, 50, 47 421 371 271/, 30 en 50 cents, illes per half Kg. Voor kaas, onder rabbinaal toezicht bereid, kan voor alle soorten bij verkoop n het groot f5 per 50 Kg. en bij ver. oop in het klein 5 cts. per half Kg. eer in rekening worden gebracht, Landbouwverloven. Op de vraag van den heer Albarda, of et de bedoeling is van den minister, dat e regeling der z.g. landbouwverloven oor gemobiliseerden ook gelden zal voor rbeiders van industrie en landbonw, ten inde dezen in staat te stellen den grond, Waarop zij levensmiddelen voor hunne gezinnen verbouwen, jbehoorlijk te be- Jerken heeft de minister van Oorlog ntkennend geantwoord. Ook een uitbreiding der regeling, zoo- at ook door arbeiders, die levensmid- len ten eigen gebruike verbouwên, er an kan worden genoten, kan niet in erweging genomen worden, omdat aardoor het getal personen, dat aan de erkte van de onder de wapenen zijnde hanschappen tijdelijk wordt onttrokken, groot zou worden. Intusschen zal mogen worden aange- omen, zegt de minister, dat het verlof, at ieder militair kan genieten het- lelk bovendien, ingevolge een door den dpperbevelhebber uitgevaardigde order in ‚° maand April één dag langer mag puren dan anders in verreweg de mceste gevallen voldoende zal zijn om C VOOr het verbouwen van eigen levens- iddelen bestemden grond te bewerken. MochF dit voor sommigen niet het eval zijn, doordat de te bewerken grond En VOOr arbeiders bijzonder groote op- ervlakte beslaat, bijv. meer dan een Á, dan_zal bij de behandeling van de bor hen in te dienen verlofsaanvragen, fnncer die oppervlakte is vermeld, in Verweging kunnen worden genomen, l te rekenen tot degenen, aan wie ndbouwverlof wordt verleend. P de vragen van den heer de Jong: Heeft de minister van Oorlog reeds een biforme regeling getroffen door verlee- '8 van tijdelijk verlof aan onder de pcnen zijnde Veehouders ingevolge de gging, door Z. Exc, gedaan in de 'gadering der Tweede Kamer van 26 Duarj IQI5 ? 00 ja, is de minister bereid, deze Scling mede te deelen ? Antwoordde de minister 15__gevolg van een door hem, minister, t zijn ambtgenoot van Landbouw, Nij- eid en Handel gehouden overleg, Tdt omtrent de verlofsaanvragen van üer de wapenen zijnde veehouders, van Oorlog : Naaraanleiding van een dergelijke vraag van den heer de Muralt, betreffende de landbouwers, verwijst de minister van oorlog naar het antwoord op de vragen van den heer de Jong. _ Vergoedingen aan de gezinnen van ° gemobiliseerden. De heer Duymaer van Twist heeft ge- vraagd : Kan de minister van Oorlog reeds het resultaat mededeelen van het overleg van de commissarissen der Koningin met de burgemeesters in hunne provin- cie, ter zake van het treffen van een voorziening, waarbij de vaststelling van die vergoeding aan de gezinnen van mi- liciens en landweermannen, die onder de wapenen zijn, op meer gelijken voet wordt geregeld ? De minister van Oorlog heeft op deze vraag geantwoord : Het overleg van de commissarissen der Koningin met de burgemeesters in hunne provincie, ter bevordering van een meer gelijkmatige toepassing van de vergoedingsregelen, heeft in sommige provinciën reeds geleid tot het verstrek- ken van een leiddraad, waarnaar zich de burgemeesters bij de vaststelling van de vergoedingsbedragen kunnen richten. In andere provinciën is een zelfde maat. regel te wachten. Nederland en de Oorlog. Uitvoer van vette varkens. Men schrijft aan de »N. R, Ct‚« Naar wij vernemen, bestaat het voor- nemen bij de regeering om Maandag a.s. de grenzen voor een beperkten uitvoer van vette varkens weer open te stellen, Zaanstroom en Batavier V. De minister van buitenlandsche zaken maakt bekend, dat in de Duitsche Reichs- anzeiger van 7 dezer belanghebbenden bij de aangehouden stoomschepen Zaan stroom en Batavier V en bij de ladin- gen daarvan zijn opgeroepen om binnen 14 dagen hunne vorderingen ter zake biij het prijsgerecht te Hamburg in te dienen. Deze vorderingen moeten onderteekend zijn door een bij een Duitsch gerecht toegelaten advocaat. (St.ct,) In verband met het bovenstaande ver- meldt de >N, R. Ct‚«, dat de Holland- sche Stoomboot-Maatschappij, eigenaresse van de Zaanstroom, en de frma Wm, Müller en Co. aan wie de Batavier V behoort, onverwijld de eerste stappen hebben gedaan, verband houdende met de indiening van haar vorderingen. Daar de oproeping reeds den 7den dezer in de Deutsche Reichs-Anzeiger is verschenen en de vorderingen binnen I4 dagen moeten zijn ingediend, rest aan de genoemde scheepvaartmaatschaps pijen nog slechts korten tiijd om de vor- deringen aan het Hamburger Prijsgerecht te doen toekomen. Woensdag is er tusschen de directies der Holl. Stoomboot-Maatschappij en de frma Müller en Co. overleg gepleegd betreffende deze aangelegenheid. De Duitsch-Nederlandsche incidenten. In verband met de Duitsch-Neder- landsche scheepvaart.incidenten is men, schrijft de »Tel.« in welingelichte krin- gen te ’s Gravenhage van meening, dat de Duitsche regeering, zoowel wat de »Medea« als de 5Zaanstroom« en »Ba- tavier betreft, zich op het standpunt der Declaratie van Londen zal stellen. Ons gouvernement zal echter de wettig- heid van dit standpunt betwisten en in geen geval met een ongunstige uitspraak van een Duitsch prijzenhof genoegen nemen. Mocht een Duitsch prijzenhof op grond der Declaratie van Londen de >Zaanstroom« en >Batavier Ve« ver- beurd verklaren en het in den grond boren van de sMedeas sanctioneeren, dan zal onze regeering voorstellen deze kwesties na afloop van den oorlog voor een Hof van Arbitrage te brengen. Daar naar alle waarschijnlijkheid Duitschland een dergelijk voorstel zal aanvaarden, ís het thans reeds zoo goed als zeker, dat de veel besproken scheep- vaartincidenten op vredelievende wijze zullen worden bijgelegd. Aanpassingsvermogen. In de vHandelsreiziger« lezen wij het volgende, zeker wel interessante artikel : De ontzettende wereldoorlog is vol lessen van ontzaglijke draagwijdte. Wee hem, die deze geweldige wereldgebeur- tenis doorleeft, zonder iets anders te zien dan de oorlogsfeiten in engeren zin, zooals ons in de legerberichten der verschillende generale staven met Dals omtrent die van de landbouwers, s ingewonnen bij een voor elke pro- clè aangewezen landbouworganisatie. âf}1dden inhoud van het advies hangt © aanvraag wordt ingewilligd en, De duur _ is - D 23 oor welken duur. zekere betrouwbaarheid, in de sensa- í tioneele verhalen der zich noemende { oorlogsverslaggevers met verbijsterende ichtvaardigheid opgedischt worden, Wie zijn belangstelling slechts tot de OODOTraV 7o hano _ hij leest, menige nieuwe ervaring aan zijn gedachtenleven toevoegen, maar hij weet toch slechts de helft van water te zien is en mogelijk niet eens de belangrijkste helft, Ons althans wil het voorkomen, alsof deze oorlog op eko- nomisch gebied nog rijker is aan ge- wichtige lessen, dan hij dat op militair en politiek is. Een dier ekonomische leeringen willen wij hier in het kort thans aanduiden. Wat zeker ieder verbaasd moet heb- ben, die de ekonomische verschijnselen van dit laatste half jaar met open oog meegeleefd heeft, dat is het enorme aanpassingsvermogen, dat het bedrijfs- leven getoond heeft onder de gewel- dige schokken, die het geteisterd heb- ben. Herinnert men zich nog, hoe in de eerste dagen, toen de oorlog pas uitbrak, algemeen over zijn kansen ga- oordeeld werd? Niemand dacht, dat bet lang kon duren en wij moeten er- kennen, zelf hier ter plaatse aan de zelfde gedachte uiting te hebben ge- Reved. Wat was de aanleiding tot deze meening? Men zag het bedrijfsleven eensklaps volkomen gestoord. De run op de spaarbanken, de in atle landen zich vertoonende weigering om papier- geld te aanvaarden en metaalgeld uit te geven, de dichte drom van uitvoer- verboden, die alom uitgevaardigd wer- den, de belangriijke verstopping van het internationale handelsverkeer, de sluiting der effectenbeurzen, de paniek- achtige daling der koersen, het sprongs- gewijze duurder worden van het geld, ineenstorting van het kredietwezen, de plotselinge stopzetting van geheele in- dustrieën, de belegering der levens- middêlenmagazijnen, de kolosszle stj: ging van de prijzen. dit alles en nog veel meer maakte zuik een overstel- penden indruk van volslagen ekono- nomische anarchie, dat men niet an- ders dacht, of de oorlog zou binnen korten tijd gestaakt moeten worden, of het gansche bedrijfsleven werd met totalen ondergang bedreigd. Nu zullen wij zeker de laatsten zijn om te beweren, dat deze reeks van verschijnselen niet van het allergroot- ste belang is geweest, dat er niet ont- zaglijk veel, wat aan ekonomische ver- houdingen in jarenlange moeite was opgebouwd, jammerliijk vernield is, dat niet na den oorlog wij naar alle waar- schijnlijkheid nog langen tijd zul: len hebben te worstelen met de na- weeën van de ontzettende ekonomische krisis, die de oorlog in het leven heeft geroepen en dat niet ook juist de ekonomische krisis, die de oorlog in bhet leven heeft geroepen en dat niet ook juist de ekonomisehe rampen, die de oorlog heeft teweeggebracht, er toe zullen medewerken om in de toekomst het verantwoordelijkheidsge- voel der staatslieden ietwat meer te scherpen en hen dermate van de nood- lottige gevolgen van den oorlog te doordringen, dat zij zich voortaan krachtiger inspannen zullen om een herhaling ervan te voorkomen. Maar toch zijn wij aan de waarheid verplicht volmondig te erkennen, dat de ontwikkeling der ekonomische ge- beurtenissen onze verwachtingen ten deele heeft ‘gelogenstraft. Waar wij een katastrofe verwachtten, heeft in- tegendeel een aanpassing van het be- drijfsleven aan den oorlogstoestand plaats gevonden, zooals wij niet had- den kunnen denken, dat mogelijk was geweest. De fondsenmarkt bleek het een half jaar zonder beurzen te kun- nen stellen, het krediet is allengs weer opgelapt, zonder dat al te veel faillis- sementen zijn voorgekomen, de koer- sen en de priijjzen hebben zich weer zo0 ongeveer hersteld. Zelfs de werk- loosheid is in de meeste landen aan- merkeliijk afgenomen en heeft in vele bedrijven voor groote drukte plaats gemaakt, het handelsverkeer heeft zich weer aanmerkelijk gebeterd, kort- om het voortbrengingsstelsel heeft een aanpassingsvermogen' getoond aan de gansch nieuwe toestanden, waarin het moest werken, dat menigeen en Wij willen wel erkennen : ook ons ten sterkste verbaasd heeft. Ten deele is dit zeker een gevolg van het feit, dat de oorlog niet alleen vele bestaande behoeften en mogelijk- heden vernietigt, maar ook vele nieuwe behoeften en mogelijkheden schept. Maar juist het feit, dat het bedrijfs- teven zich aan die nieuwe beboeften en mogelijkheden zoo snel heeft weten aan te passen is een bewijs van zijn groote veerkracht. Wij hebben het al- len in ons eigen land om ons heen kunnen waarnemen, hoe personen, die tot dusver, laat ons zeggen, in suiker handelden, eensklaps met succes de zuurkoolbranche ter hand namen, en dat kantoren, waar men voorheen slechts prolongatieorders zag, piotse- iing vol worsten lhingen. Maar gaat in betrekkelijk gemakkelijk, voor de in- dustrie is het heel wat bezwaarlijker, zich naar de nieuwe eischen en orders te voegen en toch is ook daar op groote schaal dit proces met goed re- sulfaat voltrokken. Een belangwekkend lijstje van zulke vomzettingen« von: den wij onlangs in het weekblad „Die Neue Zeit* voor Duitschland verza. meld. Men leest daar, hoe de zijde- weverijen thans veelvuldig verband- stoffen produceeren, de fluweelfabrie- ken tentenlinnen, de fabrieken van regenschermstoffen waterdichte weef sels, rijwielfabrieken ijzeren hospitaal- en veldbedden, naaimachinefabrieken shrapnells, terwijl fabrieken voor foto- grafische apparaten veldkijkers, zak- lampen enz, leveren, hoedenfabrieken soldatenmutsen, parapiuiefabrieken wa. terdichte vesten, pianofabrieken pa- troonhulzen, of ook chemische fabrie- ken die vroeger massa artikelen voor export vervaardigden, thans pharma- ceutische preparaten produceeren en glasfabrieken, die anders wijn- en bierflesschen maken, nu medicijnflas. schen leveren, welke een geheel an- dere techniek vereischen. Natuurlijk zal de nieuw geleverde waar niet altijd prima fabrikaat zijn en zal vooral in bet begin aan het produkt wel een en ander mankeeren. Zeker ook zal de industrieel niet voor zijn plezier zulk een volkomen omzet- ting van zjn bedrijf doorvoeren, doch het alleen doen omdat de nood hem dwingt. Maar zulke overwegingen doen npiets af aan het feit, dat de Dij- verheid een verwondering wekkende elasticiteit in deze zware tijden heeft getoond. En het beeft zijn waarde deze leering met den noodigen nadruk vast te stellen. Immers kan dit ge- bleken aanpassingsvermogen, wanxeer men de beteekenis er van helder er- kent, een bron van nieuwe veerkracht worden in noOrmale tijden en er miet Dame toe leiden; dat men niet elke ekonomische malaise, zooais het maar al te vaak gebeurde, met gebogen hoofd over zich heen laat gaan, maar dat men er naar streeft, om, indien de afzet in het tot dusver geprodu. ceerde artikel stokt, zoo spoedig mo geliijk, z bet tiijdeliijk, een andere branche op te zoeken, waarbij de af- zet mogelijk wel aanwezig is. Bedoelen wij nu met onze opmer- kingen te zeggen, dat de ekonomische nood als factor voor de beëindiging van dezen oorlog uitgeschakeld kan worden? Geenszins. Het aanpassings- vermogen van het bedrijfsleven is ze- ker niet onbegrensd, met name wat de voedselverzorging betreft, stelt de ovrlogstoestand sommige der mogend- heden voor problemen, die uiterst moeilijk, wellicht op den duur niet opgelost zullen kunnen worden. Maar het verschijnsel, waarop wij de aan dacht vestigen, blijft er niet minder beteekenend om, al kan het op abso- lute geldigheid geen aanspraak maken. Laat ons ouk van deze les uit bewo gen tijden hopen, dat zij in rustiger tijden niet weer verloren ga, doch dan integendeel tot heil der mensch- heid toegepast worde. zooals z Du uit den drang tot nederwerping van den vijand ontspruit. Handelsbelangen. De Oorlog. De Engelsche ooggetuige bij de Fran- sche troepen, die teruggekeerd is van een tocht langs het front van Thann naar St. Mihiel, doet de volgende me- dedeelingen : In de zuideiijke Vogezen bestaat het oorlogsterrein uit de vlakten van den Elzas. waar de loopgraven der tegen- standers dicht bij elkaar gelegen zijn en waar de dorpen en bosschen de tactische punten vormen; voorts uit de beboschte bergen der Vogezen. In de zuidelijke Vogezen zijn de toppen 550 M. tot 900 meter hoog; de hellingen zijn steil, de dalen zeer diep en het geheel is met dennebos- schen bezet. Een groot voordeel in deze streek is, dat convooien dag en nacht kunnen werken, dank zij de dekking, die heuvels en bosschen te- gen observatie opleveren. Waar de wegen blootgesteld zijn aan de waar- neming door den vijand, hebben de Fraoschen, op de wijze van de Japan- ners in 1904, boomen en takken ge- plant om de blootgestelde plaatsen te maskeeren. In een sector zijn alleen ruim 19 kilometer aldus met boomen beplant. Met behulp van mannen, muilezels en ossen zijn zelfs de zwaar- ste veldkanonnen hoog in de bergen gebracht en daar iistig opgesteld. Den geheelen winter is er ín dit gebied hevig gevochten. Er werden dikwijls aanvallen gedaan hoewel de van 36 tot 275 meter van elkaar ver- wijderd ; bijjna altijd zijn nu de Fran- sche loopgraven het hoogst gelegen en zien uit over de Duitsche. Om dit nadeel te verminderen plaatsten de Duitschers scherpschutters in de boo- men en hinderden daarmee een tijd- lang de Franschen zeer, totdat dezen het spel doorzagen en kraaien gingen schieten. De Fransche troepen bestaan voor het meerendeel uit alpenjagers en ja- gers te voet, prachtige vechters, vol moed en durf, die door linieregimen- ten kundig gesteund worden. Bij het begin van den oorlog stonden dezen geheel vreemd voor deze wijze van oorlogvoeren, maar nu zijn zij in het spel doorkneed. De geest dezer troe- pen is prachtig. Zij zijn vol vertrou wen en weten dat ze de overhand hebben. De sneeuw is nu overal weg behalve op de hoogste toppen. Op weg naar Lunéville hielden wij stil bij de verwoeste Elaats Gerbevil- ler. Van de oorspronkelijke 2000 in- woners ziijn er maar 500 over. De overigen, mannen, vrouwen en kinde- ren, ziijn in koelen bloede vermoord, terwijl alle huizen tot den grond zijn afgebrand, in brand gestoken door de Duitschers toen ze terug moesten trekken. Er is veel geschreven over de te Gerbeviller bedreven gruwelen, maar men moet de plaats gezien en met de overgebleven bewoners gespro- ken hebben, om ten volle te beseffen wat de Duitsche verschrikking betee. kent. In den sector Nomeny—Pont-à- Mousson—St. Mihiel heeft de Fran- sche artillerie van haar superioriteit boven de Duitsche kanonnen door- slaande bewijzen gegeven. Wij gingen naar eèn observatiepost, vanwaar wij de Duitsche loopgraven op zoowat ruim duizend meter afstand duidelijk konden zien. Er was geen teeken van Jeven en de reden daarvan was dat de Fransche arullerie „alle be- weging biij dag verboden had*, Pont-à-Mousson heeft, hoewel het aanhoudend door de Duitschers ge- bombardeerd is, weinig geleden. Maar het asntal kinderen met verbonden hoofden en andere kwetsuren is er groot. In het begin van den oorlog zijn de Duitschers er in geslaagd de heu- vels op den rechteroever van de Maas te bezetten, St. Mihiel te nemen en een bruggehoofd te vormen op den linkeroever biij Chauvoncourt. Deze Duitsche uitspringende stelling is een van de merkwaardigste dingen van het geheele front. Stuurlieden, die aan wal staan. hebben er zich ongetwijfeld over ver: baasd, waarom men deze stelling in de Maas liet bestaan. De waarheid is, dat deze Duitsche positie heel sterk is en hun artillerie trekt zeer veel voordeel van de beboschte heu- vels aan hun kant van de rivier, Aan het Yser-front. Men schrijft aan de N, R, Ct.: Toen het Belgische veldleger, na zijn terugtocht uit Antwerpen de opdracht kreeg den linkervleugel der bondgenoo: ten voor een omtrekking te behoeden en den Yser koos als verdedigingslinie, kon de nu befaamd geworden inundatie slechts zeer langzaam plaats hebben, Met de mogelijkheid, dat het Belgi- sche leger ooit aan den Yser zou moce- ten strijden, was nimmer en kon nim- mer rekening gehouden, zoodat de inun- datie, die den zwaarbeproefden Belgen gelegenheid gaf tegen een zeer aanzien- lijke overmacht van de beste troepen der wereld stand te houden en aldus het leger der bondgenooten voor een ramp te behoeden, ín vredestijd absoluut niet was voorbereid, Sedert de eerste dagen van den strijd aan den Yser zijn door de Belgen eeni- ge belangrijke werken uitgevoerd, waar- door zij thans het hoogtepeil van het water in het overstroomde gebied nauw- keurig kunnen regelen, In den tijd, verloopen sedert den val van Antwerpen, heeft de Belgische re- geering het grootsche werk velbracht een nieuw leger te vormen, dat talrijker is dan de legermacht, die in de eerste dagen van Augustus gereed stond, de onzijdigheid van België te verdedigen. Nu het oogenblik mogelijk nadert, dat de bondgenooten en de Belgen tot een offensief zullen overgaan, werd de inundatie, die biij het defensief zulke goede diensten bewees, tot een nadeel voor hen, die haar tot stand brachten en reeds eenige weken geleden werden de voorbereidende maatregelen getroffen om het geïnundeerde gebied weder droog te leggen. Zoodra de Duitschers de ge- regelde, zij het langzame daling van den waterspiegel opmerkten, begonnen zij een hevige beschieting van de sluizen Behalve de laagst gelegen gedeel| staat het terrein niet meer onder wal wat niet zeggen wil dat het droog’ Voor troepenbewegingen op grd schaal is het nog niet geschikt en toestand zal waarschijnlijk nog wel A weken duren, 4 De door de Belgen aangelegde werl maken het thans mogelíjk om, hun offensief mocht falen, de ín binnen zeer korten tijd £= herstelle Iingezonden Mededeelin_àe De aanval der Pink Pille Ziehier een nieuw voorbeeld van hét go dat men van de Pink Pillen kan verwaek bij de behandeling van gevallen van h nekkige bloedarmoede. Zooals men zal dl had de zieke gedurende vele jaren te * geefsch naar het goede middel gezocht. { heel wat vruchtelooze pogingen, is zij, gel kig voor haar, er toe gekomen de Pink | len te nemen en van dien dag af is haref nezing begonnen. Dat de vrouwen die bloedarmoede ziek zijn en een ellendig le; voortslepen, zich aan dit voorbeeld spiege| De terugkeer tot de gezondheid, tot de v de des levens, verdient wel dat gij een neemt met een zoo merkwaardig genees; del als de Pink Pillen. De Pink Pillen f ben zulke goede resultaten aan andere zie gegeven dat het niet twijfelachtig is daf| hetzelfde voor u zullen doen. : : Meg. Tr. Bakker, geb. Koning, oud 50 ja wonende te Enschedé, Roomweg 79, sch;| ons : z „Gedurende vele jaren heb ik verkeerf) een ernstigen staat van bloedarmoede, zich kenmerkte door overmatige zwakte, brek aan eetlust, gebrek aan slaap, moeit ke spijsvertering gepaard met maagkramr Ik had ook hevige schele hoofdpijnen en gebeurde mij dikwijls dat ik gal broaktey heb vele middelen gebruikt, aa zorb! succes en bet is alleen van af den 4ag || ik de Pink Pillen heb genomen, da í eindelijk iets beter heb gevoeld. Tk b het gebruik der Pink Pillen voorigesaa ben genezen.“ ' De Pink Pillen zijn verkrijgbaa per doos en f9 per 6 doozen bij het raal-Depot der Pink Pillen, Dacostaka Amsterdam. Voor Leerdam cn Om G. H. PELLIKAAN; voor T L ken bij VAN OFFERDEN; voor C: en Omstreken bij A. N. VAN ZESSE Geldermalsen en Omstreken bij Fa. BEUT voor ZaltBommel en Omstreken bij V DER VEGTE ; voor Gorinchem en Omstrel bij W. C. STEVENS. Arkelstraat, en ver bij verschillende Apothekers en goede D) gisten. # a GEMENGD NIEUWS. De Leidsche gifmengster overled‘è‚h Men schrijft uit Leiden aan de , O”; Mie van der Linden geboren Zw nenburg, bijjgenaamd de gifmengs of Goeje Mie, is Dinsdag in de g vangenis te Gorkum op ruim 70 j: gen leeftijd overleden, na ongeveer jaren in de gevangenis te hebben doo gebracht. E Met Mie de gifmengster of Go Mie is iemand heengegaan, van \ zeer talriijken in den lande zich n zullen herinneren de vreeselijke mi drijven, waaraan zij zich heeft schu| dig gemaakt. Nu nog kan men in h Panopticum te Amsterdam haar tenis, levensgroot, dagelijks aansch wen en in het gemeentelijk archie: Leiden bevindt zich nog een p voorstellende Goeje Mie, bezig vor haar woning in de Singelstraat de grond te dweilen op het oogenblik, d: de inspecteur (thans hoofdinspecteu Pronk en de „dikke” agent van politi Schreuder, haar arresteerden. Waar maar zieken waren, verlee: Mie hulp. Mie zette koffie, kookt maakte bij voorkeur graag een bo pap klaar, wat zij dan aan den zi op ziijn bed toediende. Maar niet 2 voor zieken was zij zoo. Ook, wa zij gewoon op bezoek kwam bij lie of verwanten, kende de gedienstif heid van Mie geen grenzen. ' Goeje Mie zorgde er zooveel moge voor, dat al haar familieleden en k die het fonds dan deed. Toen den 14en Dec. 1883 zich wed een verdacht sterfgeval voordeed, Vie, de verdenking op Goejs Mie, die aanj vankelijk pertinent ontkonde, doch PC | door de mand viel. Toen bleken u dan 20 personen, volwassen en kin ren van haar gedienstigheid het slac! offer te ziijn. Allen waren vergif met operment, d. i. een delfstof‚ me; een groot arsenicum-gehalte. Na dezd bekentenis zijn zeer vele liijken opge: graven. De instructie, geleid door mr. Asser, duurde 15 maanden. Het eindeé was, dat de gifmengster werd veroor deeld tot levenslange tuchthuisstraf. biij Nieuwpoort, _doch veel uitwerkino