Tekstweergave van NL-WbdRAZU_DL_18990128_001

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
7 r Twsamaal per week vèrschijneud Nieaws- en Advertentieblad. - Abonnementsprijs : Advertentieprijs : _ abonnement aanmerkelijk lager. £0,05. Per drie maanden, franco per post f0,55. Enkele nummers Van 1-8 regels 25 cents, en iedcre reget daarboven 5 cents. Driemaal plaatsing wordt slechts tweemaal berekend. Bij Uit blad verschijnt elken Woensdag en Zaterdag. Advertentiën voor dit blad opge geven worden tevens gratis op- genomen in nog 8 andere plaatselijke bladen. Alle boekhandelaren, agenten en brievengaarders nemen abonnementen en advertentiën aan. Dwingend zecht door de Kamers Tan Arbeid. Waar vooral in den laatsten tijd veel geschreveu en gesproken wordt over h_et doel en het nut van Kamers van Arbeid, achten we het niet ondienstig het volgende stuk, onder bovenstaand opschrift voorko- mende in de Nieuwe Rotterdamsche Courant, in zjn geheel over te nemen : Men kent de Kamers van Arbeid, die krachtens de wet van 2 Mei 18987 (Staats- blad No. 141) voor versehillende gemeent‚e'n zijn of worden opgericht, of die reeds vóór dien tijd, hetzij onder gelijken naam, betzij onder dien van Arbeidsraden, door semen- werking van belanghebbenden en belang- stellenden op sommige plaatsen waren tot stand gekomen. Men weet, dat óén der belangrijkste werkzaamheden, waarmee deze vroegere Kamers of Raden zieh vrijwillig belastten, en die door de genoemde wet aan de volgens hare bepalingen geregelde Kamers zijn opgedragen, bestaat in het voorkomen en vereffepen van geschillen over arbeidsaangelegenheden, hetzij door tusschenkomst van het bestuur der Kamer, of, slaagt dit daarin niet of verwacht het van zijn tusschenkomst geen gunstigen uit= slag, door bemiddeling van een door de Kamer te benoemen Verzoeningsraad. Orer den gunstigen invloed, die in dit opzicht van de Kamers van Arbeid ver- wacht mag worden, loopen, zooals bekend is, de gevoelens uiteen. Een grief van sommigen, een reden waarom huns inziens van de bemoeiïngen der Kamers en der Verzoeningsraden weinig heil zou te wach- ten zijn, bestaat hierin, dat deze de macht missen om partijen te dwingen zich orver- eenkomstig hunne beslissingen te gedragen. Zij kunnen bemiddelen, zij kunnen trachten geschillen te voorkomen of, zijn ze reeds uitgebroken, bij te leggen, door voorlichting er overreding ééne der partijen of wel beide partijen op sommige punten van ongelijk te overtuigen, indien dit niet gelukt, een schikking voorslaan, die wellicht voor beide partijen aannemelijk zal zijn, en, indien ook dit mislukt, dan kan ten slotte de Verzoeningsraad zijn oordeel over bet ge- schil en over de middelen tot verzoeniog aan de twistende partijen mededeelen en ook geheel of gedeeltelijk openbaar maken, in de hoop dat het gezoud verstand van partijen, door ziijn beschouwingen in het rechte spoor geleid en gesteund door den machtigen invloed der openbare meeniog, den weg zal vinden om het geschil te beëindigen en, hetzij dan geheel of ten halve orertuigd en bevredigd, den strijd te staken. Maar daarmede is ook ziijn taak geöindigd. Komen partjen door al deze middelen niet tot een vergelijk, geeft geen van beide toe, dan blijft de tusschen- komst der Kamer en van haar Vorzoenings- raad zonder gevolg; ziij kan partijen niet dwingen den gegeven raad op te volgen en zich overeenkomstig de openbaar ge- maakte zienswijze te gedragen. Het laatste is juist. Voor de beslissing van geschillen over eigendom of daaruit voortspruitende rechten, over schuldyorde- riag cm andere burgerlijke rechten wijst onze Grondwet, indien alle andere midde- len falen, ten slotte bij uitsluiting de rechterlijke macht aan. Alle geschillen voortvloeiende uit arbeidscontracten, uit huur van diensten, zooals ons Burgerlijk Wetboek het noemt, over de verplichtingen die uit verbintenissen tusschen patroons en arbeiders ontstaan, orer de betaling van loon, korting op loon, verbreking van het dienstcontract, rechtmatig cf vnrecht- matig ontslag, opzegging van dienst, dienst- weigering, wegzending, verlating van het werk enz., kunnen alzoo alleea door den rechter worden beslist, tenzij partijen zelve de uitspraak aan een ander opdragen. En dit laatste beteekent inderdaad niet weinig. Vooreerst-kunnen partijen zelve de uit- spraak over haar geschil in het hoogste ressort opdragen aan een kantonrechter te kunner keuze binnen het arrondissement, onverschillig van welken aard of van welk bedrag de vordering mag zijn; de beban- deling van de zaak is daar zoo eenvoudig mogelijk, kan geheel mondeling geschieden, en kostelooze rechtsgeleerde bijstand wordt, waar die noodig is, in Nederland wel nergens te vergeefs aangevraagd. Daaren- boren kan de uitspraak over het geschil aan óén of meer scheidsrechters worden opgedragen, die, zoo partijen dit wenschen, vrij van de regelen des rechts, als goede mannen maar billijkheid kunnen oordeelen. Hunne uitspraak staut gelijk met een von- nis, en in de keuze dier scheidsrechters zijn partijen geheel vrij ook vrouwen zijn er toe benoembaar. Het is waar, deze wegen zijn voor de beslissing van het geschil alleen dan toegankelijk, wanneer beide partijen daartoe willen medewerken; maar wanneer het bestuur eener Kamer van arbeid ziijn bemiddeling verieent en den weg wijst, is het nietzeer waarschijn= lijk, dat ééne der partijen zal weigeren, Daarenboven, waar het rechtsvragen geldt, is de weg tot den gewonen rechter, die biij volstrekten onwil van eene der partijen om een anderen weg te volzen ten slotte overblijft, altijd een goede, veilige en be- trouwbare weg. Wat wij in dit opzicht noodig hebben, is niet een andere rechter, maar een betere wet voor de arbeidsoon- tracten, en daarvoor heeft mr. Drucker uitnemende bouwsteffen geleverd. De geschillen, waarvoor meer eigenaar- dig de Kamers van Arbeid en hare Ver- zoeningsraden zijn aangewezen, zijn van een anderen aard. Daarbij heeft men niet met rechtsvragen te doen, maar met betere regeling van de verhouding tusschen pa- troons en arbeiders ; daar loopen de grieven over de grootte, den aard, de berekening of de uitbetalipg van het loon, de rusttijden, het opzicht in de fabriek of de werkplaats, de regeling van het werk, de wijze waarop, en de personen door wie de patroon -den arbeid bestuurt en zijn gezag laat gelden. Daar is de samenwerking verstoord ot loopt gevaar verstoord ta worden ; daar is het niet de vraag, welke rechten uit den be- staanden toestand voortrloeien, maar welke veranderingen gebracht kunnen worden in een toestand, die niet langer bevredigt. Daar dreigt het werk te zullen stilstaan, omdat patroon en arbeiders niet kunaen overeenkomen omtrent een regeling, waar- door de grieren zouden zijn weggenomen, en moet dus op sommige punten een an- dere regeling gevonden worden. Maar als de geschillen van dien aard zjn, springt het dan niet in het oog, dat er van dwang of zoogenaamd dwingend recht geen sprake kan wezen ? Ook in Engeland is de vraag, of een voor partijen bindende scheidsrechterlijke beslissing mogelijk is, iadien de tusschen- komst van den Verzoeningsraad is mis- lukt, ter sprake gekomen, en wel naar aanleiding van een wet, die sedert 1894 in de Britsche kolonie Nieuw-Zeeland be- staat, en waarbij een hof van arbitrage is ingesteld, waarvan de uitspraken bia- dend ziija voor beide partijen. Over de werking van deze wet loopen de berich- ten uiteen; tegerover gunstige getuige- nissen staan niet minder ongunstige ; maar te recht is opgemerkt, dat al moest d: gunstige werking van zulk een wetin een kolonie in Australië, in een nieuw land met een zeer verspreide blanke bevolking vau omstreeks 700,000 zielen, erkend wor- den, daaruit nog niet volgt, dat zij ook in een ouden Europeeschen staat eyenzeer uitvoerbaar zou wezen. Het scheidsgerecht is in de eerste plaats niet toegankelijk voor de arbeiders persoonlijk, maar alleen voor werkmans- bonden en vakvereenigingen, die in de openbare registers zijn ingeschreven. Pa. troons en werkmansbonden, die zich niet onderwerpen aan de uitspraken van het hof, kunnen veroordeeld worden tot boeten van £ 500, en de leden van den boud alk tot âen boete van £ 10. Nu stelle men zich gens een dergelijke in> i Nederland voor. Om er Jvzm r;âîìîfiì; ltî kunnen maken zouden de arbeiders allen lid moeten zijn van den een of anderen bond, een bezwaar, dat op zich zelf wel. licht niet onoverkomelijk zou wezen, maar de bond zou een voldoende kas moeten hebben om, zoo hij in het ongelijk werd gesteld, sen boete, wij zeggen nu niet van & 500 of {6000, maar laat het zijn een boete raB {500 à f 1000 te betalen. Er- ger zou het gesteld zijn met de boeten van de arbeiders zelven, de leden van den bond. Gesteld eens, dat een werkstaking uitbrak aan een fabriek van éóa of meer honderdtallen van werklieden, die door het hof in het ongelijk gesteld en elk tot een boete van f10 of £5 werden veroor- deeld. Kan er aan gedacht worden, dat biij wanbetaling van deze boeten de in- boedels van al die werklisden verkocht, of de werklieden zelven in gijzeling of in hechtenis gesteld zouden worden? Zoo ieta is in Nederland of in eenig ander Europeesch land nataurljk ondenkbaar, Werd de patroon in het ongelijk gesteld, UITGEVERS : TER MAAB «& SCHULIJST, Leerdam. dan zou de inning der boete, omdat men met een maatschappij, enkele vennooten of éóóén bepaald persoon te doen zou heb- ben, minder bezwaar opleveren, zoo althans bij veroordeeling van een financieel zwak- ken patroon de noodige matiging was in acht genomen. Maar dit zijn zelfs de grootste bezwaren niet. Deze bestaah hierin, dat men een patroon niet noodzaken kan werklieden tegen ziijn zin in zijn bedrijf te houden, of zijn bedrijf voort te zetten onder voor- waarden, waarmee hij zich niet kan ver- eenigen, en evenmin werklieden kan dwingen aan het werk te blijven of weer aan het werk te gaan voor een loon, dat zij te laag vinden, of onder voorwaarden, waarmee zij geen genoegen willen nemen, al heeft ook een hof van arbitrage beslitst dat zij vngelijk hebben. Trouwens wordt volgens berichten uit Nieuw-Zeeland ook daar de zeer jeugdige wet reeds ontdoken, doordat patroons onwillig werkvolk tijdig ontslaan en anderen in dienst nemen, ot hun fabriek of werkplaats sluiten, en werklieden hun bond ontbinden, hun lid- maatschap van den bond opzeggen, of naar olders verhuizen. Dwang is in zulke zaken inderdaad een onmogelijk middel. Bespreking van de zaak met belangstellende, oupartijdige mannen, die een verzoeningsraad samen- stellen; vertrouwbare inolichtingen van weerszijden en van vakgenooten, die de zaken kunnen beoordeelen ; denkbeelden aangeven, waardoor een regeling mogelijk wordt, waartegen geen der partijen al- thamas onoverkomelijke bezwaren heeft; een vergelijk treffen, een weg aanwijzen, die althans wijze van proef kan wor- den gevolgd; of, indien het mogelijk is, eene der partijen overtuigen, dat het on- gelijk inderdaad aau hare zijde is en de grieren der tegenpsrtij gegrond zijn, dat zijn de middelen, waarvan een gunsti- ge uitslag kan worden verwacht, al is die uit den aard der zaak niet met zekerheid te voorspellen. Alleen als beide partijen zick vooraf verbinden zich te zullen onder- werpen aan de beslissiag van een in on- derling orerleg gekozen scheidsrechter, mag verwacht worden dat men zich naar zijn uitspraak zal voegon ; maar daarvoor openen onze Kamers van Arbeid den weg. Ben gerechtshof echter, dat patroons en arbeiders, die heft na vruchtelooze tussehen- komst van Kamers van Arbeid en Ver- zoeningsraden met elkander niet kunnen vinden, zou moeten dwingen door geld- boeten en executie, gijzeling of hechtenis, voor Enogeland acht men het onmo- gelijk, en die onmogelijkheid oordeelen wij voor Nederland niet minder onbetwist- baar. De laatste moordaanslagen. Biij de schouwing van het lijk van den heer Bipping, die, zooals men weet, on- geveer veertien dagen geleden met zijne dienstbode is vermoord te Berkel bij Rot- terdam, is gebleken dat hem niet minder dan 26 wonden, grootere en kleinere, waren toegebraeht. Iu zijn hoofd had hiijj 8 ga- ten; van eene hand waren vier vingers afgekapt, een kaakbeen was door midden geslagen, een oog hing er uit, een pols was doorgesneden, in de borst was een steek tosgebracht enz. Men kan dusaan- nemen, dat de daders er in bet wilde op in gekakt en geslagen hebben, toen de ongelukkige zich trachtte te verweren. Het bloedverlies van den aldus afgemaakten man is verschrikkelijk geweest. Het lijk van de huishoudster rertoonde enkel twee gaten in het hoofd. Eene voor C. Uittenboogaard ongetwii- feld verzwarende aanwijzing is, det zich in de onderbroek, waarvan hij zich niet ontdeed, een bloedrlek vertoonde, die juist overeenkomt met een op gelijke hoogte op de bovenbroek voorkomende bloedrlek, Die bovenbroek behoorde tot de kleeren, die te Antwerpen in beslag werden genomen. Nadat hem op deze omstandigheid ge- wezen was, is Uittenboogaard teruggekomen op zijn zeggen dat hij niet wist hoe er bloed op ziijn in beslag genomen kleeding kwam, en dischte hij nu het verhaal op, een vriend te hebben ontmoet, die aan een hand verwond was; die vriend werd door hem verbonden, en vandaar het bloed op ziijne kleeding. Behalve de te Amsterdam in beslag ge- nomen effecten is van het gestolene nog niets gevonden. Er wordt vermoed dat het in den grond verstopt zit of aan een goeden bekende in bewaering is gegeven. Omtrent den moordaanslag, die jl. Zater- dagnacht gepleegd is te Rotterdam op een stuurman van het Zweedsche stoomschip Norskennet (zie ons vorig nummer) vailen geen nadere bijzonderheden te meldep, doch uu wordt omtrent een vreeselijken misdaad te Oude Tonge uit Rotterdam aan De Telegraat van j. Woensdag het volgende gemeld : Hedeu is alhier door de Rijksveldwacht gevankelijk binnen gebracht en op last van de justitie naar de strafgevangenis over- gebracht da 43 jarige A. J. Hobbel, land- bouwer, wonende te Oude Tonge. Hiij was voor de tweede maal gehuwd, met de wed. De Veer, die van haar eersten man, timmerman van beroep, een aardig kapitaaltje had, wat door haar tweeden man, die uit ziijn eerste huweljk twee kinderen had, er doorgebracht werd. Zaterdag, zoo verklaarde hij, wilde hij zich en zijn vrouw een borreltje inschen- ken ; nauwelijks had de vrouw gedronken of zij werd vreeselijk onwel en was binnen een paar uur een lijk. Het bleek dat zich geest van zout in de flesch bevond in plaats van sterken drank. Hij was dadelijk naar buiten gesneld, had de buren in konois gesteld van het geval en vertoonde ook een brandwondje aan zijjn lippen, zeggende ook van de fiesch te hebben willen drinken, doch het dadelijk geproefd te hebben. _ De algemeene indruk is echter dat hij dat wondje moedwillig veroorzaakt heeft om de verdenking af te leiden. Hij staat zeer ongunstig bekend en toont niet de geringste deelneming. Het lijk der vrouw is gelijktijdig met den gevangene per stoomboot alhier aan- gebraeht en werd in tegenwoordigheid van den rechter-commissaris geschouwd in het Ziekenhuis alhier. Rijkshengsten te Bergen-op Zoom. Men schrijft aan „De Telegraaf“ : Volgens mededeelingen in verschillende bladen zou bhet Rijk met bovenbedoelden verkoop goede zaken gemaakt hebben. Of de proef met ’t Rijkshengst-veulen-depót echter naar wensch geslaagd is, mag ge- vraagd worden, als wij de bespreking der hengsten volgen. In het nieuwe weekblad : Onze paarden was in die bespreking lang niet alles lof, terwijl ook wordt medege- deeld, dat groote hengstenkoopers uit Oost-Friesland, die op geen prijs zouden gezien hebben, wanneer werkelijk beste hengsten aanwezig waren geweest, geen enkel bod hebben gedaan. Ook het verslag van de commissie voor de paardenfokkerij te Groningen was niet gunstig, wat bliijkt uit de zinsnede, dat er geen enkele driejarige hengst te koop was welke geschikt is voor opname in bet Groningsch Paardenstamboek. Ook van andere zijden kwamen ongunstige adrie- zen. Als deze feiten nu waar zijn, en wij hebben geen reden om aan de waarheid te twijfelen, zegt het Zeeuwsch-VI. Week- blad, en wanneer wij daaraan nog toege- voegd zien, dat in andere landen proeven ziijn genomen met depôts, doch dat bijna overal de resultaten zoo ongunstig waren, dat binnen enkele jaren het geld daaraan besteed, op andere wijze voor berordering der paardenfokkerij werd dienstbaar ge- maakt, dan zouden ook wij geneigd zijn om den raad te geven, dat het riijk zich maar niet verder toelegge op hengsten- cultuur. Vrouwen in gemeente-dienst. De redactie van het Tijdschriút ter beoefening van het administratief recht hoofdredacteur de heer H. J. G. Hartman. commies, chef der eerste af- deeling ter Prov. griffie van Zeeland, te Middelburg stelde onlangs de vraag: »Kan eene vrouw benoemd worden tot ambtenaar ter secretarie of tot secretaris eener gemeente ?4 Er kwamen tal van antwoorden in, waarvan de redactie er twee opnam, een van den heer D. Kooiman te Hoorn en een van den heer J. H von Santen te Beetsterzwaag. Beiden waren het eens, dat vrouwen tot ambtenaren ter secretarie kunnen worden benoemd ; maar, terwijl eerst- genoemde meent dat cene vrouw geen secretaresse eener gemeente mag Zijn, kwam de heer Von Santen in deze tot eene andere conclusie. Uit een onderschrift der redactie bliijkt, dat alle inzenders het er over eens waren, dat een vrouw tot ambte- naar ter secretarie kan worden benoemd. Reeds zijn op enkele secretarieën vrouwen werkzaam. Bij de beantwoor- ding der vraag, of een vrouw seeretaris eener gemeente kan zijn, stond de heer Von Santen in zijjn opvatting alleen. Alle andere inzenders beweer- den dat het niet mocht. ° De redactie zelve is bet op dit punt met den heer Von Santen eens, welke meening zij met een verklaring der artikelen 96 en 97 van de Gemeente- wet motiveert. 8 Ten slotte herinnert zij er aan, dat in België een vrouw als gemeente-ont- vanger fungeert, zoodat men daar zulk ('een benoeming niet in strijd met de wet acht. De vraag of dergelijke benoemingen wenschelijk of noodig kunnen zijn, acht de redactie buiten de sfeer van het tijdschrift te liggen. Gemengd Nieuws. Omtrent eene veel geruchtmakende zaak betreffende een ingezetene van Ben- neboek, die met waardelooze Fransche spoorwegaandeelen werd opgelicht, wordt bet volgende gemeld : \ Graaf Carl Zu Spaur te Benaebroek werd in September opgelicht met aan hem verkochte waardelooze aandeelen spoorweg Châlons-Orléans-Paris. Het door hem voor den koopprijs afgegeven accept be- vindt zich ia handen van Mr. F. A. . Hall. De heer Spaur had de onderhan- delingen gevoerd en den koop gesloten met den sedert gefailleerden bankiers-agent en antiquair Louis S. Jacobs. Toen hij dezen met een aanklacht bedreigde, zeide Jacobs, op last en voor rekening van Mr. F. A. v. Hall gehandeld te hebben en beschuldigde hiij dezen van listige kunstgrepen, waardoor ‘hij, Jacobs, zelf misleid zou ziijn, Teselijkertijd rees een geschil tusschen Jacobs en Van Hall over een belangriijke hoeveelheid antiquiteiten door Jacobs te Parijs gekocht, door hem, naer zijn eigen bewering, aan Van Hall in bewaring gegeven, naar Van Hall’s zeggen aan Van Hall verkocht of tot delging van schuld afgestaan. Toen Jacobs op verzsek van den ver- kooper te Pariijs van evengemelde anti- quiteiten failliet was verklaard en Van Hall weigerde het accept van graef Spaur, terug te gerven en de antiquiteiten hetzij uit te leveren aan den curator van Jacobs, ; hetzij te betalen, diende Jacobs bij de justitie te Amsterdam een klacht in tegen Van Hall wegens oplichting van Spaur verduistering van de aan Jacobs toebe- hoorende antiquiteiten en wederrechtelijke vrijheidsberooving, daar hij Jacobs een nacht lang in een kantoor in het Paleis voor Volkevlijt te Amsterdam had opge- sloten gehouden, ten einde hem te ver- hinderen met den verkooper der antiqui- teiten te Pariijs telegrammen te wisselen, De aanklacht van Jacobs werd onder- zocht, eerst door den substituut-officier van justitie, Mr. Van Hugenspoth tot Aerdt, en vervolgens, na opening der instructie tegen Mr. Van Hall, door den rechter- commissaris, Mr. Heany. In den loop van deze instructie rezen ernstige bezwaren tegen Herm. Ph. Haes, gewezen firmaent der bankiersfirma Haas, De Vries & Co., sedert eenigen tijd wo- nende te Spa. Het verhoor van Haas tatie met Jacobs en Van Hall had tenge- volge, dat op Zaterdag 14 Januari, ten kantore van Van Hall in he: Paleis voor Volksylijt huiszoeking en papieronderzoek plaats vonden. Na afloop daarvan werd echter Van Hall op vrije voeten gelaten ; voortgezet onderzoek deed echter nieuwe bezwaren rijzen _van zo0 ernstigen aard, dat ook Mr. Van Ha!l is gevangen genomen. Men verwacht nog meer arres- taties; het einde van de iastructie, die steads grooteren omvang aanneemt, is nog niet te voorzien. Ook moet er eenig licbt zijn gekomen in den postdiefstal Ostende-Dover, die een paar jaar geleden heeft plaats gehad. Een commissionair in eftecten te A mster= dam zou £ 80.000 geleend hebben op effec- ten, die genoemden diefstal vermist werden. en zijn confron- Wie weet welke onthullingen ons in | dezen nog te wachten staan | e g A e