Tekstweergave van NL-WbdRAZU_DL_18990118_001

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
EN i MENgN DS DE E \ME EE D w r P ' SONONOKGCKONGHOMOMSM ' n & ü B; Dees! Ibou Bzoog Jde Ben B beze bew in d onde aa Abonnementsprijs : £0,05. Advertentieprijs : abonnement aanmerkelijk lager. De Tijger. - De tijger is, evenals de onderwijzer 0n- der het ministerie Heemskerk, „een heel heer.<. ® Dat „heel heer zijn“ heeft bij echter piet, als de onderwijzer, te danken aan eon fijn gesteven overhemdje en een paar blinkende manchetten, maar meer aan de fierheid en slankheid van zijn lichaam en niet minder aan zijne prachtige uitrusting. Hij ziet er steeds als een echte gentle- man uit, wel te verstaan als een gentle- man in wintercostaum. 5 - Zijn lang, buigzaam lichaam is namelijk zomer en winter gehuld in een fraaien, bruinen pels, die hier en daar met regel- matige dwarse, zwarte strepen is afgezet. Evenals vele gentlemen draagt onze tij- ‘ger ook een paar sierlijke bakkebaarden en daarenboven prijkt zijn achterlijf met _een met zwarte en gele ringen geteeken- _ den staart, welk laatste hij natuurlijk weer niet met een waren gentleman gemeen heeft In één woord de tijger ziet er steeds uit om door een ringetje te halen, iets, wat echter nooit gebeurt. Wel springt hij er een enkele maal door, maar in dat geval is het ringetje zoo groot, dat het niet om ten vinger, maar wel om eer ton past. * Om de waarheid getrouw te blijven, dien ik er bij te voegen, dat die liefhebberij echter niet de eer heeft erg in den smaak van den heer tijger te vallen het is ook niet zeer gentlemanlike waarom kij het nooit in de wildernis doet, maar wel eens in een ijzeren kooi ón dan geschiedt het nog contre-coeur en in het geheel niet tot des tijgers vermaak, maar tot genoegen (?) van het beschaafd publiek, dat met verwon- _ dering dit kunststuk gadeslaat. Een volwassen tijger zou, als hij op zijn achterpooten liep, wel „boven de maat“ zijn, ja langer dan menig loteling, daar tijgers van 2 meter lengte nog al eens voor- komen en recruten van meer dan 2 meter, naar men wil, slechts onder Frederik den Grooten gevonden werden. Hos gentlemanlike een tijger er ook uitziet, toch valt zijn uiterlijk niet zeer in den smaak, Zijne oogen vallen wat groot en ziijne tanden zijn niet erg à la mode. En wat ook niet weinig bijdraagt om hem minder beminnelijk te maken zijn de snoe- pige nagel*jes, ter grootte van een vinger, welke hiijj aan zijne pooten draagt, want wil het lieve dier daarmede iemand lief- koozend streelen, dan kan men er van ver- . zekerd zijn, dat de gelukkige sterveling niet spoedig den dag zal vergefen, waarop hij zulk een bewijs van liefde mocht ont- vangen. De tijger boudt niet van sneeuw en ijs, vandaar dat Europa niet de eer geniet tot de geliefkoosde woonplaats des tijgers te behooren. Neen hiij prefereert de warme streken, „waar de zon niet door nevelen ziet en het jachtveld ruim voorzien is van allerlei wild. Hier wordt immers alle jaren door heeren jagers zoo vreeselijk ge- klaagd over schaarschte ven wild, wat zou het dan zijn als eonige tijgers echte Nimrods als ze zijn hier veld en bosch kwamen afstroopen. Zeker bleef er geen haas of konijjn meer te schieten niet alleen door de jagers, maar ook door de stroopers, die thans nogal menig viervoeter onder schot krijgen. Ook houdt de tijger niet van dichtbe= volkte streken om de eenvoudige redenen, dat hij met den mensch niet al te nauwe vriendschapsbetrekkingen onderhoudt. Hij is op diens tegenwoordigheid evenmin ge- steld, als de Batavieren op die der katten. De tijger heeft het biijij den mensch zoo- danig verkorven, dat hij reeds voor jaren vogelvrij verklaard“ is. De verstandige mensch heeft daar natuurlijk zijne redenen voor, want hoe lief en aardig de tijger er in een kooi in den dierentuin ook uitziet, in de wildernis is hij zoo zachtzinnig niet. 7 Ja hiij verstout zich daar vaak, een heer der schepping, die hij toevallig op zijn weg gnt.nlmet, tot zijn ontbijt te gebruiken. Wel oei Bedoelde heer is daar natuurlijk volstrekt niet mee gediend en wijl hij na de op- peuzeling niet meer in staat is zich op den tijger te wreken en hem voor die euvel- aad te straffen, komen de naaste bloed- verwanten voor de beleedigde partij op en _ eìschen eene billijke schadevergoeding, Daar eze in den regel niet verstrekt wordt, is et meer dan rechtvaardig, dat de tijger dus wettelijk veryolgd wordt. Nu kan men Tweemaal per week verschijnend Nieuws- en Advertentieh!ad. UITGEVERS: TER HAAR & SCHUIN'E Leerdam. Per drie maanden, franco ‘per post f0,55. Enkele nummers Van 1-8 regels 25 cents, en iedere regel daarboven 5 cents. Driemaal plaatsing wordt slechts t w eemaal berekend. Bij den tijger niet voor onze rechtbank be- schuldigen van moord en doodslag en het logisch gevolg van een en ander is, dat de bloedverwanten hoe ongaarne ook -— er toe te besluiten hun eigen te rechten. Doch dit isspoediger gezegd dan gedaan. De tijger is een groot en machtig heer. Evenals de vrome ridders in den ouden tijd vaak straffeloos konden rooven en moorden, omdat de arme lijfeigenen er machteloos iegenover stonden, zoo kan de tiijjger soms een geheelen tijd zijn moord- lust bot vieren zonder vervolgd te worden. Zoo verhaalt men, dat een enkele tij= gerin eens oorzaak was, dat er in Voor- Indië 13 dorpen ontvolkt werden. In 1883 werden in Britsch-Indië 985 menschen door tijgers gedood. Omdat de tijger wel eens op kleine schael doet, wat in den oorlog in ’t groot geschiedt, worden er menschen gevonden, die de tijger een bloeddorstig dier durven noemen. Edoch dit is ganschelijk verkeerd en onrechtvaardig. De tiijger is eenmaal zoo gemaakt, dat hij zich alleen met vleesch kan voeden, evenals een paard en een koe door hun natuur heel hun leven tot de vegeiariërs behooren. En nu vraag ik uin gemoede : Hoe moet een tijger ziijn honger stillen zonder bloed te vergicten ® Hij kan toch niet .biijj den slager om een biefstuk of karbonade gaan of in de wildernis zelf een slachterij oprichten’ Willen wij den tiijger een bloeddorstig dier noemen, goed, maar dan moeten wij onze slagers dien eerenaam ook toekennen. Een slager die zijn vak goed verstaat kan jn een jaar zeker wel zooveel bloed vergieten als een tijger van zessen klaar. En daarbiijj kunnen wij het den tijger wel kwalijk nemen, dat hij een schaap, buffel of os doodt om zijn honger te stil- len, wij vleeschetende menschen doen im- mers procies hetzelfde. Ja wij dooden nog wel dieren, waarmede wij ons in het geheel niet voeden. Laten wij het maar ronduit zeggen, geen schepsel in het water, op het land of in de lucht of het werdt door ons vervolgd en dan ziijn wij nog wel met rede en verstand begaafde wezens en de tijger is toch maar een redeloos dier. Waarom zouden wij het hem dus als een misdaad aanrekenen, dat hij doet, wat ieder ander doet, als hij er kans toeziet namelijk zijn maag vullen, als hij honger heeft. Maar waarom staat do tijger biijj ons dan zoo slecht aangeschreven P Hij durft en dat is een leelijke zijde van zijn karakter hijij durft den machtigen mensch aan te vallen en zich met deszelfs vleesch en bloed voeden O, gruwel | Dat is eene kapitale en onvergeefljke misdaad, want, sprak de heer mensch : „Van alle boomen dezes hofs moogt gij vrijelijk eten, maar op den dag, dat giij van den boom van kennis, van goed en kwaad eet, zult giij sterven.“ Met andere woorden : Alle dieren der natuur moogt gIJij vrijjeljk vervolgen en dooden, maar durft g u aan het leven van den mensch vergrijpen, dan zijt gij een moordenaar en zonder vorm van proces zijt gij ter dood veroordeeld. Uit het bovenstaande blijkt voldoende, dat het onbegonnen werk zal zijn den tijger over te halen zich bij de vegetaricrs aan te sluiten. Hij gebruikt alle dagen vleesch, zelfs op de vastendagen. En dat vleesch be- hoeft nog niet eens gestoofd of gebraden te zijn, neen zoo rauw peuzelt hij het maar op. Hij is ook met een klein beetje niet tevreden, zoodat hij zonder blikken of blozen of last van idigestie te hebben een schaap, ja zelfs een os oppeuzelt. Heeft hij overvloed, den geniet hij, als een echte millionair, de fijnste stukjes en laat de rest over aan zijne minder be- deelde broeders als jakhalzen en verwil- derde honden, de proletariërs onder de dieren, De tijger is wel een heel aardig dier, als hij in een ijzeren kooi opgesloten zit ! Dan is zoo tam, dat zelfs een kleine jongen hem onbeschroomd durft naderen, terwijl zich vermaakt met het dier, dat onrustig op en nederloopt als een bankier, wiens geliefkoosde effecten plot- seling aanmerkelijk gedaald zijn. Toch zou ik eene nadere kennigmaking met den heer tijger en nog minder met juffrouw tiijgerin durven aanraden, vooral niet als deze de door Nederlanders zoo hoog geroemde vrijheid genieten. Daarvan weten de Javanen spreken. Als een Javaan zoo’n dier in de wilder- zis ontmoet, is hij Dog minder op zijn gemak dan een Leidsch student, die een lastig schuldeischer ziet aankomen, want kan die Leidsche student zijn schuld- eischer nog ontloopen door een zijstraatje in te slaan of even voor een dubbeltje sigaren te gaan kooper, bij den Jaraan is daar geen denken aan. Vooreerst zijn daar geen zijstraatjes en nog veel minder winkeltjes, waar sigaren verkocht worden en ten tweede zou hem dat toch niet baten, want de tiijger had hem reeds -bij den kraag, eer hij het zijstraatje of den winkel bereikt had. Een middel blijft den armen Javaan nog over en dit is te leeren fietsen. Als hij dit zoo goed kan, als hier een Jaap Eden of een Meyer dan geloof ik, dat hij nog een kansje heeft den tijger voor te blijven. Dat zou voor die menschen een ware uitkomst zijn en niet minder voor onze riijwielfabrikanten, die met wat veel voorraad zitten. De tijger is een voorbeeldig huisvader, die een waarlijk vurige liefde koestert voor zijne wederhelft, die den naam van tijgerin draagt. Deze dame nu dat gebeurt wel meer is nu juist geen katje om zouder bkandschoenen aan te vatten ; doch hare liefde voor manlief is wederkeerig zoo groot, dat er van pantoffelregeering of onder de plak zitten in een tijgersfamilie geen sprake is iets, wat naar ik hoor, in een menschenfamilie nog al eens voor- komt. Heeft madame haar „gemaal met een viertal „lieve“ kleinen verrast dan zijn beiden onuitputtelijk in zorg voor de kin- deren en geven hun, wat hun hartje maar lust. Ja zoo groot is hun liefde voor de kleinen, dat, wanneer er hongersnood in ’tland is, z „te zamen en in vereeniging < hun schat oppeuzelen alleen om hem niet den verschrikkelijksten aller dooden, den hongerdood, te laten sterven. In den laatsten tiijd heeft men er zich op toegelegd tijgers te temmen en de tijd is wellicht niet ver meer, dat ook de tijger evenals zijne nicht de kat tot onze huis- dieren zal gaan behooren. Het volgende jaar zal nog wel voorbij- gaan, eer dit zal gebeuren, want om de waarheid te zeggen, veel sueces heeft men op het oogenblik nog niet. Ook heett men beproefd den tijger als rijdier te ge- bruiken. Een heel mooie uitvinding, voorwaar jammer maar, dat de tijger nog mee te minder lust gevoelt voor „het paardje- spelen“ dan op eommando ziijn bek te openen en zijn bloedroode tong op de hand van zjn oppasser te leggen. Misschien dat er mettertijd nog wel tijgerbezweerders opstaan. Als dat mocht gebeuren, dan zouden de wielersport en de automobielen spoedig tot de geschiede- nis gaan behooren en zou men onze jongeheeren op een heuschen tijger langs ’8 heeren straten zien vliegen. De Telegraaf. Gemengd Nieuws. -- Te Schiedam is in eene sloot, nabij de Hoekplankjes, het lijk gevonden van den Heer J. van G chef eener winkel- zaak en melkinrichting, aldaar, toebehoo- rende aan de Naaml. Vennootschap »Con- federatie“, te Delfshaven. De ongeluakkige die 28 jaar oud en gehuwd was, had twee diepe wonden aan den hals. Naar men uit Bloemendaal meldt, heeft gisteren een mannelijk patiënt, in het krankzinnigengesticht Meerenberg verpleegd wordende, zich door ophan- ging van het leven beroofd. De officier van justitie doet onder- zoek. (Vad.) Te Veendam is een oude vrouw van 78 jaar, door de duisternis mis- leid, in het hoofddiep geraakt en ver- dronken. Vrijdag zijn aan de Galathée, tus- schen Ooltgensplaat en Oude Tonge twee liijjken van mannen van middelbaren leeftijd opgevischt, vermoedelijk oprarendenvan een op dezelfde plaats gestrand scheepje, welks lading uit ajuin bestond. Denkelijkis dit vaar- Dit blad verschijnt elken Woensdag en Zaterdag. Advertentiën voor dit blad opge- geven worden tevens gratis op- genomen in nog -8 andere plaatselijke bladen. Alle boekhandelaren, agenten en brievengaarders nemen abonnementen en advertentiën aan. tuigje Woensdagavond door den storm in het Nieuwe Vaarwater van zijn anker geslagen. Deze week valt over de graanmarkt weinig bijzonders te zeggen. Zaken wer- den wel is waar niet veel afgesloten, maar toch is in den handel grootere levendig- heid dan andere jaren om dezen tijd van het jaar. De vraag voor de consumptie op de West-Europeesche markten blijft levendig, en groote voorraden hebben zich nog niet opgestapeld. Alleen op enkele Eogelsche stapelplaatsen ziijn die in de laatste weken biijna verdubbeld. Tengevolge de voortdurende vraag voor Europa, verkeerden de Amerikaansche markten in vaste stemming, vooral ook daar de voorraden in de havensteden af- genomen hebben. Toch bliijven de toe- voeren van de farmers ruim, ofschoon die gedurende de herfstmaanden van ’t vorige jaar meer van beteekenis waren. . Wanneer de Europeesche markten niet grootere terughouding getoond hadden dan tot nu toe het geral geweest is, was prijsverhooging, althans op de Noord-Ame- rikaansche markten, waarschijnliijk niet uitgebleven. Bij de Europeesche gereser- veerdheid liepen de prijzen nu echter een wainig terug. Over ’tgeheel is de stem- ming ook op de Europeesche markten in de laatste dagen niet williger, eerder iets lager. Na den verkoop. Met den hengstenverkoop te Bergen op Zoom heeft het Riijk goede zaken gemaakt. Bij inkoop hadden de 14 hengsten ge- kost f 4435. Aan voeding enz. werd, ge- rekend tegen f1 per paard en per dag, gedurende de drie jaar £15,400 betaald, zoodat de beesten kostten f{19,835. Zij brachtten * op f32,340, bliijft dus over {12,505. Zelfs als de koopers voldoen aan het verlangen en de beesten hier te lande drie jaar ter dekking beschikbaar stellen, waardoor z 40 pc. van de koop- som terug kriijjgen, bliijft er nog winst over. aam Mr. W. E. J. baron van Balveren, te Arnhem 18 benoemd tot secretaris van de commissie welke in hef vorig jaar op initiatief der vereeniging „Gelre“ in het leven geroepen is, om zooveel mogelijk het vernielen of verwaarloozen van Gel- dersche oudbeden en monumenten tegen te gaan. Boter. Voor onzen boterhandel vangt het jaar nu niet bijzonder ongunmstig aan, al valt het niet te ontkennen dat de priijzen lang nog niet rooskleurig ziijn; uit de vergelijking met de intreding van het vorig jaar bliijkt dat de prijzen die nu besteed worden iets hooger ziijjn; veel hangt het er intusschen van af welke maatregelen tegen de knoeierijen genomen zullen worden; wordt er een wet gemaakt en gehandhaafd die aan dergelijke knoei- erijen paal en perk stelt, dan kan men omtrent den loop der boterprijzen Datuur- lijk gunstiger verwachtingen koesteren, dan wanneer de knoeiers met hunne schandelijke praktijken ongestoord kunnen voortgaan. De storm. Tijdens dea hevigen storm werd ’s nachts omstreeks 1 uur zekere A. L, wonende in de Abrahamdolensteeg te Utrecht, plotseling uit den slaap wakker ‘geschrikt door een geweldig gekraak. Onmiddelljk daarna volgde een zware slag, veroorzaakt door het neervallen van een balk. Haastig opstaande begaf hij zich naar den zolder en bemerkte toen tot zijn niet geringen schrik, dat een gedeelte van zijn dak was ingestort en dat de rest weldra zou volgen. Nauwelijks had hiij dan ook den tijd om vrouw en kinderen in veiligheid te brengen, toen opeens het geheele dak instortte, een gedeelte van den achterge- vel in zijn val medesleepende. Van L. met zijne vrouw en 7 kinderen begaven zich onmiddellijk naar het politiebureau aan de Ganzenmarkt, waar zij het overige van den nacht doorbrach- ten. : Men schrijft aan de Arnh. Ct. uit Over-Betuwe: Voor enkele jaren was in deze streken groote vraag naar populierenhout voor de fabricage van klompen en lucifers, Geheele lanen werden toen verkocht en geveld. Inmiddels maukt men zich gereed, op den duur aan de vraag te kunnen blijven voldoen. Gehesle stukken minder goed bouw- en weiland worden met het oog hierop uitsluitend met populieren bepoot, vooral in Valburg, Homoet, Elst en Driel. Naar men wil, levert dit bedrijf nog al goede rente op. De 45 jarige Kaatje S., te Webl, had Woensdagmiddag het ongeluk, met een der wieken van den in beweging zijnden molen van den heer Peters in aanraking te komen, met het noodlot- tig gevolg, dat zij haar arm brak en inwendig zwaar gekneusd werd. Dr. Ten Cate Hoedemaker, te Didam, ver- leende de eerste hulp. Heden werd zij ter verdere behandeling naar laatst- genoemde plaats in een gesticht over- gebracht. Men vreest voor haar leven, Te Groningen is Zondagnacht brand ontstaan in een paardenstal van den scheepsjager Bezema, aan het Win- schoterdiep ; een schipper, die aan den overkant lag, zag de brand en wekte de bewoners. De paarden konden echter, door het snelle toenemen van den brand, niet meer gered worden en zijn alle vier omgekomen. De brand werd door de brandweer spoedig gebluscht. De inboedel en de paarden waren _ve1‘zekefd. De zoon van den landbouwer Wilpshaar, te Gramsbergen, die zich Zaterdag j.l. door het springen van een geweer zoo ongelukkiglijk wondde aan het voorhoofd, is naar de Pr. Ov. en Zw. Ct. meldt ten huize van Dr. Van Maanen aldaar overleden. Te Groningen heeft voor het lo- kaal van het Leger «des Heils een volks- oploop plaats gehad, veroorzaakt door eene krankzinnige vrouw, die daar haar overleden man terugeischte. Te Stadskanaal heeft de politie zekeren J. K. in hechtenis genomen. In Maart 1897 was hij beschuldigd van brandstichting aldaar, doch was toen naar Pruisen uitgeweken, thans wilde hij een bezoek brengen aan zijne ouders, doch werd door de politie ontdekt. Zestig jaren geleden werd uit het koor der St. George-kapel te Windsor het geëmaiïleerde wapenschild van Karel van Leicester, ridder van den Kouseband (uit het begin der 16e eeuw) gestolen. Dat schild is thans teruggevonden in . . « Nieuw Zeeland, en de oudheden- liefhebber, in wiens bezit het was, heeft het ten spoedigste teruggezonden aan het bestuur van de genoemde kerk. In het Achterom, te ’s Graven- hage, heeft Donderdagavond een man, die aldaar een jonge vrouw, met wie hij vroeger verkeerd had ontmoette, in woede ontstoken, bhaar met een mes eenige steken in rug, hoofd en hals toegebracht. Ernstig verwond, hoewel niet levensgevaarlijk, werd de vrouw per raderbaar door de politie naar het Gemeente-Ziekenhuis vervoerd. De dader is aangehouden. Een treurig voorval gehad in de buurtschap Holtheme onder Gramsbergen. Delandbouwer G. J. Wilps- haar aldaar eigen gebruik en eerig afval daarvan buiten op den mesthoop geworpen, waarop de vogels afkwamen. De oudste drie-en- twintigjarige zoon, dit ziende, had een geweer genomen om uit de schuur door een raampje daarop te schieten; doch wat gebeurde ? Wel werd een kraai ge- dood, maar het geweer sprong uit elkan- der en de jongeling werd tegen hoofd getroffen. Ziijn toestand is zeer ernstig. Tel. Te Elp, gemeente Westerbork (Dr.), is Donderdagarond de groote boerenbe- huizing met broodbakkerij van den Heer G. Vredeyeld in vlammen opgegaan. Er kon piets gered worden, zoodat tien stuks rundvee, een paard, dertig schapen en een aantal varkens, benevens de gehee- le inboedel, zijn verloren gegaen. heeft plaats _ had een koe geslacht voor # D