Tekstweergave van NL-WbdRAZU_DL_18990107_001
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
*
p-
w
no;
en
en
en
i-
p-
af
on
e,
et
n-
n
n
te
et
ij
le
et
ij
|
_
Darmstadt,
_schoone
-
tijden,
e
Jaargang
Teemaal
per
week
verschijnend
Nieuws-
en
Advertentieblad.
Abonnementsprijs
:
£0,05.
“dVBI'ÎE“ÎÎE[N‘ÌÌS
-
Driemaal
plaatsing
wordt
abonnement
aanmerkelijk
lager.
De
Kinderjaren
en
het
hriselijk
leven
van
Koningin
Lonise
van
Prnisen,
Waar
we
in
ons
vorig
opstel
met
een
enkel
woord
melding
maakten
van
de
bijna
afgodische
vereering
van
Koningin
Louise
door
het
Pruisische
volk,
daar
doet
zich
van
zelve
de
vraag
voor;
vanwaar
dat
ver-
schijusel?
Onder
de
zoogenaamde
groote
vrouwen
toch
kan
ze
niet
worden
gerang-
schikt;
geen
oogverblindend
aureool
om-
straalt
haar
slapen,
geen
roemruchte
daden
ziijn
van
haar
geboekstaafd,
geen
politieke
rol
heeft
ze
gespeeld,
geen
grootsehe
of
_
verheven
gedachten
sprak
ze
uit.
Ea
toch
__
heeft
_
leefd,
_
tijjdgenoot
er
wellicht
nimmer
een
vrouw
ge-
die
dieper
en
blijvender
iadruk
op
en
nakomeling
bheeft
gemaakt.
Nogeens:
vanwaar
dat
verschijnsel
P
Het
ligt
naar
we
meenen
voor
de
hand,
dat
het
alleen
verklaard
kan
worden
uit
haar
innemende,
wegslepende
persoonlijkheid,
van
welke
een
tooverkracht
uitging
in
elken
kriag,
waariu
zij
verkeerde.
We
zouden
veel
meer
ruimte
behoeven,
dan
waarover
wij
te
beschikken
hebben,
wilden
‘we
die
perssonlijkheid
ook
slechts
eenigermate
recht
doen
wedervaren.
We
moeten
er
ens
too
bepalen
enkele
kleine
trekken
uit
hare
kinderjaren
en
haar
hui-
selijk
leven
mede
te
deelen,
trekken,
die
misschien
duideljker
spreken
dan
eene
geheele
lerensbeschrijving
zou
kunnen
doen.
E
Reeds
op
zes-jarigen
lseftijd
verloor
Louise
hare
moeder,
een
geboren
prinses
van
Hessen-Darmstadt.
Wel
vonden
de
halfverweesde
kinderen
ia
de
zuster
der
overledene
een
moeder
weder,
die
hun
_
jeugdige
harten
als
met
een
toorerslag
_
wist
‚Slechts
van
korten
duur.
te
winnen,
doch
ook
dit
geluk
was
Binnen
hetjaar
weenden
ziij
ten
tweeden
male
aan
de
sombere
greeve.
Aldus
opnieuw
weduwnaar
gewerden
en
het
thans
blijvend,
vertirouwde
de
groot.-
hertog
van
Meckelenburg-Strelita
de
op-
voeding
zijner
dochters
tos
aan
haregroot-
moeder
van
moederszijde,
de
hertogin-
weduwe
Georg
Wilheim
van
Hessen-
een
ouderwetsche,
degelijke,
vrome
vrouw.
Het
was
een
tamelijk
vrijzinnige,
we
zouden
haast
zeggen
democratische
oproe-
ding,
die
de
aanstaands
koningin
ontving.
-
Zoo
logeerde
ze
o0.a.
tot
tweemalen
toe
bij
Goethe’s
moeder
te
Frankfurt
a.
d.
Main.
Toen
zij
later
den
grooten
dichter
aan
het
Hot
te
Berliijn
ontmoeite,
sprak
ze
nog
met
verrukking
over
de
heerlijke
dagen,
die
zij
bij
zijne
moeder
had
doorgebracht.
Zij
herinuerde
hem
aan
de
„Specksalat,“
die,
zeide
zij,
niemand
zoo
heerlijk
wist
klaar
te
maken
als
Frau
Goethe,
en
hoe
_ZIJ
en
haar
zuster
elkaar
op
de
binnen-
plaats
met
water
hadden
gegooid,
tot
zij
beiden
kletsnat
waren.
„Dat
waren
Herr
Goethe,*
zeide
zij;
ndoch“,
voogde
ze
er
bij,
„thàns
is
het
ook
goedÉ,
Gedurende
den
hare
kinderjaren
bracht
ze
zomer
veelal
met
hare
grootmosder
door
op
het
lustslot
Bruch
te
Mälheim
a.d.
Rahr,
en
nog
beden
ten
dage
leeft
daar
de
herinnering
voort
aan
het
aanval-
lige
vorstenkind,
dat
bijna
dagelijks
den
Hofburcht
verliet,
om
in
de
schamelste
butten
tranen
te
drogen
en
weldaden
te
bewijzen.
Ia
1850
stierf
aldaar
eon
bijna
honderdjarige
grijsaard,
die
vroeger
aan
het
Hof
vaa
de
hertogin-weduwe
een
een-
voudige
betrekking
had
bekleed.
Nog
tct
zijn
laatste
levensdagen
had
hij
den
mond
vol
van
prinses
Louise,
Kwam
hij
eenmaal
op
dat
onderwerp,
dan
was
hij
onuitputtelijk,
en
nimmer
vergat
hij
dan
te
vertellen
hoe
hij
eenmaal
de
schuld-
cischer
was
geweest
van
de
latere
koningin
van
Pruisen,
Op
zekeren
morgen,
toen
de
elfjarige
prinses
Louise
met
haar
jon-
gere
zuster
Frederika
een
wandeling
ging
doen,
kreeg
hij
last
de
kinderen
te
volgen.
Reeds
had
Louise
alles
weggegeren
wat
zij
biij
zich
had,
toen
een
arme
vrouw
een
aalmoes
vroeg.
Een
oogenblik
staat
ze
bedremmeld.
Dan
enelt
ze
op
den
haar
volgenden
dienaar
toe
en
vraagt
hem
een
Paar
groschen
te
leen
;
trouwhartig
voegt
ze
er
bij:
„ik
zalze
je
eerlijk
teruggeven“.
Toen
hare
grootmoeder
deze
geschiedenis
vernam,
verbood
zij
haar
streng
schulden
te
maken,
terwijl
zij
den
bediende
liet
weten,
dat
bij
er
zich
voortaan
voor
te
achten
had
aan
minderjarigen
geld
te
Benen.
In
dienzelfden
zomer
gebeurde
het,
dat
Per
drie
maanden,
franco
per
post
{f0,55.
Enkele
nummers
Van
1-8
regels
25
cents,
en
iedere
regel
daarboven
5
cents.
slechts
tweemaal
berekend.
Bij
de
kleine
prinses
nergens
te
vinden
was.
|
Nadat
men
haar
overal
tevergeefs
had
ge-
zocht
en
over
haar
uitbiijjven
niet
weinig
ongerust
begon
te
worden,
trof
men
haar
eindelijk
aan
in
de
woning
van
een
der
voorrijders
van
de
hertogin.
Zij
zat
op
den
rand
van
het
bed
van
diens
dochtertje
en
was
bezig
het
zieke
kind
voor
te
lezen
uit
een
sprook
jesboek.
„Maar
kind‘,
riep
haar
grootmoeder
uit,
toen
men
haar
terug-
bracht,
„hoe
kondt
gij
ons
zoo
in
den
angst
laten
?
En
wist
gij
dan
niet,
dat
dat
kind
rookvopk
heeft
en
hoe
besmettelijk
die
ziekte
is
!*
„Maar
grootmama“,
was
het
antwoord,
terwijl
zIJij
haar
ernstig
aanzag,
„gisteren
hebt
giIJij
ons
nog
gezegd,
dat
we
nooit
een
ongelukkige
voorbij
mochten
gaan.
Dan
hadt
giij
er
bij
moeten
voegen
:
be-
halve
als
zij
roodvonk
hebben.“
Mare
grootmoeder
drukte
baar
lachend
aan
het
hart
en
gelukkig
ondervond
Louise
geen
nadeelige
gevolgen
van
hare
onvoorzichtig-
heid.
Na
haar
huwelijk
met
den
kroouprins,
gaven
zij
en
haar
echtgenoot
hun
aan-
staanden
onderdanen
een
schoon
voorbeeld
van
een
kalm,
huiselijk
leven.
Aan
de
zoogenaumde
galanterie,
die
uit
Parijs
naar
Duitschland
was
overgewaaid,
stoorden
zij
zich
volstrekt
niet.
Ia
plaats
van
met
het
onder
de
hoogere
starden
algemeen
gebruikelijke
»Sie“,
spraken
zij
elkander
steeds
met
„du®
aan.
Toen
de
koning
hierop
aanmerkipg
maakte,
antwoordde
de
kroonprins
eenigszins
gemelijk:
„Zoodra
we
ons
ia
het
openbaar
vertoonen,
wordt
het
ons
door
allerlei
vormen
al
lastig
gee
noeg
gemaakt.
Miijn
huiselijk
leven
wil
ïk
ten
minste
naar
mijn
smaak
inrichten.
Ia
miijn
buis
meen
ik
even
vrij
t
zijn
als
ieder
ander%,
De
glans
van
het
hofleven
verbijsterde
de
eenvoudige
Mecklsnburgsche
prinses
niet
_Evenals
bhaar
echtgenoot
gevoelde
ziij
zich
nergens
gelukkiger
dan
in
den
stillen
huiselijken
kring.
Wanneer
de
„Yorstin
der
vorstinnenÉ,
zooals
haar
schoon-
vader
gewoon
was
haar
te
noemen,
van
het
een
of
ander
hoffeest
in
het
betrek-
kelijk
sober
ingerichte
paleis
terugkeerde,
was
het
haar
eerste
werk
haar
schitteren-
„den
tooi
met
een
huisgewaad
te
verwisse-
len.
Biij
een
dergelijke
gelegenheid
nam
do
kroonprins
haar
beide
handen
in
de
zjae
on
terwijl
hij
haar
diep
in
de
hel-
derblauwe
oogen
zag,
sprak
hij
zacht:
„Goddank,
nu
ben
je
mijn
vrouw
weer.“
„Maar
ben
ik
dat
dan
niet
altijd
P“
vroeg
zij.
„Ach
neen‘,
was
het
antwoord,
„gij
moet
nog
maar
al
te
vaak
de
kroonprinses
zijn.«
Dat
zulke
opvattingen
weinig
strookten
met
_dìe
van
de
deftige
ceremoniemeesteres,
gravin
Von
Bosz,
begrijpt
men,
als
men
de
volgende
regels
Jeest,
die
deze
tot
haar
zolfonderricht
opstelde:
„Eene
ceremonie-
meestereg
m»et
het
hoofd
steeds
omhoog
houden
en
rechtop
gaan,
met
een
statigen
tred.
Ziij
moet
altiijd
langzaam
en
met
waardigheid
spreken
en
als
zij
iemand
groet,
niet
alleen
met
het
hoofd
buigen,
zooals
men
tegen
woordig
dikwijls
verkeer-
delijk
doet,
doch
te
gelijk
met
de
knieëa
nelgen,
en
zich
daarna
weder
met
defiig-
heid
oprichten*,
Waarlijk,
zij
kon
het
niet
slechter
getroffen
hebben
dan
aan
het
Hof
van
deze
kroonprinses.
Toch
had
zij
haar
hartelijk
lief
en
de
wijze,
waarop
zij
zich
na
den
vroegtijdigen
dood
van
hare
meesteres
over
deze
uitliet,
bewijst
dat
ze
onder
een
koel
uiterlijk
een
warm
en
deel-
nemend
hart
bezat.
Het
vroolijke,
jonge
paar
kon
soms
niet
nalaten
zich
te
haren
kosto
te
vermaken.
Op
zekeren
morgen,
terwijl
de
kroonprins
en
zijne
echtgenoote
zich
op
het
kleine
lustslot
Paretz
bevon=
den,
ontving
de
ceremoniemeesteres,
door
middel
van
een
kamerdienaar,
eene
vorme-
lijke
uitnoodiging
om
te
twee
uur
met
Hare
Koninklijke
Hoogheid
eon
rijtoer
te
gaan
maken.
Blijde,
dat
het
door
haar
uitgestrooides
zaad
eindelijk
in
een
vrucht-
baren
bodem
scheen
te
zijn
gevallen,
ver-
scheen
de
gravin
op
het
bepaalde
uur
in
volie
staatsie,
Hoe
groot
is
haar
verbazing,
als
Louise
haar
te
gemoet
treedt
in
oen
eenvoudig
zomerkleedje,
met
een
strooien
hoed
op
het
hoofd,
terwijl
de
kroonprins
op
een
boerenwagen
zit,
met
één
paard
bespannen.
E
:
:
&
„Lieve
Bosz,
roept
Louise,
zoodra
zij
haar
gewaa:
wordt,
„we
zullen
een
aardig
toertja
door
de
bergen
maken.
Stap’
in
als
het
u
belieft.
De
gravin
staat
sprakeloos.
„Maar
dat
Ís
u
toch
geen
ernst
P“
brengt
ze
eindelijk
uit.
„En
waarom
niet
P“
is
de
wedervraag.
UITGEVERS:
TER
MAAB
&
SUHUIJ',
Eioerdam.
„Stap
gerust
op
den
kroonprins
wijzende,
„ik
heb
een
vertrouwden
koetsier“.
„Nooit“,
spreekt
de
gravin
met
beslistheid,
„nooit
zal
ik
zoo
iets
doen“.
„Zooals
gij
wilt“,
her-
necemt
Louise;
„gij
weet
anders
niet
wat
gij
versmaadt“,
Ea
naasí
baar
echtgenoot
plaats
nemend,
rijden
zij
vroolijk
lachend
weg.
Aan
den
avond
van
dien
dag
brachten
Louise
en
de
kroonprins
de
oude
dame
een
bezoek.
„Beste
Busz“,
zeide
hij,
„gijij
zult
vÔortaan
den
titel
voeren
van
dame
d’étiguette.
Maar
wees
nu
niet
boos;
we
zullen
ons
leven
beteren.
Morgen
zult
gij
ons
vergezellen
naar
onzen
oom
prins
Henlrik.
Beveel
maar
hoe
gij
daarheen
zult
rijden
!
'
De
dame
d’étiquette
zet
zich
in
postuur
en
als
orakeltaal
klinkt
het
van
hare
lippen:
„Brengt
men
een
bezoek
aan
een
der
leden
van
de
koninklijke
familie,
dan
geschiedt
zulks
in
een
karos,
met
vier
paarden
bespannen.
Twee
koetsiers
zitten
op
den
bok,
twee
palfreniers
staan
achter
op
bhet
rijtuig,
terwijl
twee
lijfjagers
in
gala
als
voorrijders
dienst
doen.
Geldt
het
den
koning
.
.
<
„Al
genoeg“,
valt
de
kroonprins
haar
in
de
rede,
„dien
geldt
het
nu
niet.
Het
zal
alles
overeenkomstig
uwe
bevelen
ge-
schieden,
“
Op
het
bepaalde
uur
staat
werkelijk
alles
gereed,
De
ceremonie-meesteres,
die
natuurlijk
aan
de
lagerhand
moest
zitten,
stapt
het
eerst
in.
Zoodra
zij
gezeten
is
slaat
de
kroonprins
het
portier
Cicht
„Naar
Zine
Konicklijke
Hoogheid
Prins
Herdrik
van
Pruisen!%,
roept
hij
den
koetsier
toe.
_En
terwijl
het
rijtuig
in
pijlsnelle
vaart
voortsnelt,
volgen
de
kroon-
prins
en
Louise
ia
een
aenvoudige
chais,
met
twee
paarden
bespa:men,
Door
den
betrekkelijk
vroegtijdigen
dood
van
Friedrieh
Wilhelm
II
werd
Louise
reeds
op
negentienjarigon
leeftijd
tot
den
froon
geroepen.
Ook
hier
bleef
zij
dezelfde
stille,
gemoedelijke
vrouw,
die
zij
als
kroon-
p:inses
'
was
geweest.
Zij,
die
later
in
donkere
dagen
haar
echtgenoot
tot
sterkte
en
steun
was,
was
er
in
de
dagen
van
voorspoed
slechts
op
bedacht
het
leven
van
den
min
of
meer
eenzelvigen
man
door
alleriei
kleine
oplettendheden
tever-
aangenamen.
Eéa
staaltjs
daarvan
zij
nog
medegedeeld.
>
Onder
de
officieren
van
het
Pruisische
leger
was
er
geen,
dien
Friedrich
Wilhelm
persoonlijk
liever
lijden
moeht
dan
den
ouden
generaal
Vou
Köekeritz.
Herhaal-
delijk
was
hiij
dan
ook
de
gast
aan
s
konings
eenvoudigen
disch.
Zoodra
echter
de
maaltijd
geëindigd
was
en
dit
maar
eenigszins
voegzaam
geschieden
kon,
aam
hij
afscheid
en
verwijderdehij
zieh,
ouder
voorgeven
väán
noodzakelijke
bezigheden.
Het
ontging
Louise
niet,
dat
dit
haar
echtgenoot
hinderde.
Op
zekeren
dag
was
hij
weder
’s
konings
gast
en
weder
stond
hij,
na
haastig
een
kop
koffie
gedronken
te
hebben,
op
om
te
vertrekken.
„Neen,
generaal“,
sprak
Louise,
„voortaan
zult
giij
niet
meer
deserteeren,
maar
uwe
voodzakelijke
bezigheden
hier
verriehten®.
Ea
op
een
wenk
van
de
koningin
treedt
een
bediende
binnen,
die
den
verbaasden
olficier
een
gestopto
pijp
en
een
comfoor
met
vuur
aanbiedt,
terwijl
Louise
den
koring
lachend
verhaalt
hoe
zij
er
einde-
lijk
achter
gekomen
is,
welke
noodzakelijke
bezigheden
dea
ouden
krijgsman
zich
zoo-
zeer
deden
haasten.
£
En
hoe
zij
tevens
onder
de
moeilijkste
omstandigheden
haar
waardigheid
wist
op
t
houden,
dat
bewijst
Napoleons
uitroep,
na
zijn
herhaald
onderhoud
met
haar
vóor
den
vrede
van
Tilsit:
„Die
vrouw
is,
OD-
Gverwinnelijk!
Zij
zou
koningin
blijzen,
al
ootnam
ik
haar
ook
haar
geheele
koninkrijk
!*
Liet
plaatsruimte
het
toe,
we
zouden
gaarne
nog
een
blik
op
haar
slaan
als
de
voorbeeldige
moeder
van
haar
talrijk
xroost.
Dan
genoeg!
Het
medegedeelde
18
naar
we
meenen,
voldoende
om
ons
recht
te
geven
tot
de
bewering,
dat
’t
het
weibliche
in
haar
persoon
was,
dat
zulk
een
machtigen
en
heilzamen
invloed
op
haar
volk
heeft
uitgeoefend.
J.
C.
VAN
DEN
BERG.
Heerenveen.
Proclamatie
van
Toekoe
Oemar.
Het
Bat.
Nbld.
van
5
December
bevat
cene
proclamatie
van
Toekoe
Oemar
aan
de
Atjehers,
zooals
die
aan
het
blad
uit
Poeloe
Lam
Oeloe
is
toegezonden,
De
inhoud
eryan
is
de
volgende
:
in,
hét
paard
is
mak
enk,
'
‘meente
rord
geweest
G
blat
vhrschijnt
elken
Woensdag
en
Zaterdag.
in
nog
8
andere
plaatselijke
bladen.
genomen
Advertentiën
voor
dit
blad
opge-
geven
worden
tevens
gratis
op-
Alle
boekhandelaren,
agenten
en
brievengaarders
nemen
abonnementen
en
advertentiën
aan.
„U
allen,
die
de
kaffirs
kwaadwilliges
noemen,
maar
die
voor
Allah
de
eenig
goedgezinden
zijn,
in
Atjeb,
kom
ik
hoop
en
troost
in
het
hart
storien.
„Veel
was
door
de
Atjehers
gezondigd
;
zwaar
heeft
daarom
de
bestraffende
hand
van
den
Alziende
ons
getroffen.
:
„Maar
nu
is
de
boete
aangezuirerd.
„Allab,
die
de
dapperheid
der
H(_)_ll&n—
ders
gebruikt
heeft
om
ons
te
kastijden,
laat
hen
nu
weer
door
hun
domheid
be-
heerschen;
ons
is
de
verademing,
de
hoop.
Wee
hem,
die
getwijfeid
heeft
!
„Reeds
is
de
mare
tot
mij
gekomen,
dat
de
man,
dien
wij
vreezen
als
het
vlammend
zwaard,
weggeroepen
zal
wor-
den
van
Atjeh.
í
„Allah
bestiert
alles
naar
zijn
wil!
_
„De
gouverneur
te
Kota
Radja,
die
vroeger
een
boek
heeft
geschreven,
hoe
wij
bedwongen
kunnen
worden,
—
alsof
—
Te
Grave
(N.:Br.)
wilde
de
weduwe
H.
van
den
zolder
gaan
langs
een
trap.
Ongelukkig
stapte
zij
mis
en
deed
daar-
door
zulk
een
hevigen
val,
dat
zij
met
het
hoofd
op
den
groud
terecht
kwam
en
voor
dood
werd
opzenomen.
—
Voor
eenigen
tijd
is
nabj
Arnhem
een
traep
militaire
wielrijders
aangereden
door
een
woest
rijdende
automobiel,
waar-
door
eenige
riijders
gekwetst
werden
en
een
paar
machines
werden
beschadigd.
Thans
heeft
de
berijder
dier
automobiel,
baron
van
W.
te
B,
van
hoogerhand
verbod
ontvangen
om
rijkswegen
te
berij-
den.
Sedert
toert
hij
op
de
binnenplaats
van
zijn
buiten.
—
Te
Loosdrecht
is
een
kind
behekst
en
onder
behandeling
gesteld
van
een
duivelbanster
te
Hilversum.
'
Onder
de
middelen,
die
volgens
advies
dat
mogelijk
ware!;
„de
gouverneur,
woord
ook
brengen
en
terudreef
die
zijn
geschreven
ons,
die
goedgezindes,
van
onze
landen
on
die
tot
ver
erven,
en
die
aldus
deed
wat
b
Echree.flj
in
zijn
sleeht
boek;
„die
gouverneur
zal
heengaan
van
Kota
Radja
en
van
Atjeh;
een
ander
zal
hem
komen
bewijzen
dat
wat
hij
schreef
en
deed,
even
weinig
beteekenis
heeft
als
hetgeen
Koning
Eóaoog
weleer
tot
stand
bracht.
„En
evenals
toen
zullen
wij
weer
kun-
uen
te
voorsehijn
komen
uit
onze
vlucht-
oorden
en
den
oorlog
heryatten
met
hoop,
met
vertrouwen
op
voorspoed.
„Wie
‘zou
er
nog
durven
twijfelen
aan
de
goede
gezindheid
van
Allah,
wiens
kinderen
wij
zijn
?
„Wet
uw
klewang,
giet
kogels,
oefent
oog
en
hand
!
„Weldra
zullen
wij
weer
een
groot
chandoerie
slamat
vieren,
want
Allah
is
A!lah
en
Mohammed
is
zijn
profeet
!“
Gemengd
Niceuws.
Een
stad,
die
voor
haar
handel
geld
over
heeft,
is
Hamburg.
De
raad
heeft
nu
weer
20,000,000
mark
toegestaan
voor
vergrooting
der
haven.
—
:
Uit
De
Bilt
men
aan
het
U.
D.
het
volgende:
De
63-jarize
tweelingbroeders
Jansen,
in
de
wandeling
bekend
onder
den
naam
van
„Coop
en
Heus“,
een
paar
„rarenk,
zooals
men
in
het
dorp
zegt,
waren
zoo-
uls
zij
dit
elk
jaar
gewoon
waren,
de
ge:
om
nicuwjaar
te
wenschen.
De
oude
vrouw,
bij
wie
zij
inwoonden,
zond,
toen
ziij
’s
avonda
niet
terug
kwamenp,
een
buurvrouw
uit
om
eens
te
zien
waar
zij
bleven.
Deze
vond
hen
vok,
doch
hoe.
Op
den
Spierweg
gekomen,
vond
zij
Coop
in
de
eene
sloot
naast
den
weg
en
Heus
in
de
andere,
beide
dood.
Vermoedelijk
zijn
de
oude
lieden
door
de
duisternis
misleid
in
het
water
geraakt
en
verdronken.
meldt
—
-
Een
jaar
geleden
stelde
de
firma
P.
Stoffel
Cza,,
te
Deventer,
om
bet
ge-
bruik
van
sterken
drank
onder
haar
arbei-
ders
tegen
te
gaan,
een
onthoudersfonds
in,
waaruit
aan
ieder,
die
een
vol
jaar
geen
sterken
drank
gebruikt
had,
een
premie
van
{15
gulden
werd
toegezegd.
Voor
elke
uitgekeerde
premie
zou
ds
firma
tevens
{15
in
het
pensioenfonds
storten,
Het
Derenter
Voiksblad
deelt
thans
de
volgende
inlichtingen
mede,
door
de
firme
tot
uitvoering
is
beginnen
fs
/
van
deze
zeker
tot
herstel
moeten
leiden,
[
komt
voor,
dat
de
moeder
van
het
behek-
ste
kind
gedurende
negen
achtereenvol-
gende
dagen
in
huis
niets
mag
aanpakken.
Verder
mag
in
hetzelfde
tijdsverloop
miets
in
de
woning
gebracht
of
er
uitge-
haald
worden.
Het
hoofdbestuur
der
Friescke
Maatschappij
van
Landbouw
beeft
aan
den
minister
van
financiën
een
adres
gestuurd
om
een
invoerrecht
van
10
pct.
gebheven
te
krijzen
voor
het
uit
het
buitenland
in-
gevoerde
ongesmolten
versch
rundvet
en
versch
vleesch,
dus
een
recht
geliijk
aan
den
accijns
dien
de
ingezetenen
hier
te
lande
moeten
betalen
;
teyens
met
verzoek
om
in
afwachting
van
dit
invoerrecht
de
vleesch
te
schorsen.
Te
Boekerhaven
(N.-H.)
hebben
baldadigen
de
brievenbus
(een
houten)
in
brand
gestoken.
Toen
het
vuur
zich
reeds
2an
het
gebouwije,
-waaraan
de
bus
is
vastgehecht,
had
medegedeeld,
werd
het
bemerkt
en
spoedig
gebluscht.
De
inhoud
van
de
bus
is
uatuurlijk
verbrand.
—
Te
Groningen
woont
een
man,
die
vermoedelijk
wel
de
langste
zal
zijn
in
ge-
heel
Nederland.
Het
is
de
oud-landbou-
wer
L.
Bouman,
die
eene
hoogte
heeft
van
2.20
Meter,
Deze
man
stelt
zich
beschikbaar
om
als
»reust
bekeken
te
worden.
—
Te
Tjuchem
(Gr.)
geraakte
de
landbouwer
H.
Boereme
met
de
paarden
op
hol,
met
het
ongelukkig
gevolg,
‘dat
om
aan
de
eischen
te
voldoen,
die
voor
ecne
etaats-,
provincis!<-
vf
gemeentelijke
betrekking
gesteld
wor:su,
nog
moeilijker
zal
het
worden,
als
het
voorbeeld,
dat
in
een
groot
Drentsch
dorp
gegeven
wordt,
vavolging
mocht
vinden.
Daar
heerscht
tusschen
den
burgemeester
en
den
notaris
ceu
minder
aangename
verstandhouding.
Een
ambtenaar
op
de
secretarie
kwam
dikwijls
biij
den
noteris
aan
huis,
hetgeen
den
burgemeester
zeer
verdroot.
Deze
stelde
zijn
ondergeschikte
mnu
den
eisch
om
òf
voor
de
boirekking
te
bedanken
òf
zijne
bezoeken
e
staken.
Dit
wilde
de
ambtenaar
nist
doen
en
daarom
werd
hij
ontslagen,
hoewel
de
notaris
een
zeer
geacht
persoon
is.
Toen
nu
een
nieuwe
ambtepaar
werd
aangesteld,
werd
hem
bij
contract
door
den
burgemeester
de
ver-
piichting
opgelegd
den
notaris
en
diens
over
de
resultaten
van
het
eerste
jaar
verstrekt
:
f
Van
een
personeel
van
72
vaste
werklieden
gaven
zich
in
het
vorige
jaar
48
personen
aan.
Daarvanisin
den
loop
van
1898
slechts
één
persoon
teruggetreden,
zoodat
aan
47
arbeiders
de
premie
kon
worden
uitgekeerd,
en
tevens
£705
in
het
onthoudersfonds
werd
gestort.
Dit
resultaat
op
zich
zelve
is
zéér
verblijdend,
terwijl
voor
het
aanstaande
jaar
zich
opnieuw
42
van
de
bovenge-
noemde
47
hebben
aangemeld,
benerens
2
nieuwen.
—
Dat
twee
broeders
op
denzelfden
dag
sterven,
komt
gelukkig
zelden
voor.
De
familie
Schmeitz
te
Sittard
vernam,
dat
haar
oudste
zoen,
de
heer
Jea=n
Schmeitz,
gehuwd,
oud
47
jaren,
des
nachts
was
ge-
storven.
Een
paar
uur
later
ontviog
zij
een
telegram,
dat
de
jongste
zoon,
de
heer
Alphons
Schmeitz,
oud
22
jaren,
ereneens
gehuwd,
te
Brussel
was
overleden.
buis
te
schawen
als
een
verpeste
plaaís,
daar
hij
anders
onmiddellijk
ook
zijn
ont-
slag
zou
krijgen.
Het
valt
moeiljk
aan
dergelijke
staalijes
van
despotisme
te
gelooven,
maar
het
ge-
val
is
helaas
maar
al
te
waar.
—
Dat
plagerijen
wel
eens
noodlottige
_
gevolgen
hebben,
bleek
te
Venlo,
Een
drietal
jeugdige
meisjes
klopte
Zon
dag-
avond
-
bijij
een
man,
woaende
aan
do
„Misten“,
op
de
‘gesloten
vensterluiken.
Hierdoor
in
woede
ontstoken,
liep
bij
met
een
mes
in
d3
hand
het
vluchtendo
drietal
achterna.
i
De
jongste,
een
11-jarig
meisj,
vlüchtte
in
een
pakhuis,
doch
dit
was
luk.
De
man
greep
haar
en
door
een
gat,
bestemd
voor
ee
beneden,
ten
haar
onge-
wxerp
ktaar
n
]iff,
naar
gevolge
waarvan
zij
E
cen
been
bruk
en
een
ernstige
kneuzing
aan
de
heup
bekwam.
Tegen
den
wOesteling
is
proces-rerbaal
opgemaakt,
e
m
e
w
oh
4
o
A
5
k
È.'
dispensatiën
tot
invoer
van
versch
vet
en-
h
onder
den
wagen
geraakte
en
kort
daarna
overleed.
—
Is
het
tegenwoordig
reeds
lastígl
z
2
WENK
4
B
x