Tekstweergave van NL-WbdRAZU_DL_18960115_001
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Ahonnemenisprijs
:
£
0,05.
an
1
—
3
regels
25
Cents,
en
iedere
S
Advertentieprijs
:
Driemaal
Plaatsing
wordt
slechts
nement
aanmerkelijk
lager.
Waarheid.
Spreek
altijd
de
waarheid
!
Wees
waar
!
_
:
Zietdaar
uitdrukkingen,
Waarheid
bovenal
!
iomg
cebezied,
doch
waarin
meer
hgt
op-
|
h
m
_
L
e
:
e
\
kwaad
en
goed
is
niet
meer
uit
elkander
te
hou-
vesloten,
dan
men
denkt.
o
)
.
….
-
5
Om
enkele
grepen
in
de
werkelijkheid
te
doen
:
Er
zijn
menschen,
die
er
zich
op
toeleggen,
om
Per
3
maanden,
franco
per
post
f0,55.
regel
tweemaal
berekend.
zooveel
mogeljk
waar
te
zijn;
veel
zelfs
op-
|
offeren
om
de
waarheid
te
handhaven.
gaat
er
niet
één
dag
van
hun
leven
voorbij,
of
7
3
ze
zijn
onwaar.
Wat
wordt
er
D.
voor
’t
oog
Toch
|
‚
men
datgene,
wat
men
behoort
van
de
wereld
niet
veel
gedaan
en
nagelaten,
|
om
schooner
en
beter
te
schijnen,
dan
men
is.
De
man
van
zaken,
die
vroeger
welgesteld,
thans
gebukt
gaat
onder
de
zorgen
en
lasten
des
lerens,
wil
en
zal
zoolang
hem
dat
mogelijk
is,
tegen-
over
de
wereld
de
groote
man
bliijven.
E
Zoo
geveu
sommigen
den
schijn,
alsof
zij
bheel
opgeruimd
en
tevreden
zijn;
op
partijtjes
voeren
|
zijn,
wanneer
men
beweert
de
zij
allerlei
grappen
uit,
zoo
aareig,
dat
ieder
om
|
hen
lacht
en
denkt:
„wat
zijn
dat
een
aardige
|
Jui.“
In
huis
echter
zijn
zij
lang
niet
altijd
even
opgeruimd,
even
gezellig.
Ze
kunnen
vrouw
en
kinderen
menigmaal
afsnauwen,
ze
zijn
vaak
gemelijk,
lastig
voor
hunne
huisgenooten.
Zoo
zijn
er
anderen,
die
zich
als
bedroefden,
kunuen
aaustellen,
terwijl
zij
in
waarheid
niet
bedroefd
zijn;
menschen}
altemaal,
die
mildelijk
over
hunne
tranen
kunnen
beschikken,
al
naar
|
gelang
de
omstandigheden
het
medebrengen.
Weer
anderen
wandelen,
volkomen
in
overeenstemming
met
de
eischen
der
mode,
onze
woningen
voorbij.
Men
zou
er
heel
wat
van
denken.
Maar,
o0,
als
men
eens
wist,
waar
zij
eigenlijk
thuis
behooren,
in
welke
armoedige
vertrekken
ziij
hun
leven
doorbrengen,
hoe
ziij
zich
ternauwernood
het
allernoodigste
kunnen
aanschaffen,
wij
zijn
er
van
overtuigd,
dat
men
dan
niet
zoo
hoog
zal
opgeven
over
het
streven
der
menschen
naar
waarheid.
Als
we
eens
letten,
werkelijk
letten
op
de
ge-
veinsde
a:moede
en
rijkdom,
op
de
gemaakte
‘
vreugde
en
smart
—
om
niet
meer
te
noemen
—
dan
is
het
leven
eigenlijk
niet
heel
veel
an-
ders,
dan
een
Kermis
der
ijdelheid.
Wat
is
Waarheid*
Men
kan
die
vraag
niet
in
één
zin
of
n
enkele
regels
beantwoorden,
want
wat
de
een
voor
waarheid
houdt,
behoeft
voor
den
ander
nog
niet
waar
te
zijn.
aan
ons
voordoen
als
vrienden
van
de
waarheid,
kunnen
misschien
wel
vrienden
van
de
leugen
zijn.
Het
hangi
alles
af
van
de
vraag:
wat
is
voor
mij
waarheid,
wat
dringt
zich
4an
mij
als
waarheid
op,
of
nog
juister
gezegd,
het
stempel
der
echtheid
?
Armoede,
welke
niet
an
den
weg
timmert;
droetheid,
waarvan
alleen
de
stille
binnenkamer
weet.
Waarheid
lezers!
is
bescheidenheid,
en
als
zoodanig
staat
zij
tegen-
over
de
leugen,
die
brutaa!,
vermetel
is
en
re-
sierlijk
uitgedost,
|
L
meldde
dn
a
è
)
ND
Enkele
nummers
5
daarboven
5
Cent.
‘\‘‚
l
e}
j
abun-â?
Í
)
Wij
leven
in
een
tiijjd,
waarin
wij
achter
de
kunnen
plaatsen.
al
zo)
Velen
zijn
nen
onderscheiden,
en
waar
moet
da:
heen?
Wij
zeggen
niet
allen,
maar
velen
weten
hetgeen
den,
zoodat
uitdrukkingen
als
spreek
de
waarheid,
wees
waar,
waarheid
bo-
venal,
klanken
zijn,
meer
niet.
meen
schaamt
men
zich
voor
hetgeen
men
is
terwijl
men
zich
eigenlijk
schamen
moest,
dat
te
zijn,
niet
is
Men
schaamt
zich
in
onze
19le
eeuw,
om
den
ernst
des
lerens
te
bewaren,
terwil
men
zich
niet
schaamt
om
onfatsoenlijke
schulden
te
maken
en
zich
op
allerlei
wijze
te
baiten
te
gaan.
Over
’t
alge-
|
6e.
JAABGANG
No.
5.
Woensdag
15
Januari
1896.
Ê
g
Uilgevers:
ter
Haar
&
Schuijt,
—
Leerdam.
Een
en
ander
mocst
ons
van
het
hart,
om
U,
|
lezers!
te
doen
zien,
dat
men
voorzichtig
moet
waarheid
Jlief
te
hebben,
voor
haar
te
strijden,
enz.
daarom
besluiten
met
den
wensch,
dat
wij
inel:
ke
omstandigheid
des
levens
ons
geven,
zooals
wij
zijn.
Men
spele
met
open
kaart,
niet
voor-
|
naam
willende
zijn,
«ls
de
middelen
het
niet
ver-
oorlooven.
Wandelen
wij
bescheiden
onzen
weg,
want
de
waarheid
is
bescheiden.,
zal
dit
zijn:
zijn
wij
in
behoeftige
omatandighe-
den,
of
bedroefd,
ziels
bedroefd,
de
wereld
zal
helpen,
de
wereld
zal
gelooven
aan
onze
tranen.
Bijtijds
kan
dan
nog
een
en
ander
voorkomen
worden.
Waarheid
bovenal!
Moge
geheel
ons
zijn,
ge-
heel
ons
doen
en
laten,
daaryan
uitzaan.
Erzal
niet
zooveel
misverstand
zijn;
de
menschen
zullen
elkander
te
beter
leeren
verstaan,
elkan:
der
te
beter
er
door
leeren
helpen
en
steunen.
En
daar
komt
het
juist
op
aan!
L.
Gemengd
Nieuws
Omtrent
deu
diefstal
bij
den
heer
W.
M.
in
Den
Haag
verneemt
het
Vad.
nader,
dat
eer-
gisterenmorgen
een
heer
zich
bij
den
dokter
aan-
om
dezen
te
spreken
en
verklaarde
te
zullen
wachten,
toen
hij
hoorde,
dat
de
heer
W.
M.
nog
niet
thuis
was.
In
de
studeerkamer
ge-
‚
laten,
brak
de
onbekende
daar
cen
bureau
open
Wie
zich
|
en
verwijderde
hiij
zich
met
een
trommel
met
|
ongeveer
16000
aaa
effecten
en
f3000
aan
bank-
wat
draagt
|
clame
maakt.
Van
de
meesten
geldt
ten
oplich-
|
te
ven
het
zich
beter
voordoen
in
de
wereld,
de
juistheid
van
het
spreekwoord:
„holle
vaten
klin-
ken
’t
meest.
x
wEEn
Feuilleton
TET
Waar
zal
\}ik
Iwerk
vinden
?
DDD
E
4
Juist
waren
zij
verdiept
in
de
beschouwing
van
de
machine,
waarvan
zij
een
klein
gedeelte
door
de
kap
aan
dek
konden
zien,
toen
de
stoom-
fluit
van
de
Wilbelmina
—
door
een
langgerekt,
dof
gefluit
—
het
sein
gaf
dat
het
uur
van
ver-
trek
gekomen
was
en
dat
de
niet
tot
de
passa-
giers
behoorende
personen
het
schip
moesten
ver-
laten.
Voordat
ze
er
op
bedacht
zijn,
bevinden
Van
Dongen
en
zijn’
vrouw
zich
op
de
loopplank
en
worden
zij
door
de
achter
hen
aandringende
me-
nigte
voortgeschoven
tot
zij
weder
vasten
voet
aan
wal
hebben.
Leen
wil
met
alle
geweld
raar
het
schip
terugkeeren,
omdat
zij
nog
geen
af-
zij
de
voet
op
de
loopplank
zetten,
toen
deze
werd
iogehaald
en
de
verbinding
tusschen
den
wal
en
het
schip
zoodoende
verbroken
s
„Kom,
Leen“
zegt
baas
Van
Dongen,
„hou
je
»DU
goed
voor
je
jongen,
laat
hij
niet
zien
dat
je
»tranen
in
de
oogen
hebt,
want
dan
zou
hij
het
szelf
ook
te
kwaad
krijgen,
kijk,
je
kunt
hem
„daar
net
zien
staan
bij
die
eerste
mast,
hij
is
op
2°en
van
de
sloepen
geklommen
en
wuift
met
ZIJjn
muts,
Aan
het
woelende,
witte
schuim
dat
zich
ach-
ter
het
schip
in
het
water
vertoont,
is
het
te
zien
at
de
machine
in
beweging
is
gesteld;
de
tros
‘en,
waarmede
het
schip
aan
den
wal]
is
gemeerd
worden
losgegooid
en
Gekas
S
‘ekasteel
langzaam
vooruit.
|
afstand
tusschen
de
kaai
en
het
schip
on
t’
duurt
niet
|
|
lang
of
de
gelaatstrekken
van
hen,
die
zich
op
|
papier,
waaronder
twee
biljetten,
elk
van
f
100.
Gelukkig
waren
de
effecten,
die
aan
een
ver-
eeniging
behooren,
van
de
couponbladen
ontdaan
en
werden
deze
door
een
der
andere
bestuursleden
bewaard.
De
dief,
die
dus
aan
de
effecten
niets
rugbezorgen
en
heeft
zich
met
de
bankbiljetten
tevredengesteld.
Zooals
wij
gisteren
reeds
gemeld
hebben,
meeut
men
den
dief
te
kennen.
—
B
het
lichten
der
onlangsop
de
Merwede
onder
Sliedrecht
gezonken
schepen
Emmanuel
en
Ziethen
gebeurde
Vrijdag
ochtend
een
onge-
luk.
Een
62
jarig
duikelaar,
te
Ouddorp
woon-
Ziowel
aan
den
wal
als
op
het
schip
is
het
esn
eindeloos
wuiven
met
hoeden,
mutsen
en
zakdoeken;
al
meer
en
meer
vergroot
zich
de
|
het
dek
van
de
Wilhelmina
bevinden,
zijn
niet
|
meer
te
i
en
vrienden
aan
den
wal.
à
Langzaam
gaat
de
menigte
uiteen
en
ook
baas
|
Van
Dongen
met
zijn’
vrouw,
na
herhaaldelijk
|
naar
het
hoe
langer
hoe
kleiner
wordende
schip
‚
te
hebben
omgezien,
richten
eindelijk
hunne
schre-
den
naar
het
station,
om
met
den
eerstvertrek-
|
kenden
trein
naar
Rotterdam
terug
te
keeren
en
|
van
daar
met
de
stoomboot
de
rcis
naar
han
dorp
voort
te
zetten.
Ruim
drie
maanden
na
Jan’s
vertrek,
ontvangt
baas
Van
Dongen
een
brief
ait
Buitenzorg,
waarin
Jan
ziijn
bebhouden
aankomst
mededeelt
en
eene
uitvoerige
beschrijving
geeft
van
al
het
Laat
ona
|
En
het
gevolg
|
|
kaart
voor:
de
|
duiijes
al
spoedig
tot
eene
vrij
belangrijke
som
herzennen
voor
hunne
bloedverwanten
|
e
Dit
blad
verschijnt
ratis
opgenomen
i
f
|
achtig,
kreeg
oen
vallende
katralschijf
op
het
en
de
ongelukkige
korten
tijijd
daarna
overleed.
Te
Lheebroek,
gsmeente
Dwingeloo
is
‚
Vrijdagmiddag
een
droeviz
ongeluk
voorgevallen.
Ds
kleinaknecht
van
den
landbouwer
J.
Klaassen,
wilde
op
vogels
schieten
doch
heeft
ongelukkig
het
vijfjarig
zoontje
van
K.
een
doodelijk
schot
toegebracht.
Men
schrijft
uit
Etten-Leur.
De
reeks
van
branden
neemt
hier
met
den
dag
|
toe.
Thans
zijn
weder
twee
branden
te
vermel-
den.
Vrijdagnacht
half
twee
sloegen
de
vlammen
uit
de
pottenbakkerij
van
den
heer
A.
van
Tate-
ring
te
Leur
en
bijna
op
hetzelfde
oogenblik
stond
de
de
aai
in
lichte
laaie.
De
brandweer
kon
de
pottnbakkerij
gedeeltelijk
beionden,
doch
de
schuär
met
haar
rijken
inhoud
brandde
geheel
af.
©
t
is
reeds
de
tiende
brand
in
zeer
korten
tijd.
Uit
een
paar
advertentiën,
voorkomende
in
deze
courant,
blijkt
dat
de
bekende
drop
door
|
handel
gebracht
op
ergerlijke
wijze
wordt
nage-
maakt.
Met
al
de
haar
ten
dienste
staande
mid-
|
|
|
de
firma
Kater
&
Co.
reeds
jarenleng
in
den
|
Í
|
delen
wenscht
de
firma
zich
hiertegen
te
verde-
|
digen.
Haar
raadsman,
de
heer
mr.
B.
Cohen
heeft
dientengevolge
onderstaande
circulaire
aan
alle
verkoopers
van
dien
namaak
verzonden,
opdat
ze
op
hunne
hoede
knnnen
zijn
om
zich
‘voor
sohade
te
beveiligen
:
„Naar
aanleiding
van
een
schrijven
der
heeren
N:
Kater
&
Co.,
alhier
eigenaren
van
|
het
handelsmerk
„Katjes
Drop
uit
de
blikken
Trommel,“
wensch
ik
u
het
navolgende
onder
het
oog
te
brengen:
U
hebt
in
de
winkel
ten
verkoop
in
voorraad
nagemaakt
Katjesdrop
onder
denzelf-
den
naam
en
voorzien
van
dezelfde
merken
als
door
genoemde
heeren
gerechtelijk
zijn
gedepo-
neerd.
z’o
te
doen
behalve
aan
een
eisch
tot
schadever-
ì
goeding,
u
bovendien
volgens
art.
337
van
het
|
Wetboek
van
Strafrecht
aan
strafrechtelijke
ver-
volging
blootstelt.
Aangezien
de
heeren
N.
Kator
&
€Co.
mij
de
opdracht
hebben
gegeven
hiertegen
ernstige
maatregelen
te
nemen,
geef
ik
u
biijij
dezen
den
raad
om
het
met
bovenstaande
merken
nagebootst
artikel
ten
spoedigste
uit
uwen
|
winkel
te
verwijderen.
Doet
u
zulks
binnen
8
|
dagen
niet,
dan
zalik
aan
bovenstaande
opdracht
gevolg
geven.”
—
De
N.
Groningsche
C.
meldt:
ì|
De
zeer
natuurlijke
belangstelling
der
Neder-
|
landers
in
de
zaken
van
Transvaal
heeft
aaulei-
|
ding
gegeven
tot
eene
speculátie,
waarvan
een
|
onzer
stadgenooten
de
dupe
is
geworden.
Hij
be-
‚
stelde
bij
eene
Haagscke
firma
de
door
haaruit-
had,
heeft
ze
dan
ook’in
den
trommel
laten
te-
!
gegeven
nieuwe
kaart
van
Transvaal
om
zich
te
|
oriënteeren
op
het
„oorlogstooneel“.
Ook
ontving
hij
eene
kaart
die
volgens
een
opschrift
van
dit
|
jaar
°96
dateerde.
Tot
zijne
groote
verbazing
|
echter
vond
hijj
daarop
noch
Krugersdorp
noch
andere
thars
veelgenoemde
namen
en
zelfs
Jo-
hannesburg
kwam
niet
met
drukletters
ì
ket
cxamen,
tot
opzichter
(adjudant-onderofficier)
werd
benoemd.
Zijne
inkomsten
waren
daardoor
zoo
toegeno-
men
dat
hij
elke
maand
f
50
van
zijn
tractement
|
aan
zijn’
vader
kon
zenden,
zoodat
zijne
spaar-
|
i
aangroeiden.
ì
Ruim
vier
jaar
bekleedde
Jan
tot
volle
tevre-
|
denheid
zijner
chefs
de
betrekking
van
opzichter,
toen
er
door
het
pensionneeren
van
een
luitenant
|
‚
magazijnmeester
der
genie
eene
vacature
in
dien
|
‚
merkwaardige
dat
hijj
op
reis
naar
Indië
heeft
|
gezien,
van
de
goede
verzorging,
aan
boord,
van
j
E.
5
‚
de
gulle
ontvangst
bij
aankomst
te
Batavia,
van
scheid
van
Jan
heeft
genome:,
maar
juist
wilde
|
zijne
plaateing
te
Buitenzorg
van
het
heerlijk
frissche
klimaat
op
die
plaats
met
hare
prach-
tige
berggezichten,
helder
stroomende
rivieren
i
en
het
eeuwigdurende
groen
van
velden
en
bos-
weldra;
gaat
het
trotsche
|
schen.
Ongeveer
twee
jaren
bleef
Jan
in
garnizoen
te
Buitenzorg,
bij
de
genie
zulke
goede
diensten
bewees
dat
hij
in
die
twee
jaren
achtereenrolgens
tot
korparaal
en
sergeant
werd
bevorderd.
Tengevolge
van
zijn’
betoonden
ijver
en
op-
passend
gedrag,
werd
aanmerking
gebracht
voor
eene
plaatsing
als
on-
deropzichter
bij
de
geniewerken
te
Batavia,
in
welke
betrekking
hij
zoo
goed
voldeed,
dat
hij
'een
jaar
daarna,
na
flink
voldaan
te
hebben
aan
‚
woorden
vinden
om
hunne
erkentelijkheid
te
be-
ì
í
|
l
voor
bevordering
in
aanmerking
1
rang
openkwam;
hoewel
er
nog
drie
opzichters
|
waren,
die
vóór
Jan
waren
aangesteld,
kwamen
deze
door
hun
weinige
iijver
voor
den
dienst
niet
g,
zoodat
Jan
het
geluk
te
beurt
viel
om
tot
luitenant-magazijn-
meestcr
te
worden
benoemd.
ì
Toen
dat
heugelijke
nieuws
op
het
dorp
be-
|
kend
werd,
haastten
de
dorpelingen
zich
om
|
baas
Van
Dongen
en
zijjn’
vrouw
met
Jan’s
be-
:
noeming
geluk
te
wenschen
;
beiden
konden
geen
l
Î
Î
tuigen
voor
de
blijken
van
vriendschap,
welke
zij
bij
die
gelegenheid
ondervonden
:
het
harte-
‚
lijkst
schter
drukten
zij
de
hand
van
Piet
Loe-
!
waar
hijij
spoedig
Da
zijne
aankomst
|
werd
geplaatst
en
als
timmerman
|
nen,
die
het
denkbeeld
om
Jan
in
dienst
te
doen
L
treden
had
aangegeven
en
aan
wie
het
dus
in
|
de
eerste
plaats
te
dankeu
was
dat
zij
dezen
on-
vergetelijken
dag
konden
vieren.
à
Twaaif
jaren
waren
voorbijgegaan
sedert
Jan
de
ouderlijke
woning
voor
goed
had
verlaten
;
de
brieven
die
hij
in
den
laatsten
tijd
aan
zijne
|
ouders
schreet,
droegen
de
duidelijke
bliijken,
dat
hij
hartelijk
verlangde
hen
terug
te
zien
en
|
|
schreef
hiij
hun
welk
een
heerlijk
vooruitzicht
het
í
hij
eenigen
tijd
later
in
|
voor
hem
was
dat
hiij
over
zes
maanden,
we-
|
gens
langdurig
verblijf
in
Indië,
met
verlof
kon
|
Í
komen.
Eindelijk
kreeg
baas
Van
Dongen
den
laatsten
brief,
dien
Jan
zou
schrijven
vóor
hij
de
terug-
Agenten
en
Brievengaarders
nemen
abonuementen
en
:
s
Í
Ì
,
jj
ar
z
d
|
vraag:
wat
is
waarheid
?
een
groot
vraagteeken
|
hoofd,
waardoor
dit
gedeeltelijk
verbrijzeld
werd
ver
heen,
|
dat
zij
de
waarheid
van
deleugen
niet
meer
kun-
|
groote
boerenschuur
van
R.
van
den
Broek
op
|
—
U
wist
waarschijnlijk
niet
dat
u
door
ì
|
ren
dezelfde,
die
op
de
|
naam
was
daarop
met
gewone
|
|
veel
Í
.
-
‚
wel
zou
uitzien,
toen
het
geratel
van
de
wielen
|
vroeger
elken
Woensdag
en
Zat
g
ardag.
°Pgegeven‚
wordel
tevren
n
nog
8
andcre
plaatselijke
bladen,
Alle
Boekhandela.
>
&dvertentien
aan.
|
stempelinkt
afgedrukt
—
ettelijke
wijlen
van
d®
|
plaats
waar
Johannesburg
eigenlijk
ligt.
En
nu
bleek
biij
onderzoek,
dat
hij
te
doen
had
met
eene
oude
kaart
voor
een
jaar
of
tien
verschenen
en
toen
uitgegeven
ten
bate
van
„het
Roode
Kruis
en
het
Trausvaalsche
Com
ité’’;
woorden,
die
dui-
delijk
te
lezen
zijn
onder
het
opgeplakte
papier-
tje,
dat
bet
jaartal
1896
draagt.
De
firma
heeft
waarschijnlijk
nog
een
voorraad
oude
kaarten
lig=
gen,
die
zij
ou
tracht
aan
den
man
te
brengen.
—
Te
Racea,
in
de
Cubaansche
provincie
Ma-
tàänzas,
heeft
een
troep
opstandelingen
dertig
hui-
zen
in
brand
gestoken.
Een
bataljon
mariniers
joeg
de
brandstichters
op
de
vlucht.
Maar
de
huizen
waren
intusschen
afgebrand.
Vijf
millioen
pesetaszilver
en
een
millioen
goud
‚
is
naar
Cuba
gezonden.
‚
De
Arnh.
en
de
Zutph.
Ct.
maken
mel-
‚
ding
van
een
te
Arnhem
loopend
gerucht,
dat
|
Van
Emmenes
—
de
redacteur
van
de
Voor-
|
waarts,
welke
sinds
een
paar
weken
niet
meer
‚
verschijnt
—
in
plaats
van
de
hem
opgelegde
ge-
vangenisstraf
te
ondergaan,
naar
Amerika
is
ge-
|
viucht,
met
een
meisje
naar
Velp.
‚
7
Te
Dinxperloo
was
Woensdagmiddag
een
‚reiziger
uit
Duitschland
bij
den
kleermaker
J.
te
‚
K.
bezig
zijne
stalen
uit
te
pakken.
Bij
Te
K.
woont
de
ambtenaar
der
belastingen
Bund,
Ter-
wijl
de
reiziger
aan
het
uitpakken
was,
kwam
de
ambtenaar
naar
voren
en
vroeg
den
reiziger,
‚
of
hij
ook
zijn
bewijs
voor
betaalde
bedrijfsbe-
lasting
kon
overleggen®
_
Daarvan
had
de
man
‚
nog
nooit
gehoord.
De
ambtenaar
nam
den
rei-
ziger
naar
het
grenskantoor
mede,
waar
hij
£40.50
‚
moest
betalen
voor
boete
en
biljet,
alsyorens
hij
‚
zijne
zaken
in
Nederland
verder
kon
voortzetten
ì|
Een
koopman
in
pluimgedierte
heeft
—
‚
aldus
leest
men
in
het
Leidsche
dagblad
—
eeri-
‚
ge
boeren
bij
De
Kaag
op
zeer
sluwe
wijze
beet-
|
genomen.
Aan
den
een
verkocht
hij
Italiaansche
kippen
met
gele
pooten
en
gele
snayel.
Later
ging
de
|…
…
.
«
vert
er
af,
en
de
boer
had
oude
boerekip-
|
pen
!
Aan
een
ander
had
bhij
ecnige
jonge
kippen
|
verkocht,
die
tegen
den
leg
aan
waren.
Kort
daarna
verbleekte
de
roode
kammetjes
en:
het
waren
minstens
3-jarige
kippen
!
Aan
een
derde
zou
hij
kuikens
leveren.
Hij
‚
kocht
al
de
oude
kippen
van
den
boer
en
betaal-
‚de.
Na
enkele
dagen
kwam
hij
met
de
kuikens
‚
die
door
den
boer
gekocht
en
betaald
werden.
‚
Het
viel
den
daggelder
op,
dat
de
beesten
ter-
stond
geheel
thuis
op
de
werf
waren
en
de
plaats-
jes
wisten,
waar
wat
te
bikken
viel.
Dit
vertel-
de
hij,
onder
koffiedrinken,
aan
den
boer.
Deze
ging
met
de
viouw
naar
die
slimme
diertjes
kij-
ken,
En
nu
gingen
de
oogen
open:
de
kippen
wa-
hij
een
paar
dagen
te
voren
verkocht
had
wegens
ouderdom,
doch
door
het
opknappen
van
de
kammen,
pooten
en
vederen
‚
als
verjongd
waren
wedergekeerd
!
|
reis
ondernam;
hij
deelde
daarig
meds
dat
hij
over
twee
dagen
met
dezelfde
boot,
die
hem
in
Indië
bad
gebracht,
de
Princes
Wilbelmina,
aar
het
vaderland
zou
vertrekken.
Het
was
juist
op
een
Zondagmorgen,
toen
Van
Dongen
en
ziju
vrouw,
uit
de
kerk
te
huis
ko-
mende,
een
telegram
vonden
waarin
Jan
uit
Marseille
berichtte
dat
hij
behouden
en
wel
was
aangekomen
en
Maandagmiddag
thuis
hoopte
te
zijn.
Dat
op
dien
Maandag
voor
baas
Van
Dongen
|
weinig
van
werken
kwam,
laat
zich
begrijpen
;
hij
had
geen
rust
iu
zijn
huis
en
liep
dan
eens
bij
dezen
dan
bijj
genen
buurman
in
om
zijn
hart
lucht
te
geven
over
het
heugelöke
vooruitzicht
dat
hem
wachtte;
doch
aan
alles
komt
een
ein-
de,
zoo
ook
aan
dien
Maandagmorgen,
Het
uurtje
van
koffiedrinken
was
voorbij
en
juist
waren
Van
Dongen
en
Leen
in
een
diep
gesprek
gewikkeld
over
de
vraag
of
Jan
hen
ook
veranderd
zou
vinden
en
hoe
hij
er
zelf
van
een
naderend
riijjtuig
zich
op
straat
deed
hooren
;
uit
het
rijtuig
dat
voor
de
deur
van
baas
Van
Dongen
stil
hield,
sprong
met
vluggen
tred
een
in
de
Indische
uniform
gekleed
officier
Voordat
Van
Dongen
en
zijne
vrouw
tot
be-
‚
zinning
waren
gekomen,
wie
met
zulk
een
drift
de
winkeldeur
opende,
lag
de
langverwachte
zoon
‚in
huone
armen:
tranen
ván
vreugde
verstikten
‚zijne
stem
en
de
eenige
woorden
die
hij
kon
uiten,
waren:
„vader,
moeder,
wie
had
zoo
iets
ooit
kunnen
denken.”
EINDE.
Adval'tûl]tí8!l
voer
dit
blad
—-
N
*