Tekstweergave van GA-1989_MB076_00118

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
werd veel in deze verkochte erven gehandeld en de kopers van de erven 1 , 4 en 5 deden die op 19 februari 1616 over aan Hans Lenaerts kruidenier . Ik weet niet of die nog verwant was aan Lenaert Emans , die het belendende erf aan de noordzijde van de Elandsstraat had bezeten , maar nu financieel in het ongerede was geraakt . Als buur aan de westzijde worden althans bij de erven 1-4 ' de huysinge ' van de crediteuren van Lenaert Emans genoemd , bij erf 5 ' het erf van de crediteuren van hem . Hiervan verwierf Hans Le - naerts op een onbekend tijdstip ook het eigendom . Hij was niet alleen geïn - teresseerd in zijn zeker winstgevende kruidenierszaken , maar ook in bouw en had o.a . het beroemde huis Saxenburg aan de Keizersgracht laten zetten . Hij was ongetwijfeld de belangrijkste van de vijf kopers . Erf 3 naast Jan Jurriaans was door de timmerman Claes Jacobsz gekocht , met als borg o.a . de timmerman Cornelis Jansz , die identiek kan zijn met de 25-jarige Cor - nells Jansz Boom , de latere eigenaar van het huis . Het was zeker geen gemeenschappelijke onderneming , maar de vijf hui - zen , die vermoedelijk al spoedig verrezen , kregen alle gemeenschappelijke muren en loden goten . Hans Lenaerts stierf in 1624 en zijn weduwe , Maria Cocx , in 1627 en toen werd tussen de kinderen gedeeld en werden ook hui - zen in veiling gebracht , o.a . op 13 januari 1628 het huis Saxenburg en drie van de huizen van de onderneming van hun vader op de hoek van Elandsstraat en Prinsengracht . Het hoekhuis werd voor ƒ 1825 .— door de zoon Lenaert Lenaerts gekocht , de huisjes in de Elandsstraat voor ƒ 470 .— en het kleine ondiepe huis op erf 4 , waarachter het grotere huis op erf 5 toen in ieder geval een keuken had , voor ƒ 1340 .— door Elbert Willems . Hij was in 1626 met de dochter Elisabeth Lenaerts getrouwd , die het huis op erf 5 had gekregen . Zijn nakomelingen gingen later de achternaam Swe - denrijck voeren en zelf was hij lakenkoper op de Nieuwendijk en is nog bekend als een van de schutters op de Nachtwacht . Jan Jurriaans behield het huis , dat als eerste van zijn ondernemingen min - der spectaculair was dan de latere , tot 1 januari 1633 . Het lijkt niet onwaar - schijnlijk , dat de schilder en befaamde kunstkoper Jan Basse het voordien van hem had gehuurd . Op 19 augustus 1633 werd hij ook nog eigenaar van een huis achter de Beurs en misschien was dat bestemd om zijn zaken in de stad te kunnen doen . Blijkens de schepenenbrief van 1 januari betaalde hij Jan Jurriaans ƒ 2600 .— voor het huis , dat op erf 2 was gebouwd , waar - van 2 / 3 direct en l A met mei 1633 . Op 3 januari 1633 verklaarde hij weer voor schepenen op het stadhuis een schuld te hebben en wel aan de plaat - snijder Robert de Baudous van ƒ 1593.15 .—, die hij over een jaar zou af moeten betalen . Men is geneigd te denken , dat De Baudous in deze vorm had bijgedragen aan het 2 A van de koopsom van twee dagen eerder . Borgen voor Jan Basse waren toen zijn broer Pieter Basse en zijn zwager Pieter Ro - denburgh , getrouwd met Anna Kieff . Maar bij deze schuldbekentenis no - teerde Jan Basse persoonlijk , dat die alleen pro forma was opgemaakt en dat het in feite een schuld aan zijn broer Pieter betrof . Deze was met de doodschulden voor zes personen , waarvoor het bedrag nog niet vaststond , de enige last , die op de inventaris van 4 en 6 januari 1637 voor notaris Barcman wordt vermeld . In de herfst van 1636 was door een epidemie vrijwel zijn hele gezin in ' t Wapen van Frankrijk geveld . Jan 100