Tekstweergave van GA-1989_MB076_00106

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
schouwen of iets verderop een duivekater te kopen . Om half één werd de terugtocht aanvaard . Veel had de heer Goldsteen aan zijn betoog niet meer toe te voegen . Eén omstreden onderwerp bracht hij nog ter sprake : een brug voor fietsers en voetgangers achter het Cen - traal Station over het IJ , naast niet in de plaats van de pont . Zo'n brug zou meer samenhang brengen tussen de IJ-oevers en vooral hun die dagelijks over moeten steken meer zekerheid geven . Uit ons gezelschap werd nogal sceptisch gereageerd en gewezen op de alom gevoelde opluchting toen de Hembrug verdween . Precies op het afgesproken tijdstip van 13 uur waren we op ons vertrek - punt terug , waar de voorzitter prof.dr . W.F . Heinemeijer de heer Gold - steen bedankte voor zijn boeiende uiteenzetting . Was Amsterdam-Noord ooit als een planologische vergissing beschouwd , thans woont er één op elke zeven Amsterdammers - een verhouding die wij ook haalden aan ons tafeltje bij de sluis - en aan de overzijde van het IJ kreeg ons genootschap vandaag een andere kijk op Amsterdam . J . n . v . d . HO VAN DE BOEKENTAFEL J.Th . Engels , Kinderen van Amster - dam , De Walburg Pers Zutphen 1989 , VI + 202 BLZ ., GEILL ., ƒ 29,50 . Het eerste exemplaar van dit boek werd op 18 mei 1989 in het voormalige Burgerwees - huis , thans Amsterdams Historisch Mu - seum , aangeboden aan burgemeester Van Thijn . Tezelfdertijd werd aldaar de tentoon - stelling ' Bewaard in het Amsterdamse Bur - gerweeshuis ' geopend , waar langdurig door het weeshuis aan het museum in bruikleen gegeven voorwerpen te zien zijn als wezen - kleding , tafel - en keukengerei . De auteur van Kinderen van Amsterdam is economisch directeur van het Sociaal-ago - gisch Centrum het Burgerweeshuis , zoals de instelling sedert 1970 heet . Voor deel I van zijn boek , Van de middeleeuwen tot 1960 , de weeshuizen , putte hij uit wat ande - ren in de loop der eeuwen vastlegden . Deel II , 1960 tot 1990 , van Godshuis tot Sociaal - agogisch Centrum , baseerde hij op eigen kennis en eigen bronnen , dankbaar gebruik makend van de adviezen van zijn collega H.G . Helmantel . In het eerste deel vinden we in 28 hoofd - stukken , veelal van niet meer dan twee blad - zijden , tal van historische bijzonderheden , niet alleen over het Burgerweeshuis ,' maar ook over het Aalmoezeniersweeshuis , na 1828 Inrichting voor Stadsbestedelingen ge - heten , dat in 1961 met het Burgerweeshuis verenigd werd , het Diaconieweeshuis der Ned . Hervormde Gemeente , dat in 1970 als Hervormd Jeugdhuis bij het Burgerwees - huis gevoegd werd , en de zorg voor de Joodse wezen , die in 1975 in het huis Bethe - noe in de Breughelstraat door het Burger - weeshuis werd overgenomen . Ook de be - moeienis van het Burgerweeshuis met de Stadsschouwburg in de periode 1617-1795 komt aan de orde . Daar viel mij een van de zeer weinige onjuistheden in dit boek op , de huidige schouwburg op het Leidseplein is niet van 1774 , hij werd na weer een brand in 1894 geopend . Het tweede deel telt 26 hoofdstukken . Bijzonder boeide mij het dertigste , getiteld ' Het nieuwe Burgerweeshuis '. Engels schrijft : ' Juist in deze tijd ( 1954 ) is het eeu - wenoude weeshuis op een keerpunt in zijn bestaan gekomen en verandert het vrij snel van bestemming ... Bij het opstellen van het bouwplan is daar geen rekening mee gehou - den . Gezien de situatie van dat moment , kon dit ook niet . Zo wordt het volmaakte weeshuis ontworpen en gebouwd op een tijdstip dat er geen behoefte aan een wees - huis meer is '. Het gebouw is gebaseerd op het opvoeden in horizontale groepen , sa - mengesteld naar leeftijd en niet gemengd , terwijl directie en bestuur intussen voor - standers zijn geworden van verticale groe - pen met gevarieerde leeftijdsopbouw zoals die ook in een gezin voorkomt . Afgezien 92