Tekstweergave van GA-1986_MB073_00146

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
gen aan het feit dat de familie van Gheerte Jan Oomendr tot de vroege sa - cramentisten behoorde die wij later onder het gehoor der anabaptisten aantreffen en wier kinderen en kleinkinderen zich bij de gereformeerden zouden aansluiten . De familie was weinig recht in de leer . In 1524 was de moeder van Gheert Jan Oomendr , Weijn Sybrantsdr ( . . - na 1543 ), een der eersten geweest die was veroordeeld wegens het houden van conventikelen in haar huis 1 . Zij moest op 22 mei in de processie van de Oude Kerk meelo - pen tussen de kruisen met een waskaars in de hand en deze kaars na afloop brengen voor het Heilig Sacrament ! Vervolgens moest Weijn Sybrantsdr een bedevaart doen naar Sint Job in Brabant en vóór haar terugkomst een boete van 12.000 Leidse steen voldoen . In de meimaand van 1535 - op de 10e mei had het beruchte wederdo - persoproer plaats gevonden , werd Gheerte Jan Oomendr met Aeff Jan Verburghdr meerdere malen tijdens verhoren genoemd als bezoekster van bijeenkomsten der anabaptisten 2 . Als weduwe verdwijnt Gheerte Jan Oomendr uit de verhoren der anabaptisten , maar daarentegen vinden wij veel vermeldingen van haar broer Jaep Oom Jansz ( . . - 1567 ) en diens vrouw Neel Jan Verburghdr ( . . - 1582 ). Jaep Oom Jansz liet een huis van zijn lijnbaan buiten de stadsmuren om nyet door aanhangers van de leer van Menno Symons bewonen 3 . In januari 1544 werden Aeff en Neel Jan Verburghen dochters uit de stad verbannen en mochten pas op 11 mei te - rugkomen , of in een ander jaar op 11 mei , en waren dan schuldig te gaen ongedeckts hoofts mit een barnende waskaersse van een pont in de handt in der processie die alsdan hier ter stede gehouden zal werdden , ende ach - ter den arcke van den heyligen sacramente voer mijnen heeren van den ge - rechte , brengende de voors kaerse nae der processie ende die laetende in d'oude kercke voer den heylighen sacramente . Bovendien moesten zij een boete van 100 karolus guldens voldoen 4 ; een vonnis dat veel leek op dat van Weijn Sybrantsdr uit 1524 . De ommegang van de 11de mei was een dankprocessie voor de goede afloop van het wederdopersoproer van 1535 ! Weer twintig jaar later speelde de volgende akte in het drama ; de Dole - antie van 1564 , waarin een groot aantal klachten tegen de zittende magi - straat werden geformuleerd . Onder de ontevreden ondertekenaars vinden wij Jaep Oom Jansz met zijn zoon Jan Verburgh ( . . - 1604 ) en schoon - zoon Hendrick Fransz Oetgens ( . . - 1571 ). Kort daarop komen wij hen tegen in het gereformeerde kamp dat zich tegen de magistraat verzette . Bij het uitbreken van de opstand verdwenen zij in de richting van het Oost - zeegebied . Niet lang daarna werden zij door de Raad van Beroerten bij 1 J . ter Gouw , geschiedenis van Amsterdam , dl IV ( 1884 ), blz . 140 . In januari 1534 wordthaar mzn Jan Pompmaker (= Jan Oom Jacobsz ) genoemd als bezoeker van een anabaptis - tische bijeenkomst te Limmen ( Zie : A.F . Meilink , Documenta anabaptistica Neerlandica,dl V ( Amsterdam 1531-1536 ), Leiden 1985 , blz . 13 ). 2 Meilink 1985 , blz . 187-188 . 3 A.F . Meilink , Documenta anabaptistica Neerlandica , dl II ( Amsterdam 1536-1578 ), Lei - den 1980 , blz . 95 , 100 en 109 . 4 Mellink 1980 , blz . 48-50 . 124