Tekstweergave van GA-1986_MB073_00076
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
DE
RESTAURATIE
VAN
KEIZERSGRACHT
254
Dit
fraaie
huis
aan
de
westzij
van
de
Keizersgracht
heeft
een
oude
geschie
-
denis
.
Reeds
in
1623
,
wanneer
het
eigendom
wordt
van
Caspar
of
Jasper
Boon
,
blijken
dit
pand
en
de
buurhuizen
te
belenden
aan
de
achtergelegen
brouwerij
het
Roothart
.
Een
overdracht
van
20
april
1650
door
Jacob
Temmingh
aan
Reynier
Steenoven
noemt
eerdere
overdrachten
van
1644
en
1628
.
Het
enig
kind
van
deze
Reynier
en
Jacomina
Coesvelt
krijgt
op
5
november
1655
door
zijn
voogden
als
ouderlijke
nalatenschap
voor
notaris
Van
de
Ven
onder
meer
dit
huis
bewezen
als
onderdeel
van
de
nalatenschap
van
ruim
ƒ
40000
.-.
Het
huis
heette
reeds
van
het
begin
af
de
Pijnappel
.
Nu
wordt
uitdrukkelijk
gezegd
,
'
daar
de
Pijnappel
uithangt
'.
Met
deze
jeugdige
Steenoven
zijn
wij
in
een
goed
rooms-katholieke
fa
-
milie
.
Hetzelfde
geldt
voor
de
eigenaar
van
1712
.
Op
15
juni
van
dat
jaar
draagt
Gillis
Jacobsz
meester-timmerman
,
last
hebbende
van
Martinus
van
Kuyl
te
Gorkum
,
het
dan
al
bijna
honderd
jaar
oude
pand
voor
ƒ
5000.
-
over
aan
Johannes
Baptista
van
Kuyl
,
in
gevolge
een
procuratie
van
20
mei
van
dat
jaar
voor
notaris
Jeremias
Oxfort
.
Jan
Baptista
van
Kuyl
te
Gorkum
was
in
1711
als
weduwnaar
hertrouwd
met
een
weduwe
uit
een
bekende
Amsterdamse
familie
;
Margaretha
Maria
Dommer
,
weduwe
van
Francois
Schoorl
.
Dit
echtpaar
moet
in
plaats
van
het
oude
begin
17e
eeuwse
pand
een
nieuw
huis
hebben
opgetrokken
.
Het
lijkt
niet
onwaarschijnlijk
,
dat
de
timmerman
Gilles
Jacobsz
daarbij
be
-
trokken
is
geweest
.
Of
ze
het
huis
bewoonden
,
blijkt
niet
.
Lang
zal
dat
met
zijn
geweest
,
want
reeds
op
4
mei
1723
droeg
het
echtpaar
van
Kuyl
-
Dom-mer
-
-
toen
blijkbaar
te
Utrecht
wonend
-
het
nieuwe
huis
voor
een
flink
bedrag
over
aan
Paulus
van
Liesvelt
,
de
zoon
van
Cornelis
van
Liesvelt
,
de
brouwer
in
het
Roothart
.
Hij
betaalde
ƒ
10000
.-
contant
en
ƒ
15000
.-
hield
hij
op
rente
.
Het
huis
wordt
omschreven
als
liggende
tussen
Reestraat
en
het
huis
de
Gouden
Ketting
en
zich
uitstrekkend
van
de
straat
tot
aan
de
brouwerij
het
Roothart
.
Ook
Cornelis
van
Liesvelt
kocht
in
deze
tijd
een
huis
op
dit
stuk
van
de
gracht
en
het
is
duidelijk
,
dat
de
beide
huizen
werden
aangekocht
ter
wille
van
de
betere
waterlozing
etc
.
van
de
brouwerij
.
We
weten
niet
,
of
Paulus
van
Liesvelt
dit
huis
aanvankelijk
nog
zelf
ging
bewonen
.
Hij
was
eerst
getrouwd
met
Catharina
Martha
d'Orville
en
her
-
trouwde
in
1727
met
Maria
Magdalena
Cordes
.
Paulus
van
Liesvelt
moet
het
hoog
in
de
bol
hebben
gehad
,
zoals
onder
meer
blijkt
uit
het
feit
,
dat
hij
de
befaamde
buitenplaats
Driemond
in
ei
-
gendom
verwierf
.
In
het
kohier
van
1742
vinden
we
Paulus
als
brouwer
in
het
Roothart
op
de
Prinsengracht
.
Hij
wordt
daar
aangeslagen
op
een
in
-
komen
van
ƒ
20000
.-.
Zijn
vader
was
op
3
juli
1739
gestorven
.
Op
18
sep
-
tember
van
dat
jaar
was
de
inventaris
voor
notaris
Van
Aken
opgemaakt
en
gevolgd
door
een
scheiding
van
de
erfgenamen
op
12
december
.
Zijn
vaderlijk
erfdeel
mocht
echter
de
zoon
Paulus
niet
redden
.
Tien
jaar
na
de
dood
van
de
vader
moest
alles
verkocht
worden
.
Op
27
oktober
1749
werden
een
aantal
huizen
in
veiling
gebracht
.
De
Pijnappel
was
voor
66