Tekstweergave van GA-1986_MB073_00011
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
WTO
proefpreken
uitspreken
in
de
Remonstrantse
kerk
te
Amsterdam
;
de
eerste
op
4
maart
1851
.
Het
oordeel
van
zijn
pleegvader
luidt
:
'
Treffend
was
zijn
taal
,
elk
hing
als
aan
zijn
lippen
.
Hij
is
voor
den
kansel
geboren
'.
Allard
Pierson
(
1831
-
1896
),
van
huis
uit
zelf
predikant
maar
later
hoogleraar
in
de
Kunstgesehiedenis
te
Amsterdam
,
getuigt
,
dat
De
Genestet
'
grote
gaven
voor
de
Kansel
bezat
'.
(
Intimis
II
).
Zijn
meisje
en
aanstaande
echtgenote
,
Henriette
Bienfait
,
leerde
De
Ge
-
nestet
in
Amsterdam
kennen
ten
huize
van
haar
moeder
,
de
weduwe
C.J
.
Bienfait-Bodel
Nijenhuis
(
wonend
Keizersgracht
later
164
).
Ze
behoorde
tot
het
Amsterdams
patriciaat
met
name
tot
die
groep
die
afstamt
van
ge
-
vluchte
Hugenoten
(
na
1685
,
Edict
van
Nantes
).
Tijdens
de
zeven
jaren
dat
De
Genestet
als
predikant
te
Delft
stond
(
1852
-
1859
),
heeft
hij
menig
reisje
naar
Amsterdam
gemaakt
;
hij
woonde
aan
de
Spoorsingel
in
Delft
en
dus
dicht
bij
het
station
.
Meestal
betroffen
die
reisjes
bezoeken
aan
zijn
schoonmoeder
en
zijn
schoonzusters
in
ver
-
band
met
verjaardagen
of
huiselijke
feesten
zoals
Kerstmis
,
maar
vaak
ook
omdat
Amsterdam
het
echtpaar
De
Genestet-Bienfait
na
aan
het
hart
lag
.
In
december
1859
stierf
Henriette
de
Genestet-Bienfait
aan
tuberculose
ten
huize
van
haar
moeder
.
Na
de
dood
van
zijn
vrouw
bleef
onze
predi
-
kant
-
dichter
met
zijn
vier
kinderen
in
Amsterdam
wonen
,
zoals
hij
van
te
voren
met
zijn
vrouw
besproken
had
.
In
de
korte
tijd
die
hem
nog
overbleef
voor
zijn
dood
,
wijdde
hij
zich
aan
zijn
kinderen
,
van
welken
het
jongste
,
de
enige
zoon
,
kort
na
zijn
moeder
stierf
.
(
1860
gedicht
:
op
een
kind
in
Mei
geboren
).
Toch
was
de
dichter
niet
wanhopig
;
hij
werkte
aan
de
uitgave
van
zijn
'
Leekedichtjes
'
(
1860
)
en
ver
-
zorgde
de
2e
druk
van
zijn
'
Eerste
Gedichten
'
(
1861
).
Hij
heeft
zich
zelfs
zo
ver
hersteld
,
dat
hij
een
tweede
huwelijk
n.l
.
met
een
van
zijn
schoonzusters
,
Jeanne
Bienfait
,
voorbereidde
,
om
zelf
een
nieuwe
start
te
maken
en
zijn
kinderen
een
vertrouwd
persoon
als
tweede
moeder
te
bieden
.
Verder
was
hij
secretaris
van
de
Vondelcommissie
,
die
gelden
bijeen
bracht
om
een
'
groten
dichter
'
te
eren
door
middel
van
een
standbeeld
.
De
moeite
van
de
commissie
werd
uiteindelijk
(
1867
)
met
succes
bekroond
.
Er
zijn
brieven
van
De
Genestet
over
de
garing
der
gelden
overgeleverd
.
(
Brievenboek
243
en
246
).
Als
we
de
gedichten
van
De
Genestet
nalezen
op
samenhang
met
onze
hoofdstad
,
komen
we
tot
een
vrij
groot
aantal
.
'
'
t
Latijnsche
School
'
noemden
we
al
.
In
zijn
inleiding
tot
de
eerste
uitgave
van
zijn
'
Eerste
Ge
-
dichten
'
(
21
nov
.
1851
)
noemt
de
dichter
zelf
:
Amsterdamschen
winter
-
avond
(
1849
),
waarmee
hij
doelt
op
de
Sint
Nicolaasavond
die
pas
in
1860
in
zijn
geheel
in
druk
verscheen
.
De
ondertitel
luidt
'
Een
Amsterdamsche
Vertelling
'.
3
Het
gedicht
is
kenmerkend
voor
de
sfeer
in
het
gezin
van
J
.
A
.
Kruseman
en
ook
voor
de
wijze
waarop
het
Sint
Nicolaasfeest
in
een
Am
-
sterdams
welgesteld
milieu
werd
gevierd
.
Bovendien
parodieert
de
jonge
dichter
de
overdreven
voorliefde
van
zijn
pleegvader
voor
onderscheidin
-
3
P.A
.
de
Genestet
Complete
Gedichten
,
ingeleid
en
geannoteerd
door
Dr
.
H.L
.
Oort
,
2e
druk
,
Utrecht
1912
,
blz
.
83-134
,
en
St
.
Nicolaasavond
door
J.H
.
vanden
Bosch
,
Zwolsche
Herdrukken
21
.
9