Tekstweergave van GA-1984_JB076_00420

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
DE WEDUWE VAN JAN PYNAS Begin april 1630 was Cathalijntje Aerts Burlon alleen als weduwe zonder kinderen van Gerrit Coop achter gebleven . Zij woonde toen aan het Boerenverdriet op het hoekje tegenover de Lutherse Kerk aan het Singel ( nr 409 ). Het huis was eigend - om van de regenten van het Aalmoezeniersweeshuis 39 en het zou kunnen dat Ger - rit Coop zijn laatste levensjaren suppoost van dit weeshuis is geweest . Een andere mogelijkheid is dat hij met zijn vrouw , vanwege haar vriendschap met een zuster van de schilder Jan Pynas , bij Annetje Symons Pynas heeft ingewoond . Annetje Symons Pynas was als weduwe buitenmoeder van het Aalmoezeniersweeshuis . In ieder geval heeft Cathalijntje Aerts Burlon ook met haar tweede echtgenoot Jan Pynas op dit adres gewoond , maar eind 1631 was zij daar weer weduwe . Het Boe - renverdriet bleef haar adres . Vijf jaar na de dood van Jan Pynas vond zij een nieuwe echtgenoot in de hout - koper Cornelis Aertsz van Beijeren (..- 1638 ), een man die voor zijn liefhebberij een grote verzameling van prenten en tekeningen had aangelegd en wiens zoon Leenden Cornelisz van Beijeren ( 1619-1649 ) een leerling van Rembrandt is ge - weest 40 . Bij het opmaken van hun huwelijkse voorwaarden op 28 december 1635 ten huize van de bruidegom in de Nieuwe Leliestraat werd er onder andere be - paald dat indien de bruid als weduwe zou achterblijven al haar goederen naar de erfgenamen van de bruidegom zouden gaan , die haar daarvoor jaarlijks haar leven lang ƒ 1000 .- zouden uitkeren en na haar dood ƒ 2500 .- aan de erfgenamen . Haar erfgenamen zouden dan ook de door haar ingebrachte juwelen ontvangen met de schilderijen door Claes Coop , Jan Pynas en Pieter Lastman en haar familieportret - ten 41 . Op 7 februari 1636 werd hun huwelijk in stilte te Sloterdijk voltrokken . Het werd geen succes . In plaats van een huwelijk in onderlinge liefde en vrede werd Cathalijntje Aerts Burlon getracteerd op schelden , slaan , schoppen en zelfs met een mes bedreigd , waarop zij wederom haar intrek bij Annetje Symons Pynas aan het Boerenverdriet had genomen . Het schelden , slaan en schoppen was voor de Schepenbank voldoende aanleiding om in augustus 1636 een scheiding van tafel en bed uit te spreken 42 , waarbij de kerkeraad het echter niet liet zitten 43 . Maar in april 1638 was zij alweer weduwe . Cathalijntje Aerts Burlon was toen zestig jaar oud , hetgeen haar niet belette om twee jaar later in Utrecht haar laatste echtgenoot Ernst van de Wall te vinden . Als weduwe kwam zij omstreeks 1648 voor het laatst naar Amsterdam terug om we - derom bij haar vriendin Annetje Symons Pynas aan het Boerenverdriet haar intrek te nemen . Vandaar werd zij op 15 februari 1649 als Catarina van de Wall in de Nieuwe Kerk begraven . Een dag na haar begrafenis schreef de notaris de volgende schilderijen in het huis op 44 : 22