Tekstweergave van GA-1969_MB056_00019

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
alle drie tot aan het kerkhof doorliepen . Sommigen van de kopers op de veiling van 1727 bouwden direct , maar deze drie erven bleven nog tot 1735 onbebouwd . Uit de overdrachtsakte van het oostelijk buurhuis - - het vroegere 11 -, dat met de huizen aan de Weesperstraat al in de 17de eeuw was verrezen , aan Isaac Santekroos op 4 mei 1736 blijkt dat op 8 juni 1735 de eigenaar een accoord had gesloten betreffende een belendende muur aan de oostzijde met de meester-timmerman Cornelis van der Does en de meester-metselaar Boudewijn Beenhacker . Die metselaar en timmerman waren dus toen al aan het bouwen of althans de bouw aan het voorbereiden . Pas op 24 augustus 1736 werden ze officieel eigenaren van de grond , tezamen voor ƒ 12500 .— en nu verdeeld in vier erven . De erven 1 en 4 werden ge - meenschappelijk eigendom , 2 en 3 resp . van Beenhacker en van Van der Does . De huizen waren toen nog niet gereed en ze konden de koopsom van de erven niet betalen , maar verleden een schepenenkennis voor Straal - man . Veel eerder dan daarin als uiterste termijn was gesteld losten ze die af , namelijk reeds op 29 oktober 1737 ; vier dagen daarvoor hadden ze het tegenwoordige no . 19 voor / 12000 .— aan Sara Brandon , de weduwe van Abraham Machorro , kunnen verkopen . De andere huizen behielden ze , ieder één voor zich alleen , en het latere 13 tezamen . Na de dood van Van der Does werd Beenhacker op 4 maartl749 2 eigenaar van diens helft van no . 13 voor / 3200 .—. Het tegenwoordige no . 17 werd door de erfgenamen pas op 4 juni 1771 overgedragen , aan Isaac da Costa Athias voor / 8650 .—. De tegenwoordige huizen 13 en 15 werden na de dood van Beenhacker verkocht op 24 oktober 1788 , resp . voor ƒ 7700 .— aan Aron Sagache en ƒ 8210 .— aan Baruch Lopes de Leao . Het kerkhof , dat er nog tot eind 1865 zou blijven , was blijkbaar geen bezwaar . I . H . v . E . ' DE GALG BESTOLEN ' Dit opvallende zinnetje verwijst in de index van een der keurboeken naar pag . 179 , waar men een notificatie van 20 juli 1689 aantreft . Daar wordt bekend gemaakt , dat het dode lichaam van Jacob Brouwer , die op 16 juli 1689 met een mes boven zijn hoofd was opgehangen en daarna getrans - porteerd naar de Vole wijk om door de vogels te worden opgegeten , daar van de galg was verdwenen . Een premie van / 1000 .— werd uitgeloofd voor het aanbrengen van de schuldigen . Jacob Brouwer , een twintigjarige schilpadkabinetwerker , was op 14 juli veroordeeld wegens messteken - vandaar het mes - maar vooral wegens 17