Tekstweergave van GA-1960_MB047_04020

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
DE BODE OP EMDEN Een kleine restauratie aan een perceel op de Zeedijk 84, waarvan het Gem. Bur. Monumentenzorg ons verwittigde, deed weer de voorstelling van de daarin zich bevindende gevelsteen tot gelding komen. Tot nu toe wisten we niet meer dan v. Arkel en Weissman optekenden en we zelf onder de bladderende verflaag konden ontdekken, dat daarop een man was afgebeeld in een sobere kleding van omtrent 1630: een dicht - geknoopte mantel, kniebroek en punthoed. De man heeft een lederen geldbuidel in de rechterhand en, naar na schoonmaak van de steen bleek, een envelop in de linker opgeheven hand. De Voorlopige Monumenten Lijst kon ook niet anders vermelden dan; man in kledij (XVIIb =- 2e kwart 17e eeuw). Nu de onderpui van een loodstrip ontdaan werd, kwam er een zand - stenen plint te voorschijn, waarop de schijnbaar raadselachtige inscriptie: D. Boopeemden te lezen viel. Bovendien had de schoonmaak van de gevel tot resultaat, dat ook de jaartalstenen weer zichtbaar werden, die het bouwjaar Anno - 1660 vermelden. Een oude notitie, dat ‘de Bode van Emden’ ergens op de Zeedijk te vinden moest zijn geweest, deed ver - moeden, dat de onderhavige gevelsteen hiermee relatie had en de inscriptie dus gelezen moet worden als: D{ê) Bo{de) op Eemden Emden). Een onderzoek naar het huis bevestigde dit. In de R.A. 2175 f. 184 vo. vinden we opgetekend d.d. 21.1. 1708 bij executie verkocht aan Claes Smit de Jonge en Albertus Decker & Comp. ‘een huys en erve staende en leggende op de Zeedijk, aen de westzijde, het darde huys bezuyden de Korte Stormsteeg daar de bode van Emhden in de gevel staet’, helend van ouds Barend Otter aen de zuidzijde.... en Dirck Cloppenburg aan de noordzijde. Claes Smit de Jonge was nog in 1730 de eigenaar, maar in 1734 was het de wed. Ditmar Beukelman. Voordien, sinds 1670, was eigenaar Pr. de Ruyter en na zijn overlijden zijn weduwe Magdalena Warnarts v. Broyel, later hertrouwd met Lucas Visser, tot het perceel in 1708 a.b. verkocht werd voor ƒ3OOO, —. Er moest een jaarlijkse recognitie betaald worden aan de Aalmoeseniers armen wegens de regenbak in de stoep staande. De volgende post in de verpondingsregisters brengt ons op het juiste spoor. In 1670 namelijk is de naam doorgehaald van Herman Jansz Bode, die alsdan geen eigenaar meer bleek te zijn of misschien wel over - leden. Een aantekening bij deze post vermeldt nog: ‘Volbout 1661’. In 1665/7 zien we de aanslag van ƒBO,lO door voormelde Herman Jansz. Bode voldaan, met hierbij de aantekening ‘gebouwt 1660’, hetgeen overeen - komt met de jaartalstenen nog in de gevel aanwezig. De gevel heeft in - middels veranderingen ondergaan. 90