Tekstweergave van GA-1960_MB047_04009
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Hulpbank
van
3,
doorsnede.
de
Stadsbank
van
Lening
grond
aan
de
Marnixstraat
bij
de
afgestaan,
ten
einde
hulpbank
no.
7
van
de
Bloemgracht
daarheen
te
kunnen
overbrengen.
Bij
raadsbesluit
van
9
februari
1898
werd
het
College
van
Commissarissen
der
Stadsbank
van
Lening,
dat
van
de
oprichting
in
1614
tot
dan
toe
het
beheer
en
bestuur
over
de
Bank
had
uitgeoefend,
opgeheven
en
de
betrek
-
king
van
opperboekhouder
afgeschaft.
De
regeling
van
het
beheer
en
be
-
stuur
van
de
Bank
werd
opgedragen
aan
Burgemeester
en
Wethouders,
bijgestaan
door
een
commissie
van
bijstand
uit
de
gemeenteraad.
Deze
commissie
van
bijstand
werd
reeds
bij
raadsbesluit
van
14
juh
1898
vervan
-
gen
door
een
college
van
vijf
commissarissen,
onder
wier
toezicht
de
Bank
van
Lening
door
een
directeur
werd
bestuurd.
Zij
werden
door
de
gemeente
-
raad
benoemd.
Ten
minste
drie
commissarissen
moesten
tevens
raadslid
zijn.
Onder
bet
nieuwe
reglement
werd
begonnen
met
de
verbetering
van
de
gebouwen,
waarin
de
hulpbanken
van
lening
waren
ondergebracht.
Volgens
raadsbesluit
van
11
juh
1900
werd
hulpbank
no.
4,
Weesperstraat
140-142,
welk
perceel
voor
een
deel
zou
moeten
worden
afgebroken
ter
doortrekking
van
de
weg
langs
de
Nieuwe
Achtergracht,
verplaatst
naar
het
nieuw
gebouwde
gedeelte
van
de
Lepelstraat,
het
latere
no.
20.
Op
19
september
van
hetzelfde
jaar
machtigde
de
raad
Burgemeester
en
Wethouders
tot
de
')
Situatietekening
in
arch.
secretarieafdeling
Financiƫn
1885
no.
2539.
Voor
de
ligging
van
de
oudere
banken
raadplege
men
Lomans
Atlas
van
Amsterdam
van
1876.
In
1887
verbouwd
tot
woonhuis
met
drie
bovenhuizen,
bouwtekening
no.
8232.
79