Tekstweergave van GA-1960_JB052_00100
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
wanneer
men
in
gezelschap
was
van
den
Heer
De
Clercq
en
diens
familie,
die
zich
op
allerlei
manieren
moeite
gaven
om
ons
te
vermaken.
De
lusthof
zelf
waarin
het
huis
stond
was
630
cl
lang
en
200
breed.
Aan
de
zuidkant
daarvan
was
een
bijna
even
grote
moestuin,
gevuld
met
allerlei
goede
zaken,
en
aan
de
andere
kant
daarvan
een
grote
doolhof.
I
is
het
eerst
aangelegd
door
Van
Lacr;
vervolgens
is
het
gekomen
aan
De
Wilhem,
Lisvelt
en
tenslotte
aan
De
Clercq.
Behalve
het
jaarlijks
onderhoud
heeft
het
aan
de
bovengenoemde
eigenaars
die
het
vóór
De
Clercq
bezaten
500.000
gulden
aan
aanleg
gekost.
Toen
Lisvelt
bankroet
maakte
(dit
is
onjuist)
had
De
Clercq
het
fortuintje
om
het
te
kunnen
kopen
voor
16
a
17.000
gulden
contant;
hij
heeft
er
later
nog
wel
iets
aan
ten
koste
gelegd;
de
koopsom
die
De
Clercq
er
voor
gaf
is
alleen
reeds
betaald
met
het
lood
dat
aan
de
beelden
en
waterleidingen
is.
|
De
Clercq
onderhoudt
jaarlijks
10
personen
om
voor
dk
bulten
tê^zorgen;
het
jaarlijks
onderhoud
ervan
komt
hem
cg
ongeveer
1000
ducaten.”
Is
het
wonder
dat
een
zoo
schitterend
geheel
drie
eigenaars
heeft
aangespoord
tot
uitgaven
die
blijkbaar
op
den
duur
boven
hun
macht
gingen?;
de
erfenis
vati
Adolf
Visscher
werd
slechts
onder
beneficie
van
inventaris
aanvaard,
-
van
Liesvelt
heeft
Driemond
in
1748
van
de
hand
moeten
doen,
-
en
ook
Jacob
de
Clercq
heeft
na
verloop
van
jaren
moeten
zwichten
voor
de
te
zware
finantiële
last
van
dit
lustoord
.
.
.
96