Tekstweergave van GA-1959_MB046_05003

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM Maandblad voor de kennis van Amsterdam Orgaan van het Genootschap Amstelodamum 46e JAARGANG MEI 1959 TER NAGEDACHTENIS AAN FRED THOMAS Fred Thomas, wiens boeken en artikelen tienduizenden ogen hebben geopend voor de schoonheid van stad en land, is niet meer. Wij kunnen niet onder woorden brengen wat in ons omging bij het ontstellende bericht van zijn overlijden op maandagavond 13 april j.l. Nog enkele dagen tevoren hadden wij aan zijn ziekbed gezeten, toen het lichaam reeds de strijd gestreden had, maar de geest nog vol leven was. Niet over de reeds jaren hem slopende ziekte heeft hij toen gesproken, wèl over het werk, dat hij straks in zijn gelukkige thuis aan de Prinsen - gracht zou hervatten. Want geloof, gezin en huis waren de drie soliede pijlers, die Thomas’ leven hebben geschraagd. Hij sprak nog vol vuur over zijn plannen tot behoud van de poppenkast op de Dam. Van die onblusbare liefde en ijver voor de stad van zijn hart heeft hij tot de laatste ademtocht getuigd met een kracht, waarvoor een ieder moest buigen. Misschien lag het geheim van die kracht wel in zijn vermogen om tegenstellingen tot een harmonisch geheel te verenigen. Hij was immers de journahst, die koortsachtig kon werken op de onstuimige harteklop van zijn rusteloze tijd èn de dromende schrijver, die zich krampachtig verzette tegen de ondergang van de Zuiderzee. Hij was immers de mens, die in de grote heterogene journalistenkring even gezien was als in de besloten intimiteit van het eigen gezin. Met dit zeldzame vermogen heeft hij zich een weg gebaand tot een ongekend grote lezerskring. Hij gaf méér dan de journalist en minder dan de historicus, hij wist steeds het verlangen te wekken naar grotere kennis. Hoevelen zullen zich hun hefde voor Amsterdan bewust zijn geworden door boeken als Stad van myn hart. Bemin dan Amsterdam en Gespin aan de gracht? En hoevelen zal hij deelgenoot hebben gemaakt in zijn Amourette op Pampus, Droom in de Delta en Een liefde in Staphorst? Toen op de trieste donderdagmorgen van de zestiende april op de begraafplaats Buitenveldert zijn stoffelijk overschot ter aarde werd besteld, n erkten wij onder de talloze aanwezigen óók de buren op van het ouder - wets-gezellig levende gezin aan de gracht, dat thans in diepe rouw achter - blijft. Vader Thomas heeft nog mogen beleven dat zoon Haye zijn werk voortzet in zijn krant, De Tijd. Moge zijn vrouw en kinderen troost vinden in het besef, dat voor hun voorbeeldige man en vader geldt: het werk overleeft de meester! S. v. W. 97