Tekstweergave van GA-1959_MB046_04026

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
naar mijn indruk ongeveer evenveel ruimte in beslag. Het boek is verdeeld in een algemeen gedeelte, waarin achtereenvolgens het huis, de buurt en dan de stad worden besproken. Daarna gaat de schrijver van de stad als geheel over tot het detail. Hij behandelt twintig onderwerpen, waarbij heden en verleden steeds nauw vervlochten zijn. Het heeft geen zin hier deze twintig onderwerpen op te sommen. Men moet zelf de tekst en de platen lezen en zien. Als voorbeeld noemen wij er hier echter twee: ‘De echte Jan Klaassen en Katrijn’ en ‘De stad van Sint Nicolaas’. Wil de lezer hierover-nog wat meer weten, dan leert de uitgebreide litteratuuropgaaf hem, waar hij dit kan vinden. Een uitvoerige index maakt het mogelijk na te gaan, wat precies in alle hoofdstukken wordt besproken. Tenslotte zijn er nog zes korte hoofd - stukken met bijzonderheden, die men speciaal aan Engelse, Franse, Duitse, Zweedse, Noorse en Amerikaanse gasten kan vertellen. Het grote belang van Am - sterdam als eeuwenoud handelscentrum komt daarbij uiteraard sterk naar voren. Geen andere stad zou zich zo goed lenen om te ‘vertellen’ en wij mogen de schrijver dan ook dankbaar zijn voor zijn idee om Amsterdan ditmaal aan het woord te laten. I. H. V. E. Bloemlezing uit de geschriften van J. P. Mieras. Amsterdam 1958. In aansluiting op het Liber Amicorum van J. P. Mieras, dat in november in het maandblad werd besproken, deed de Bond van Nederlandsche Architecten aan het einde van het afgelopen jaar, juist twee jaar na het overlijden van de schrijver, een even fraai verzorgde uitgaaf in dezelfde vorm, een bloemlezing uit zijn geschriften, het licht zien. In deze bloemlezing vindt men zevenen - veertig kortere en langere artikelen, gepu - bliceerd tussen 1923 en 1957. Vier daarvan verschenen oorspronkelijk in ons jaarboek en maandblad en betreffen dan ook uiter - aard zeer speciaal Amsterdam. Een vijfde, posthuum in het jaarboek van 1958 gepu - bliceerd, kunnen wij daar nog aan toe - voegen. De lezers zullen in deze uitgaaf echter ook nog andere artikelen vinden, waarin de heer Mieras op zijn bekende geestige en oorspronkelijke wijze verschillende Amsterdamse facetten benadert. En nog veel meer zal men vinden in de bibliografie van 28 pagina’s, die het werk besluit. Daar treft men in de allereerste plaats aan de enorme reeks van bijdragen voor het Bouwkundig Weekblad, waarvan hij veertig jarcn achtereen, van 1917 tot 1957, de trouwe medewerker was. Evenals de keuze uit zijn geschriften tonen ook deze titels op zich zelf al de veelzijdige belang - stelling van ons gestorven bestuurslid. Na deze lijst volgen nog enkele titels van bij - dragen, die de heer Mieras in verschillende tijdschriften publiceerde, en tenslotte nog een lijst van zijn boeken en afzonderlijk uitgegeven geschriften. Het is een genoegen zich te verdiepen in deze zorgvuldig samengestelde en rijk geillustreerde bloemlezing, in de aller - eerste plaats voor hem, die de schrijver persoonlijk hebben gekend, maar niet minder ook voor anderen, die hierdoor iets van zijn geest zullen leren kennen. 1. H. V. E. Mededeling van het bestuur ADRESSEN Genootschap Amstelodamum; secretaris L. C. Schade vanWestrum, Johannes Verhulststaat 124 boven, Amsterdam Z. (tel. 714721), penningmeester Andr. van der Laan, contributie leden minimum/ 12, —, donateurs ƒ 15. (gem.- giro A 65, postgiro 52391 ten name van het genootschap Amstelodamum), redactice maandblad mej. dr. I. H. van Eeghen, Prinsengracht 556, Amsterdam C. Uitgaven van het Genootschap verkrijgbaar, door tussen - komst van J. F. M. den Boer, Prinsengracht Amsterdam C. (tel. van 9-17 uur 723255), tevens aldaar ledenadministratie. 96