Tekstweergave van GA-1959_MB046_04025

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
brandgevaar bij het koken van de benodigde lijnolie, tot vernis de aan - wijzing van een bepaalde plaats tot de fabricage door het gerecht alleszins rechtvaardigde. Voor deze plek was 7 augustus 1642 de grond bij de zaag - molens bij de Haarlemmerpoort aangewezen. Toen zij binnen de stadspoorten was getrokken, verstoutten zich de boek- en katoendrukkers de inkt, zelfs op zondag, te laten maken op de weg voor de Leidsepoort buiten de stad. Zij gingen op een primitieve wijze te werk. Voor de vuren werden kuilen in de weg gegraven, die omgeven werden met graszoden, mede uit de weg gespit, zodat deze zeer geruïneerd werd. Daarbij deden de oplaaiende vlammen de paarden voor de karossen, wagens en sjezen, van de Utrechtsepoort komende, door de schrik op hol slaan. Bovendien bedronken zich de arbeiders aan brandewijn, die zij meenden te moeten gebruiken, om de walm en kwade lucht van de inktkokerij te kunnen weerstaan. Geen wonder, dat de eigenaren, bewoners en exploitanten van de tuinen en lakenramen langs de weg, hierdoor groot ongemak en ongerief leden. In het voorjaar van 1687 wendden zich dan ook 22 hunner met hun bezwaren tot Burgemeesteren en rieden ‘onder ootmoedige submissie’ aan deze fabricage alleen te ver - oorloven ‘besyden de Muyderpoort nae de Beer toe, ook aan de buijten - barmte van de dijk langs de Nieuwe Vaart ofte het tegenoverleggende Rietland’, waar niemand overlast kon worden aangedaan. Nadat Burgemeesteren 29 april 1687 op dit rekwest aan Thesaurieren ordinaris advies hadden gevraagd, benoemden deze laatsten de volgende dag Mr. Jacob Bosch en Douwe Claasz. als raadgevers in deze zaak. Na persoonlijk onderzoek achtten zij in hun antwoord van 25 juli het land buiten de Muiderpoort op de buitenberm van de Zeedijk tegen de Nieuwe Vaart aan als het meest geschikte. Waarop Burgemeesteren 30 juli beschikten, dat aldaar en nergens anders in het vervolg drukinkt ver - vaardigd mocht worden. 1) Leonie van Nierop Gr. Mem: ƒ. 176 v; gedrukt in Handvesten, p. 999. VAN DE BOEKENTAFEL L. C. Schade van Westrum, Amsterdam VERTELT. (Van Holkema en Warendorff N.V. Amsterdam 1959). De titel van dit nieuwste boek over Am - sterdam is kort maar bondig; Amsterdam vertelt, d.w.z. dat het Amsterdam van heden nog overal aan de belangstellende beschouwer van allerlei vertelt over zijn rijke verleden. Voor hen, die niet zo op - lettend en onderlegd zijn als de schrijver van dit boek, de secretaris van ons ge - nootschap, zal zijn werk niet alleen een dankbaar middel zijn om te ervaren, hoe Amsterdam ons altijd maar weer vertelt, maar ook een aanmoediging om voortaan zelf eens op te letten. Het begint al met de reproductie van de kaart van Cornelis Anthonisz van 1544 op het schutblad, waar men twee zaken duidelijk aangegeven vindt, die ieder jaar weer door vele Amsterdammers worden herleefd, de route van de stille omgang en de route van de tocht, die Vondel Gijsbrecht laat maken. Platen en tekst zijn tot een bijzonder aantrekkelijk geheel verenigd. Zij nemen 95