Tekstweergave van GA-1949_MB036_37093

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM Opgemelde Henriëtte of Hendrina Schas is in 1668 te den Haag geboren als dochter van Adriaan Schas en Laurens Schas werd aldaar geb. in 1634 (zie boven). Familierelatie tussen Adriaan en Laurens Schas kan hieruit wel worden geconcludeerd. Op beide wapens kunnen de nazaten van Adriaan S. evenwel geen recht doen gelden ergo ook niet op de beide stenen. De fam. Cruy - denier-Schas had een zoon Gideon geb. met Elisabeth Bessels. Of uit dit huwelijk kinderen kwamen blijkt niet uit de brief van het Utrechtse archief. Zo niet of zijn geen afstammelingen uit deze tak meer bekend, dan lijkt de aangewezen weg, de beide wapenstenen onder te brengen in het Centraal Museum te Utrecht indien men daar prijs op stelt, waar ze immers vandaan komen of bij het Kon. Oudheidk. Genootschap te Amsterdam, vanwege het Amsterdammerschap van Gideon Cruydenier. ||, V V. Alings. HET „HUIS PAKIJS”. r)rof. dr. A. Goslinga gaf ons de verklaring van het devies „Sous I'ombre de ses aisles m’a muchet” (onder de schaduw zijner vleugelen heeft hij mij verborgen). Ongetwijfeld, schrijft hij, is het overgenomen uit de Psalmen, al komt deze vorm er van (met de zinspeling op de naam Mamuchet) daar niet letterlijk in voor. Tot bewijs citeert hij de volgende plaatsen uit het Psalmboek, eerst inde Statenvertaling en dan inde berijming van 1773 die nog steeds inde meeste Protestantse Kerken van Nederland wordt gebruikt. Ps. 17 : 8: „Bewaar mij als het zwart des oogappels, verberg mij onder de schaduw uwer vleugelen” Wil mij uw bijstand niet onttrekken; uw zorg bewaak’ mij van omhoog. Bewaar m’als d’appel van het oog, wil mij met uwe vleug’len dekken”. Ps. 36 ; 8: „Hoe dierbaar is uwe goedertierenheid, o God! dies de menschenkinderen onder de schaduw uwer vleugelen toevlucht nemen.” Hoe groot is uw goedgunstigheid, hoe zijn uw vleug’len uitgebreid! Hier wordt de rust geschonken, Ps. 57 : 2: „Wees mij genadig, o God! wees mij genadig, want mijne ziel betrouwt op U, en ik neem mijne toevlucht onder de schaduw uwer vleugelen.” „Gena, o God, gena, hoor mijn gebeen, want mijne ziel betrouwt op U alleen. Mijn toevlucht is de schaduw uwer vleug’len”. Ps. 61 : 5: „Ik zal in uwe hut verkeeren in eeuwigheden; ik zal mijne toevlucht nemen in het verborgene uwer vleugelen.” . ’k Zal in uwe tent verkeeren, Heerder heeren, voor uw oog in eeuwigheid. ’k Zal op U mijn vast vertrouwen altoos bouwen, door uw vleug’len overspreid”. Ps. 63 : 8: „Want Gij zijt mij eene hulp geweest, en in de schaduw uwer vleugelen zal ik vroolijk zingen.” - Dies zal ik nu ook onbevreesd in schaduw van uw vleug’len zingen”. Ps. 91 : 4: „Hij zal u dekken met zijne vlerken, en onder zijne vleugelen zult gij betrouwen; zijne waarheid is een rondas en beukelaar.” Hij zal in lijfs- en zielsgevaar u met zijn vleug’len dekken, 93