Tekstweergave van GA-1949_MB036_37074

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM duw van zijn vleugels ben ik verborgen) waarop de heer Bijleveld reeds de aandacht vestigde, schrijft de heer A.: van welke vleu - gels is niet duidelijk, merkte kol. Steenkamp mij destijds op. De beide veren zullen althans op de vleugels duiden, (mucher = verouderde normandisch-picardische vorm van musser - mucier v.h. pop. lat. muciare). In hoeverre hier nog een andere woordspeling hij inde Verpandings- en kwijtscheldingsregis - ters van 1734-1743 de Weduwe Mamuchet van Houdringen als eigenaresse vermeld vond. De heer van Houten veronderstelt nog, dat de fam. M. het huis niet bewoond heeft,daar beide echtgenoten te Utrecht overleden, de man op 28 Jan. 1720, zijn weduwe, Vrouwe Catharina van Heusden op 23 Nov. 1738. Zij lieten twee kinderen na: Johanna Catharina, gehuwd valt te bespeuren in verband met de koppen in het wapen: mouchette = snuiter; museau o.m. bek, snuit, scheepssneb en andere ver - wante franse woorden, kan ik niet beoordelen, doch wil ik er nochtans de aandacht op ves - tigen. De Heer Bijleveld, die meent, dat reeds vóór 1710 de fam. Mamuchet het pand verwierf verwijst de heer A. naar het artikel van de heer v. Houten, die het jaar 1686 noemt. Voorts naar de mededeling van de heer A. E. d’Ailly in het Mndbl. 1942 bl. 95, dat met Jan Jacob van Westreenen en Joan Fredrik Mamuchet van Houdringe, Heer van Sterkenburg, aan wiens ongehuwde zoon, het huis bij boedelscheiding in 1740 werd toebc - deeld. Deze zoon overleed in 1741. De verdere lotgevallen van het huis leze men na bij v ' Houten, evenals de beschrijving van het vrou - welijke wapen. Het schild is onlangs gekleurd, blijkbaar niet door bevoegde hand. i) Niet „les” en „muché” als vermeld op bh 56 van April j.l. DE lEPEN-LINDENQUAESÏIE. In de Woensdag 6 April j.l. gehouden Gemeenteraadsvergadering dit moge ook even het Maandblad worden vastgelegd is 'een voorstel van de heer Boekel, om een wetenschap pelijk onderzoek in te stellen naar noodzaak en doeltreffendheid van het rooien der iepen lang de Keizersgracht en in afwachting daarvan het rooien op te schorten (waarover op 22 Maart ,1- de stemmen staakten) met 23 tegen 15 stemmen verworpen. Het rooien wordt dus voortgeze 74