Tekstweergave van GA-1948_JB042_00027
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
De
samenstelling
van
het
Bestuur
werd
dit
jaar
niet
gewijzigd.
Op
de
algemene
ledenvergadering
van
5
Juli
1947
werden
de
Heren
Mr.
A.
Ie
Cosquino
de
Bussy,
W.
Voorbeytel
Cannenburg
en
D.
Kouwenaar
als
bestuurslid
herkozen.
Thans
aan
de
beurt
om
af
te
treden
zijn
de
Heren
C.
G.
Pouw,
J.
P.
Mieras
en
Mr.
H.
de
la
Fontaine
Verwey.
VERSLAG
VAN
DE
PENNINGMEESTER
OVER
HET
48ste
BOEKJAAR
VAN
HET
GENOOTSCHAP
„AMSTELODAMUM”
Mijne
Heren,
Zoals
uit
de
door
mij
voorgelezen
cijfers
van
kasstaat
en
balans
blijkt,
is
het
ver
-
mogen
van
ons
Genootschap
gestegen
van
ƒ27.907.62
tot
ƒ
28.950.75.
Het
door
ons
in
het
afgelopen
jaar
van
wijlen
ons
Erelid,
de
Heer
J.
van
Eek,
ontvangen
legaat
komt
als
op
zichzelf
staand
„fonds
J.
van
Eek”
op
de
balans
voor.
De
nota
van
de
Firma
de
Bussy
voor
het
onlangs
verschenen
41e
Jaarboek
was
per
ultimo
December
en
is
ook
thans
nog
niet
ingekomen,
zodat
voor
de
betaling
daarvan
een
reservepost
van
ƒ7.000.
—
op
de
balans
is
gecreëerd.
De
waarde
onzer
effecten
bleef
gelijk;
enkele
obligaties
werden
aflosbaar
gesteld
en
door
soortgelijke
vervangen.
Aan
contributies
werd
per
kas
en
giro
ontvangen
ƒ
12.205.35,
terwijl
de
Kasver
-
eeniging
voor
ons
inde
een
bedrag
van
ƒ
1.744.68,
waardoor
ons
creditsaldo
bij
haar,
per
ultimo
December
1946
bedragende
ƒ
3.853.94,
steeg
tot
ƒ
5.598.62.
Totaal
werd
dus
aan
contributie
ontvangen
ƒ
13.950.03
of
ruim
ƒ
2.750.
—
meer
dan
het
vorig
jaar.
In
het
afgelopen
jaar
verscheen
het
door
Mr.
W.
F.
H.
Oldewelt
bewerkte
Kohier
van
1742.
Per
ultimo
December
jl.
was
onze
voorraad
363
exemplaren
groot,
welke
wij
voor
een
bedrag
van
ƒ
6.334.
—
(zijnde
ƒ
18.
—
per
exemplaar)
op
de
balans
hebben
gebracht
en
waarop
wij,
zoals
gebruikelijk,
20%
hebben
afgeschreven.
Aan
de
Commissie
Jeugdwerk
stelden
wij
in
December
1946
een
bedrag
van
ƒ
3.000.
—•
ter
beschikking;
per
ultimo
December
1947
had
zij
daarvan
nog
een
bedrag
groot
ƒ
2.309.21
in
kas.
Publicaties
brachten
in
totaal
ƒ1.605.
—■
op.
De
Grachtengevelcommissie
vorderde
een
uitgaaf
van
ƒ
235.60,
terwijl
door
het
Genootschap
in
het
afgelopen
jaar
een
bijdrage
werd
verleend
aan
Mejuffrouw
B.
Bijtelaar
voor
haar
uitgave
„De
Zingende
Torens
van
Amsterdam”
en
aan
het
Mastfonds
Pollux.
De
effecten
zijn
op
de
balans
tegen
de
ultimo
December
1947-koers
opgenomen
en,
voorzover
deze
koers
boven
pari
was,
tegen
parikoers.
De
penningmeester,
C.
G.
POUW.
Amsterdam,
Februari
1948.
XXI