Tekstweergave van GA-1943_MB030_08111
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM
Het
huis
wordt
dan
als
volgt
omschreven:
„en
huys
en
erve
staende
en
leggende
op
de
„heeregragt
aan
de
Noordzijde
tusschen
het
„koningspleyn
en
de
Vijselstraet
met
het
huis
„en
de
stal
daerachter,
uytkomende
inde
~
Reguliersdwarsstraet’
’.
Op
5
Mei
1718
kocht
deze
Jan
Trip
van
Jan
du
Peyron,
de
Jonge,
die
als
gemachtigde
optrad
van
Vrouwe
Maria
Wolters,
Weduwe
en
boedel
-
houdster
van
den
heer
Jacobus
Scott,
ook
het
belendende
perceel
aan
de
Westzijde
inde
Reguliersdwarsstraat
voor
ƒ
8.500,—,
zoodat
toen
beide
erven
inde
Reguliersdwarsstraat
achter
het
huis
op
de
Heerengracht
in
zijn
bezit
waren.
Dit
huis
werd
als
volgt
omschreven:
„Een
huys
en
erve
zijnde
een
stal,
staende
en
„leggende
aen
de
zuydsijde
van
de
Reguliers
-
„dwarsstraet
int
Parck
A,
helend
de
erfgenamen
„van
Reymond
Wolters
aan
de
Westzijde
ende
„de
heer
Coper
aan
de
Oostzijde,
strekkende
„voor
van
de
straet
tot
agter
aan
de
Erven
„aan
de
heeregraft”.
8
)
,
De
bepaling
werd
gemaakt,
„dat
indien
in
dese
stallinge
eenige
ligten
niet
naar
behooren
mogten
zijn
gestelt
den
heer
Coper
hem
dien
aangaènde
zal
moeten
regulieren
naar
de
keure
dezer
Stadt”.
Verder
mocht
de
„Heer
Coper
geen
vergoedinge
praetendeeren
omtrent
de
buys
welcke
de
stallinge
van
de
Erfgenamen
van
de
heer
Raymond
Wolters
en
de
heer
Albertus
Schuyt
inde
put
van
deze
stallinge
heeft
tot
gemeen
gebruyck
vant
water
uyt
dezelve”.
Jan
Trip
de
Jonge
werd
op
14
Januari
1691
geboren
als
de
zoon
van
mr
Jan
Trip,
heer
van
Berckenrode,
bekend
Burgemeester
van
Am
-
sterdam,
en
Margaretha
Cecilia
Nys.
Hij
was
eigenaar
van
de
Hofstede
Woestduyn
onder
Heemstede,
die
hij
7
October
1715
voor
ƒ12.000,
—-
had
gekocht
en
op
11
Juni
1717
weder
verkocht
voor
ƒ20.000,
—;
daarna
van
de
Hofstede
Beeckesteyn
onder
Velsen,
op
9
December
1716
voor
jf
31.000,
—
van
zijn
Vader
overgenomen.
Hij
was
secretaris
van
de
stad
in
1708,
commis
-
saris
in
1720,
bewindhebber
van
de
West-
Indische
Compagnie
in
1720,
Meesterknaap
van
Gooiland
in
1719
en
Kapitein
der
Burgerij.
Op
5
Mei
1715
trouwde
Jan
Trip
de
Jonge
met
Petronella
Wilhelmina
van
Hoorn,
de
klein
-
dochter
van
mr
Willem
van
Outhoorn,
„Oud
Gouverneur
en
Generaal
van
de
Nederlandsche
Oostindiën”,
op
28
Juli
1698
te
Batavia
geboren.
Uit
dit
huwelijk
werd
een
zoon
ge
-
boren,
Jan
Willem
Trip,
gedoopt
inde
Nieuwe
Kerk
op
13
Mei
1716.
8
)
Op
13
November
1718
maakten
zij
hun
testa
-
ment,
10
)
waarin
onder
meer
werd
bepaald,
dat:
le.
de
langstlevende
de
erfgenaam
zou
zijn
van
de
eerstoverledene,
terwijl
aan
het
kind
of
de
kinderen
de
gerechte
helft
van
de
na
-
latenschap
van
de
eerstoverledene
zou
komen;
2e.
De
langstlevende
het
vruchtgebruik
van
de
erfportie
van
de
nog
minderjarige
kinderen
zou
krijgen
en
zorg
moest
dragen
voor
de
opvoeding
van
deze
kinderen
tot
hun
meerderjarigheid
of
huwelijk.
Jan
Trip
de
Jonge
overleed
4
Juni
1721
en
dientengevolge
verkreeg
zijn
zoon
Jan
Willem
Trip,
blijkens
het
genoemde
testament,
de
helft
van
zijn
vaders
nalatenschap,
waarvan
op
23
Augustus
1721
een
acte
van
assignatie
en
bewijs
werd
opgemaakt,
n
)
waarbij
werd
be
-
paald,
dat
de
geheele
boedel
ter
beschikking
van
de
Weduwe
zou
blijven,
terwijl
haar
zoon
Jan
Willem
Trip,
ter
voldoening
van
zijn
erf
-
deel
een
som
ineens
zou
krijgen
van
ƒ
100.000,
—.
De
jongen
was
toen
echter
pas
5
jaar
oud
en
zijn
moeder
hield
dus
het
vruchtgebruik
tot
zijn
meerderjarigheid
of
huwelijk.
Deze
som
van
ƒ
100.000,
—-
bestond
uit:
9
obligatiën
ten
laste
van
de
Oost-Indische
Compagnie,
jsenige
perceelen
land
inden
Sloter
-
polder
en
een
bedrag
in
contanten
van
ƒ54.500,
—.
De
mede
comparanten
verklaarden,
dat
door
de
Weduwe
van
Jan
Trip
de
Jonge
in
deze
~seer
genereus
gehandelt
is”.
Het
huis
Heerengracht
493
bleef
dus
aan
de
Weduwe.
Jan
Willem
Trip
trouwde
5
Maart
1736
te
Leiden
met
Lady
Catharine
Grey,
geboren
in
Leicestershire
op
11
Februari
1711.
Hij
woonde
op
den
Fluwcelenburgwal,
thans
O.Z.
Voorburgwal,
bij
de
Illustere
School
en
was
reeds
op
negenjarigen
leeftijd
vendumeester
der
schepen
en
koopmanschappen,
op
elfjarigen
leeftijd,
in
1727,
voor
de
helft
van
de
opbrengst
postmeester
van
het
Antwerpsche
Postcomptoir
en
in
1738
commissaris.
In
1738
stierf
hij
kinderloos
in
Engeland,
ccn
vèrmogen
nalatende
van
ƒ
283.000,
—.
12
)
(Wordt
vervolgd).
F.
G.
v.d.
Berg.
Bronnenvermelding.
r
j
Elias,
Vroedschap
11,
blz.
906.
2
)
Elias,
Vroedschap
11,
blz.
906
—907.
3
)
Kwijtscheldingsregister
Y
2,
fol.
135.
4
)
Gen.
gegevens
van
der
Haagen,
„Het
ge
-
slacht
v.d.
Haagen,
1417—1932”.
6
)
Register
Willige
Decreten,
Nr.
48,
fol.
185.
6
)
Elias,
Vroedschap
11,
blz.
614.
7
)
Kwijtscheldingsregister
K
4,
folio
63.
8
)
Kwijtscheldingsregister
L
4,
folio
180
V.
°)
Elias,
Vroedschap
11,
blz.
691.
10
)
Notarieel
archief
Register
7493
Not.
(Jan
■van
den
Ende).
u
)
Notarieel
archief
Register
7493
Not.
(Jan
van
den
Ende).
l2
)
Elias,
Vroedschap
11,
blz.
691.
111