Tekstweergave van GA-1943_MB030_08103

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM J. Klundeb f Op 57-jarigen leeftijd is den 3den September 11., na een kortstondige ziekte, in het Burger - ziekenhuis overleden de heer J. Klunder, directeur van de Stadsdrukkerij. Het was juist 25 jaar geleden dat hij in dienst trad van de instelling aan het hoofd waarvan hij ria verschillende promoties kwam. Voortreffelijk typografisch werk is onder zijn leiding van de persen der Stadsdrukkerij gekomen. Wij herinneren ons o.m. het zeer fraaie Gedenk - boek der Vondelfeesten in 1937. ,De over - ledene heeft ook zitting gehad in vele com - missies op grafisch gebied, zoowel gemeente - lijke als andere. Amstebdamsche klokmuziek. Dat de Amsterdamsche klokkentorens inde binnenstad elk heel, half en vierendeels uur hun wijsjes lustig over de stad uitsprenkelen, is elk Amsterdammer welbekend. Dat zij dit ook in benarden oorlogstijd blijven doen is een terechte erkenning voor hun technische en cultuur - historische beteekenis. Het mechanische spel heeft reeds zijn bekoring, maar het vrije spel van den beiaardier geeft den klokkenwijsjes eerst recht bezieling. Dat ge - beurt nog steeds te weinig. Reeds kennen wij de Maandagmiddagbespe - lingen, telkens van 12 tot 1 uur, afwisselend op Oude-, Zuider- en Westerkerkstoren. Daaren - boven regelmatig op den Paleistoren, die echter geen stadstoren meer is. Daarnaast zijn gekomen de stemmingvolle zomeravondbespelingen, die een grachten - wandeling behalve voor het oog ook voor het oor zoo bekoorlijk maken. Tot voldoening van vele liefhebbers van de „hemelsche klokmuziek”, zooals Vader Vondel het noemde, klommen de beiaardiers inde maanden Augustus en September jl. des Zondag - middags in alle drie de stadstorens tegelijk en bespeelden de klokbellen van 12—1 uur, aldus „ons gehoor verlekkrend op hun klokspijs”. Deze prestatie, drie Hemonycarillons in één stad tegelijk in doorluchte torentransen tot zingen te wekken, is nog steeds zonder weêrga inde wereld! Zij verdient de aandacht en de innige belangstelling van ons allen! Ton Koot. Amstel, Vecht en Zaan. Wien lust het niet zich te vermeien inden aanblik van de oude uythoven der Amster - damsche kooplieden, zooals die buitens langs de boorden van Vecht en Amstel het oog van den voorbijganger bekoorden ? Welke Amster - dammer wordt niet graag herinnerd aan het natuurschoon langs den Amstel en in het Gooi en wie staat niet met genoegen stil bij het zien van onze forsche, welgelijnde Zaansche molens, den fraaien spiegel vaneen tentjacht of den degelijken bouw vaneen echt oud-Hollandsche trekschuit ? Welaan, dan naar het Stedelijk museum! Het was de Kerst-tentoonstelling van het Centraal museum te Utrecht, welke gewijd was aan „De Zegepralende Vecht”, die bij het werk - comité der gemeentelijke commissie voor heem - kunde Amsterdam den wensch deed opkomen, in Amsterdam een tentoonstelling te organi - seeren, welke de historische en de heden - daagsohe schoonheid van Amsterdam’s om - geving zou belichten. Uit dien wensch kwam een plan voort en uit dat plan een daad, zoodat thans onder den naam „Amstel, Vecht en Zaan” deze tentoonstelling, gedurende eenige maanden, in het Stedelijk museum voor het publiek is opengesteld. Het onderwerp is aantrekkelijk en de tentoon - stellingscommissie, welke werd gevormd door bovengenoemd werkcomité, vleit zich met de gedachte, dat zij, gezien de moeilijke om - standigheden, er in geslaagd is, een aantrekke - lijken vorm te vinden voor de weerspiegeling van het vele wetens- en zienswaardige in dit driestroomenland. Fraaie prenten, aangevuld met voorwerpen, laten de Vecht zien in vier tijdperken, hier aan - geduid als; Romeinsche, Ridderlijke, Zege - pralende en Hedendaagsohe Vecht. Het sierlijke smeedijzeren toegangshek tot het kasteel Neder - horst den Berg, de theekoepel van Vreeden - hoff, beide op ware grootte gereproduceerd, en de collectie bewonderenswaardig Weesper-, Loosdrechtsch- en Amstelporselein trekken nu reeds de volle belangstelling van de vele bezoekers. Vooral de buitenplaatsen langs Vecht en Amstel, de lusthoven der Amsterdammers in gouden eeuw en pruikentijd zijn goed ver - tegenwoordigd. Daarnaast wordt inde Amstelzaal de aandacht gewijd aan de hengel- en ijssport en aan de flora en avifauna. Het Gooi, dat inden huidigen tijd zoo’n belangrijk ontspanningsgebied voor Amsterdam is, wordt door inzendingen van het Gooisch natuurreservaat en de Vereeniging tot behoud van natuurmonumenten in Nederland verzorgd. De inzending van het Gooisch museum laat iets van de kleeding en huiselijke omstandigheden der Gooiers zien. Aan de Zaan is een molenzaal en een schepen - zaaltje gewijd, voorts zijn er afbeeldingen en gebruiksvoorwerpen. De levende attractie van deze tentoonstelling is de kolfbaan, waar op gezette tijden de West - friezen een kolfje naar hun hand komen zetten. 103