Tekstweergave van GA-1942_MB029_06145
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM
hofstede
up
ter
sluse
2
Willem
Gijskins
soons
hofstede
up
ter
sluse
3
Griete
Coman
Pieters
hofstede
up
ter
sluse
4
Jan
Willemsoons
des
barbiers
hofstede
up
ter
sluse
5
die
stempels
van
der
sluse”.
In
vier
van
de
vijf
gevallen
wordt
dus
uitdrukkelijk
van
hofsteden
gesproken
terwijl
in
het
5e
geval
de
naam
van
den
pachter
zelfs
niet
wordt
genoemd.
Harinkie-Jan.
-
Naar
aanleiding
van;
„Het
Straatleven
te
Amsterdam
om
-
streeks
1900”,
in
het
nummer
van
Juni
1942,
zond
Patriot
ons
de
volgende
mededeelingen:
Harinkie-Jan,
de
haringventer,
die
de
bouwwerken
afliep,
had
dien
naam
te
danken
aan
de
woorden,
waarmede
hij
zijn
klanten,
de
bouw-arbeiders,
zijn
waar
vragenderwijs
aanbood:
„(’n)
Harinkie,
Jan?”
Het
was
regel,
dat
een
deel
der
aange
-
sprokenen
—:
de
gehuwden
hoewel
begeerig
naar
het
zee-banket,
geenszins
spontaan
bereid
was,
de
benoodigde
penningen
uitte
leggen,
hetgeen
zijn
reden
had.
„Het
normale”
zakgeld
nl.
van
den
gehuwden
ambachtsman
inde
bouwvakken
bedroeg
toenmaals
2
kwart
-
jes
per
week.
Des
Zaterdagsavonds
werd
aan
moeder-de-vrouw
het
geheele
weekloon
prompt
op
tafel
uitgeteld
en
eigenhandig
schoof
zij
dan
den
echtgenoot
-
kostwinner
de
2
kwartjes
t0e....
Ik
spreek
natuurlijk
van
den
degelijken,
soliden,
den
z.g.
„gezeten”
werkman.
Van
dit
luttele
bedrag,
vermeerderd
met
kleine
extraatjes
als
fooitjes,
heel
kleine
karwijtjes
voor
eigen
rekening
enz.
-
de
groote
als
overwerk,
aangenomen
werk
enz.
kwamen
het
gezin
ten
goede
moesten
alle
uitgaven:
scheren,
haar
-
knippen,
tabak,
sigaren,
loterij-briefje,
ja
geschenken
en
verrassingen,
wor
-
den
bestreden.
De
„vrijjongen”,
die
als
regel
thuis
„kostgeld”
betaalde,
kon
zich
heel
wat
ruimer
bewegen
en
was
een
voorwerp
van
jalouzie,
totdat
hij
op
zijn
beurt
voor
de
bijl
was.
Wanneer
dan
dus
de
klanten
niet
al
te
gretig
waren,
kwam
de
haringman
on
-
middellijk
met
zijn
eveneens
stereotiepen
modus
voor
den
dag:
„Ééntje
met
z’n
tweeën?”....
steeds
gevolgd
door
het
onweerlegbare
argu
-
ment:
„Een
half
onsie
kaas
is
ook
niet
veel!”.
.
.
„Pannikoop”.
De
bedoelde
plaat
van
Johan
Braakensiek,
waarop
het
klassieke,
musiceerende,
zingende,
dansende
enz.
bedelaars-
gilde
van
toenmalig
Amsterdam
was
afgebeeld
(een
premie
van
het
dagblad
De
Echo)
was
getiteld;
„Amstels
Oude
Garde”.
Pannikoop
kwam
er,
naar
ik
zeker
meen
te
weten,
niet
op
voor,
wat
ook
inde
reden
ligt.
Boekje
Wereldtentoonstelling
1895.
De
heer
A.
J.
L.
Haast,
Picter
Pauwstraat2211,0
11
,
vraagt:
In
1895
of
!
97
is
te
Amsterdam
een
Wereld-Tentoon
-
stelling
geweest
1
)
waaraan
verbonden
was
een
optocht
van
gecostumeerde
personen,
die
de
verschillende
Naties
voorstelden;
ook
werden
verschillende
(eenige)
kameelen
en/of
dromedarissen
meegevoerd.
Van
dien
optocht
-
of
misschien
ook
wel
van
de
geheele
Ten
-
toonstelling
is
een
boekje
uitgegeven
dat
vele
jaren
in
ons
bezit
was.
Het
was
uitgevoerd
in
oblong-formaat
van
X
-k
18
c.M.
dichtgeslagen.
Nu
zou
ik
dit
boekje
weer
gaarne
hebben,
misschien
dat
één
of
ander
lid
het
heeft
en
het
wil
missen
(tegen
betaling
natuur
-
lijk).
!)
Vermoedelijk
bedoelt
schr.
de
Tentoon
-
stelling
voor
Hotel-
en
Reiswezen
(1895),
Red.
Het
mirakel
van
Amsterdam.
De
heer
A.
M.
van
de
Waal,
Willemspark
-
weg
153,
vraagt:
„Kan
een
van
de
leden
mij
ook
ter
inzage
verstrekken
het
volgende
geschrift
van
pastoor
J.
W.
Brouwers:
De
Votief
kapel
der
Neder
-
landsche
dankbaarheid
inde
19e
eeuw,
uitgegeven
te
Vucht
1891.
(Betreft
het
mirakel
van
Amsterdam)”.
De
Universiteitsbibliotheek
en
ook
andere
instellingen
hebben
reeds
zeer
veel
moeite
voor
mij
gedaan,
maar
het
geschrift
is
niet
te
vinden.
143