Tekstweergave van GA-1941_MB028_04052
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM
Mrt.
1941
in
ons
Maandblad
melding
gemaakt
van
de
restauratie
van
de
luiken
van
het
orgel
der
Westerkerk,
met
hun
zinne
-
beeldige
voorstellingen,
geschilderd
door
G.
de
Lairesse
en
voorstellend:
De
ont
-
moeting
van
Koning
Salomo
en
de
Koningin
van
Scheba
eenerzijds,
David,
klarinet,
schel,
tambourijn,
triangel,
enz.
Deze
luiken,
die
nog
voorzien
zijn
van
het
kunstige
oude
ijzerbeslag,
zijn
in
het
genre
van
Cornelis
Brizé,
den
17den
eeuwschen
kunstenaar,
die
ook
de
deuren
van
het
kleine
orgel
inde
Oude
Kerk
beschilderde,
behandeld.
de
Koninklijke
harpenaar,
dansend
voor
de
Heilige
Ark,
anderzijds.
(Men
zie
de
notitie
van
prof.
v.
Regteren
Altena,
op
blz.
104
van
den
vorigen
jaargang.)
Thans
lezen
wij
inde
N.R.Ct.
van
5
Februari
j
.1.,
avondblad,
dat
de
restau
-
rateur,
de
heer
Gildemeester,
ook
de
teruggevonden
luiken
van
het
kleine
beneden-orgel,
het
z.g.
rugpositief,
onder
handen
heeft
genomen.
Rij
gesloten
toe
-
stand,
zoo
hebben
wij
bericht,
ziet
men
op
de
buitenzijde
der
luiken
in
grisaille
de
vier
Evangelisten
afgebeeld:
Mattheus
met
den
engel,
Markus
met
den
leeuw,
Lukas
met
den
stier
en
Johannes
met
den
adelaar.
Zij
worden
omgeven
door
weelderige
arabesken,
uitgaande
vaneen
rozet
in
het
midden,
alles
eveneens
in
grauw.
De
andere
kant
(binnenzijde)
der
luiken
is
in
heldere
tinten
beschilderd
met
aan
linten
opgehangen
muziek
-
instrumenten:
schalmei,
luit,
bazuin,
Naar
het
blad
meldt
is
de
restauratie
van
de
benedenluiken
dezer
dagen
gereed
gekomen.
Dit
herstel
geldt
echter
alleen
de
binnenzijde,
die
met
de
muziek
-
instrumenten;
voor
de
buitenzijde,
het
daarop
voorkomende
grisaillewerk,
was,
jammer
genoeg,
voorshands
geen
geld
meer
beschikbaar.
Daar
heeft
men
zich
dus
tot
het
noodzakelijkste
werk,
het
lakvrij-maken,
moeten
bepalen.
Misschien
echter
dat
die
kant
later
nog
eens
aan
de
beurt
komt.
Het
blad
stelt
vast,
dat
het
resultaat
van
den
zorgvuldigen
herstelarbeid
ver
-
rassend-schoon
is.
De
kleuren
zijn
nu
weer
zoo
frisch
en
de
voorstellingen
zoo
beeldend
alsof
ze
pas
onlangs
geschilderd
zijn.
De
muziekinstrumenten
steken
sterk
af
tegen
het
grijsgeschilderd
fond,
dat
later
dan
de
muziekinstrumenten
op
het
eikenhout
der
luiken
moet
zijn
aan
-
gebracht.
Men
kan
dit
aflciden
uit
het
52
Cliché
van
de
N.R.Ct