Tekstweergave van GA-1940_MB027_02142
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM
Nov.
1940
voor
het
stichten
van
zeer
groote
gebouwen
haar
aantrekkelijkheid
verliezen,
omdat
ook
dank
zij
de
niet
genoeg
te
waardeeren
keur
van
de
zeventiende
eeuw
die
de
bebouwingsdiepte
aan
een
strenge
beperking
onderwierp
deze
gebouwen
voor
een
modern
geconcentreerd
bedrijf
te
wijdloopig
zouden
worden.
Ir
Boeken
signaleert
o.a.
ook
het
misverstand,
dat
de
raamindeeling
in
kleine
ruiten
door
houten
roeden,
die
inde
achttiende
eeuw
algemeen
was
en
die
nog
in
oude
huizen
voorkomt,
de
typische
oud-Hollandsche
raamvorm
uit
het
Amsterdam
van
de
Gouden
Eeuw
Was.
Historisch
is
dit,
naar
hij
opmerkt,
geheel
onjuist.
Boven
-
dien
getuigt
het
z.i.
van
weinig
begrip
van
de
karakteristieke
schoonheid
van
het
Amsterdamsche
stadsbeeld.
Evenmin
als
de
houten
roedeverdeeling
thuishoort
in
alle
gevels
van
voor
circa
1685
dat
is
dus
de
geheele
eerste
bebouwing
van
het
eerste
deel
der
grachten
en
de
wijken
die
daarmee
gelijk
ontstonden
en
bovendien
het
grootste
deel
der
eerste
bebouwingen
van
het
verdere
deel
der
grachten,
de
groote
regentenhuizen
van
de
Bocht
der
Heerengracht
inbegrepen
evenmin
kan
men
ontkennen,
dat
de
groote
Empire-ramen
en
de
negentiende-eeuwsche
ramen
met
spiegelglas
zeer
veel
bijdragen
tot
de
karakteristieke
schoonheid
van
het
oude
maar
levende
Amsterdam.
Tegen
deze
en
dergelijke
ongemotiveerde
restauraties
waarschuwt
ir.
Boeken.
Restauraties
moeten
geval
voor
geval
overwogen
worden.
Dit
is
werk
voor
den
echten
architect
en
zeker
geen
werk
voor
wellicht
brave
bouw
-
kundigen
maar
overigens
volstrekt
onbevoegden,
tot
wie
helaas
eigenaren
van
mooie
Amsterdamsche
huizen
zich
in
onkunde
en
gebrek
aan
verantwoordelijkheidsbesef
soms
wenden.
Een
van
de
oorzaken
van
de
verarming
van
het
stadsbeeld
is
dat
langzamerhand
maar
gestadig
oude
huizen
in
alle
deelen
der
oude
stad,
die
min
of
meer
onbruikbaar
geworden
zijn
of
vaneen
indeeling
zijn
die
niet
meer
intrek
is,
vervangen
worden
door
drie
of
vier
beknopte
flatjes
boven
elkaar.
Om
op
hun
manier
bij
te
dragen
tot
het
stadsschoon,
en
ook
om
af
te
zijn
van
het
maken
van
het
eenige
gevel
-
gedeelte,
dat
toch
iets
van
vorm
hebben
moet,
namelijk
het
bovengedeelte,
nemen
deze
ontwerpers
dikwijls
hun
toevlucht
tot
het
aanbrengen
van
oude
gevel
-
bekroningen
of
geveltoppen
afkomstig
van
gesloopte
perceelen.
Ten
slotte
vestigt
ir.
Boeken
de
aandacht
op
het
verschijnsel
van
de
vervanging
der
oude
bebouwing
door
groote
of
kleinere
blokken
flatwoningen
in
alle
deelen
van
de
stad,
overal
waar
een
bouwondernemer
er
in
slaagt
eenige
naast
elkaar
gelegen
verouderde
perceelen
te
verkrijgen.
Ook
dit
bedreigde,
althans
vóór
den
aanvang
van
de
bijzondere
tijds
-
omstandigheden,
de
grachtbebouwing
en
zal,
na
herstel
van
normaler
omstandig
-
heden,
deze
opnieuw
bedreigen
op
de
plaatsen
die
minder
voor
vestiging
van
kantoren
en
dergelijke
in
aanmerking
komen.
Ineen
volgend
nummer
van
Architectura
(dat
van
21
September),
valt
het
oud
-
lid
der
Schoonheidscommissie,
architect
Van
Hardeveld,
zijn
collega
Boeken
in
menig
opzicht
bij.
Daarentegen
schijnen
diens
medeleden
van
de
commissie,
de
architecten
Dudok
en
Jan
de
Meijer,
in
verschillend
opzicht
met
hem
van
meening
te
verschillen.
Te
zijner
tijd
hopen
wij
ook
daaromtrent
te
berichten.
De
naambordjes
der
bruggen.
Van
verschillende
zijden
ontvingen
wij
op
-
merkingen,
naar
aanleiding
van
dein
het
Octobernummer
van
ons
Maandblad,
aan
De
Telegraaf
ontleende,
lijst
van
bruggenamen.
Een
drietal
leden
kan
zich
niet
vereenigen
met
den
naam
Bullebaksluis
voor
de
vaste
brug
over
de
Bloemgracht
inde
Marnixstraat.
Zij
meenen
dat
die
naam
toekomt
aan
de
brug
over
de
Brouwersgracht.
Architect
H.
J.
Breman
schreef
ons:
„Mij
dacht
dat
de
brug,
welke
de
Korte
Marnixstraat
met
de
Marnixstraat
ver
-
bindt
en
ligt
over
de
Brouwersgracht,
vroeger
de
Bullebak
heette.
Bij
mijn
eerste
schooljaar,
doorgebracht
aan
de
Marnixschool,
onder
de
uitstekende
lei
-
ding
van
het
schoolhoofd
De
Vrijer,
lag
aldaar
over
de
Brouwersgracht
een
zeer
zware
en
dubbele
wipbrug,
die
bekend
stond
als
de
Bullebak,
terwijl
de
nu
142