Tekstweergave van GA-1939_MB026_15033
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Febr.
1939
AMSTELODAMUM
voor
de
positie
van
zijn
vader,
den
kruier.
Deze
heeft
intusschen
zijn
beroep
vaarwel
gezegd,
om
de
carrière
van
zijn
zoon
niet
inden
weg
te
staan.
De
zoon
maakt
telkens
schulden,
die
dan
door
zijn
vader
betaald
worden
en
hem
zelfs
ruïneeren,
waardoor
hij
verplicht
is
zijn
oude
beroep
weer
ter
hand
te
nemen.
De
onwaardige
zoon
maakt
zich
ook
aan
fraudes
schuldig
en
het
einde
is
echt-dramatisch,
als
in
het
laatste
bedrijf
Martijn
de
Kruier
onder
een
vrachtje
bezwijkt.
Driessens
had,
bij
al
zijn
talent,
wel
eens
te
veel
dezelfde
gestes.
Als
hij
een
slechte
tijding
ontving,
ontdeed
hij
zich
bijv.
in
opperste
wanhoop
van
zijn
das
en
zijn
hals
-
boord
(waarvan
men
de
wijdte
op
ten
minste
19
a2O
inches
mocht
taxeeren.)
it
deed
echter,
zooals
gezegd,
aan
zijn
voortreffelijk
spel
niets
af.
In
deze
drama’s
was
gewoonlijk
Mevrouw
van
Kerkhoven
Jonckers
zijn
trouwe
tegenspeelster;
een
uitmuntende
tragédienne,
die
zich
waardig
bij
de
talenten
van
den
artist
Victor
Driessens
aanpastte.
Een
tijd
lang
werd
onder
andere
ook
een
operette
gespeeld;
„De
Groothertogin
van
Gerolstein”,
waarin
Driessens
de
rol
van
Generaal
Bum
speelde
en
mevrouw
Ver
-
straeten
de
titelrol
vervulde.
Desiré
Corijn
was
de
recruut
en
Prins
Paul
werd
dooi
-
den
heer
Henri
Moriën
weergegeven.
In
deze
operette
zal
de
Groothertogin
van
het
miniatuur
Groothertogdommetje
een
revue
houden
over
haar
klein
legertje,
aan
welks
hoofd
Generaal
Bum
staat
en
dat
ten
strijde
moet
trekken
tegen
den
vijand.
Uit
de
gedragingen
van
de
Groothertogin
blijkt
echter
dat
haar
aandacht
minder
uitgaat
naar
de
oorlogs-strategie
van
den
Generaal
of
naar
de
uitrusting
van
haar
legertje,
dan
wel
naar
knapuitziende
mannen
onder
de
soldaten.
Een
bevalt
haar
bij
uitstek.
,
Zij
laat
dezen,
een
recruut,
naar
voren
komen,
en
bevordert
hem
terstond
tot
korpo
-
raal,
al
spoedig
tot
sergeant
en
voordat
hij
ten
strijde
moet
trekken
zelfs
tot
generaal.
Zij
vertrouwt
hem
de
sabel
toe,
die
haar
vader
met
roem
gevoerd
heeft
en
degradeert
generaal
Bum.
Alles
is
natuurlijk
fantasie;
men
moet
zich
niet
afvragen
of
zoo
iets
werkelijk
gebeurd
kan
zijn.
Hoofdzaak
is
thans
dat
de
toeschouwers
zich
indertijd
blijkbaar
goed
vermaakt
hebben,
ook
dank
zij
de
weliswaar
niet
zeer
hoogstaande,
maar
aardige
en
vroolijke
muziek.
Menig
deuntje
leeft
nog
voort
inde
herinnering
der
tijdgenooten,
zooals:
„Hier
is
de
sabel
van
Papaatje”
„Gebruik
hem
voor
het
Vaderland”.
Vervolgens
de
melodie
door
de
Groothertogin
gezongen,
die
haar
uitverkorene
door
een
derde
de
betuigingen
van
haar
liefde
en
trouw
laat
overbrengen,
en
wel.
„Zeg
hem
dan,
dat
ik
hem
bemin”,
„Zeg,
hem
dan,
dat
hij
mij
kan
vertrouwen”
enz.
en
niet
minder
de
coupletten
die
Prins
Paul
(Henri
Moriën)
uiteen
krantje
voorleest.
Prins
Paul
dingt
naar
de
hand
van
de
Groothertogin,
doch
heeft
geen
kans
gezien
den
hartstocht
van
Haar
Doorluchtige
Hoogheid
voor
den
recruut
te
verminderen:
~En
toch,
Prins
Paul,
keer
naar
je
landje”
„Want
jij
komt
hier
toch
nooit
terecht!”
„Na
wat
je
van
mij
zegt”
(2
X
bis)
„Als
dat
staat
ineen
Hollandsch
krantje”.
Later
zag
ik
deze
vroolijke
operette
nog
in
Parijs
en
het:
„Voila
ce
que
I’on
dit
de
moi,
(2
X
bis)
Dans
un
journal
de
Hollande!”
klinkt
nog
na
in
mijn
ooren!
J.
P.
Nord
Thomson.
33