Tekstweergave van GA-1939_MB026_15032

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM Febr. 1939 kon loopen en ineen stoel gedragen werd, maar dit belette hem niet nog plant - kundige demonstraties inden Hortus te geven. Op bijna 93-jarigen leeftijd overleed hij in 1731. Men ziet hoe wonderlijk de schrijver met zijn figuren en met de historie omspringt, welke onmogelijke avonturen hij hen laat beleven en hoe kwistig hij gebruik maakt van de griezelornamenten, waarover de romantiek in zoo ruime mate beschikte. De groote bewondering, die hij ongetwijfeld voor zijn hoofdpersonen koestert, doet hem de waarschijnlijkheid uit het oog verliezen. Vaak krijgt men den indruk, dat al wat hij over Holland iveet, er te pas of te onpas bijgesleept wordt. Zooals hij zelf ineen nawoord zegt, wil hij in Ruysch de geduldig speurende wetenschap teekenen, de anatomie zelve, in De Ruyter de ontstuimigheid van de Hollandsche kracht ter zee. Hij weet heel goed, dat hij bij de schildering van Rachel Ruysch afgeweken is van de nuchtere werkelijkheid, die Houbraken over haar vertelt, maar in haar wil hij de mélancolie paisible en de liefde voor bloemen, volgens hem de Hollandsche meisjes zoo eigen, weergeven. Van de beide fantasiefiguren moet Castelneau het type vaneen losbol voorstellen, die in boetedoening eindigt. Sarah, pauvre enfant, n’aura agité ses ailes d’anges au dessus de toutes ces têtes que pour tomber comme Icare, n’ayant calculé ni ses forces, ni son amour. Bertha Wolterson, AMSTERDAMSCHE TOONEELHERINNERIAGEN V. Het Salon des Variétés. Victor Driessens. Het is mij niet bekend wat de oorzaak is geweest, dat het volgende seizoen de zaal inde Amstelstraat voor een gedeelte iedere week ter bespeling aan de directie van Victor Driessens uit Antwerpen werd afgestaan en hoe het kwam, dat zij voor het resteerende gedeelte door het ensemble onder de directie van Boas en Judels zelf werd bespeeld. Waarschijnlijk achtte de directie Boas en Judels het voordeeliger haar gezelschap inde provincie te doen optreden. In ieder geval: beide directies stelden het publiek in staat van voorstellingen te genieten die op een hoog artistiek peil stonden. Het ensemble van Victor Driessens bestond behalve uit den directeur zelf, die een subliem tooneelspeler was, uit mej. Elisa Driessens, zijn dochter, den heer en mevr. van Straeten-Laquet, mej. van Straeten, hunne dochter, den heer en mevr. Kerk - hoven —Jonckers, de ouders van den heer K., die thans deel uitmaakt van het Gezelschap ~De Schakel”, den heer van Doezelaer en anderen. De stukken bestonden meerendeels uit sterk-aangezette familiedrama’s, inden geest van die welke in latere jaren door Henri Bernstein zijn geschreven, met krachtige, soms al te krachtige scènes a faire. Victor Driessens was een meester en de rollen als Martijn de Kruier, de Koopman van Antwerpen, Fiamina enz. gaven hem gelegenheid zich als een Vlaamsche kunste - naar van den eersten rang te doen kennen. Jammer dat deze tooneelspeler zulk een zwaar lichaam had, zoodat hij zijn talenten slechts tot één genre kon uitstrekken. Het drama Martijn de Kruier was inderdaad een meesterstuk van actie. De inhoud was de volgende: Een eenvoudige kruiersbaas heeft slechts één levensdoel nl. door noesten arbeid zooveel te verdienen, dat hij zijn eenigen zoon, volgens zijn inzichten, zoo gelukkig mogelijk kan maken en een hooge carrière kan doen verwerven. Hij wil niet dat zijn zoon zich zoo behoeft uitte sloven als hij zelf verplicht was zijn geheele leven te doen. Daartoe spaart hij, daarvoor getroost hij zich allerlei persoonlijke opofferingen. De zoon bereikt inderdaad zijn doel en de vader verbeeldt zich een gelukkig man te zijn en te zullen blijven. Maar helaas! dat geluk is hem niet lang beschoren. Roerend is de vadertrots waarmee de eenvoudige man inde studiejaren van zijn zoon over dezen spreekt. De zoon echter vertoont een minder goed karakter en schaamt zich daarbij ook 32