Tekstweergave van GA-1939_MB026_15017
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Jan.
1939
AMSTELODAMUM
wij
hier
ook
nog
de
aandacht
moeten
vestigen
in
verband
met
het
werk
van
Antho
-
nius
de
Blauwe.
De
heer
Hallema
gaf
n.l.
t.a.p.
blz.
67—69
een
beschrijving
en
afdruk
vaneen
authentieken
inventaris
der
„Muziecboucken
van
de
Stadt”
(n.l.
Leiden),
welke
den
22en
December
1578
hoogstwaarschijnlijk
door
de
toen
nog
levende
getijdenmeesters
der
St.
Pieterskerk
werden
overgeleverd
aan
Andries
Jacobsz,
„Thresorier
extra
ordinarys
ende
gecommitteerde
tot
de
opzichte
van
stadts
getimmerte”.
Volgens
dezen
inventaris
bestonden
er
toen
niet
zes,
maar
acht
muziekboeken,
waarvan
er
vijf
geheel
door
Anthonius
de
Blauwe
waren
geschreven,
en
twee
„meest”
of
„meestal
geschreven
bij
de
hand
van
mr.
antonis”.
Het
oudste,
een
gebonden
misboek
in
papier,
groot
329
bladen,
is
reeds
in
1540
door
de
Blauwe
geschreven.
In
1549
vervaardigde
hij
achtereenvolgens
een
motetboek
met
4
missen,
groot
300
bladen,
een
motetboek
met
5
missen,
groot
321
bladen,
en
nog
een
motet
-
boek
van
334
bladen,
alle
drie
van
papier
en
in
eikenhouten
banden
met
koperen
sloten
gebonden.
Vervolgens
schreef
hij
nog
een
boek
met
4
missen
„ende
de
passie”,
het
lijdensverhaal
van
Christus.
Tot
de
gedeeltelijk
door
de
Blauwe
geschreven
boeken
behooren
een
„motetbouc”
groot
165
bladen,
waaraan
later
nog
35
bladen
zijn
toegevoegd,
alsmede
een
misboek
„in
cleyn
papier”,
dus
van
klein
formaat.
Vermelden
wij
nog,
dat
in
1598
op
kosten
van
de
stad
een
kist
werd
gemaakt,
waarin
deze
boeken
bewaard
zouden
blijven.
Het
bovenstaande
geeft
ons
aanleiding
tot
twee
opmerkingen.
Vooreerst
n.l.
deze,
dat
de
inventarisator
der
lijst
van
de
muziekboeken
een
boek,
waarin
missen
ge
-
schreven
zijn,
een
„motetbouc”
noemt.
Zooals
wij
in
onze
bijdrage
in
het
Jaarboek
t.a.p.
blz.
15
opmerkten,
is
onder
een
motetboek
eigenlijk
te
verstaan
een
boek,
waarin
opgenomen
zijn
motetten,
korte,
meerstemmige
gezangen
ter
verheerlijking
vaneen
geloofsgeheim,
ter
eere
van
het
H.
Sacrament
des
Altaars,
der
H.
Maagd
Maria
of
een
andere(n)
heilige(n).
Een
boek,
waarin
missen
geschreven
zijn,
als
motetboek
aan
te
geven,
is
dus
niet
juist.
Overigens
vermeldt
de
inventaris
ook
uitdrukkelijk
tweemaal
een
misboek,
zonder
nadere
opgave,
hoeveel
missen
erin
geschreven
zijn.
Onze
tweede
opmerking
betreft
het
feit,
dat
in
dezen
inventaris
dus
sprake
is
van
zeven
kerkmuziekboeken,
waarvan
er
vijf
geheel
en
twee
gedeeltelijk
door
Anthonius
de
Blauwe
zijn
geschreven.
Hiertegenover
staat,
dat
zoowel
de
heeren
Boers
en
Elsevier
als
de
heer
Land
inde
Bouwsteenen
bovengenoemd
melding
maken
van
zes
misboeken
of
koorboeken;
volgens
eerstgenoemden
zijn
slechts
twee
ervan
af
-
geschreven
door
de
Blauwe,
volgens
laatstgenoemde
echter
alle
zes
en
wel
inde
jaren
1549
en
1559.
Het
op
den
inventaris
voorkomende
misboek,
door
de
Blauwe
in
1540
geschreven,
is
hun
onbekend.
Het
museum
„de
Lakenhal”
te
Leiden
bezit
slechts
drie
koorboeken,
resp.
in
1549
en
1559
geschreven.
Vanzelf
rijst
hier
de
vraag,
waarop
wij
helaas
het
antwoord
schuldig
moeten
blijven:
Waar
zijnde
andere
vier
muziekboeken,
vooral
het
misboek
van
1540,
gebleven?
Tenslotte
vermelden
wij
hier
nog
een
aanteekening
betreffende
Anthonius
de
Blauwe,
welke
voorkomt
in
het
Geslacht
en
Wapenboek
van
Van
Rijckhuijsen,
een
hand
-
schrift
uit
de
18e
eeuw,
aanwezig
in
het
Gemeente-archief
te
Leiden.
Deze
aan
-
teekening
waarvan
een
afschrift
ons
welwillend
verstrekt
werd
door
den
Archivaris
van
Leiden,
wien
hiervoor
onze
dank
zij
gebracht
luidt
als
volgt:
„Scribebat
hoe
insigne
opus
musien
Antonius
de
Blaauwe
ad.
hou.
et
uti
sacreeedes
Dieu
Petri
Theod.
Wilhelmi
Johanni
de
Brouchoven
Adriani
IJs
-
brandi
Hugo
Wilhelmi
Prelectes
honarum
ejusdem
templo.
Anno
1549.
Zooals
reeds
aanstonds
opvalt,
is
de
tekst,
zooals
hij
in
het
handschrift
voorkomt,
voor
een
groot
deel
misvormd.
Wij
meenen
hem,
daarin
mede
door
bevriende
zijde
voorgelicht,
aldus
te
kunnen
reconstrueeren:
„Scribebat
hoe
insigne
opus
musicen
Antonius
de
Blaauwe
ad
hon(orem)
et
uti(li
-
tatem)
sacre
aedes
Divi
Petri,
Theod(oro)
Wilhelmi,
Johanne
de
Brouchoven,
17