Tekstweergave van GA-1939_JB036_00288
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Dat
doet
wel
de
douceur
voor
een-
of
meermalig
extra-werk.
Aan
Pieter
Segveld
1
en
Gillis
van
der
Voort,
ontvangers
der
wisselbank,
wordt
een
gratificatie
van
300
gulden
ieder
gegeven
bij
de
inwisseling
der
nieuwe
stuivers
2
.
Veelal
ontaardt
de
douceur,
evenals
de
bijslag
voor
buitengewone
gevallen,
in
een
jaarlijks
aangevraagde
3
en
toegekende,
gecamoufleerde
verhooging.
De
predikanten
kunnen
bij
voorbeeld
in
principe
naast
hun
tractement
van
ƒl7OO
op
een
„extra
-
ordmans
van
ƒ
500
rekenen.
Eenigen
ontvangen
iets
meer,
anderen
minder.
Dien
-
tengevolge
wordt
de
toeslag
20
Juli
1752
op
„een
eenparige
voet
des
tijds”,
gebracht
4
.
In
1716
had
de
oudraad
reeds
het
ongerijmde
dezer
wijze
van
bezoldiging
inziende
besloten,
de
bijslagen
m
het
vervolg
af
te
schaffen.
Zonder
eemg
resultaat,
gelijk
hier
blijkt.
„Onder
de
heeren
wordt
23
Juli
1750
nog
eens
gesproken
„om
een
resolutie
te
nemen
van
voortaen
diergelijke
extra-bijslaegen
niet
meer
te
geven”.
Doch
het
„is
daerby
gebleven”
5
.
Voor
het
overgrootste
deel
der
ambtenaren
maken
evenwel
de
emolumenten
de
vergoedingen
der
burgerij
bij
lederen
door
hen
verrichten
dienst
een
zeer
belangrijk
integreerend
part
van
het
inkomen
uit.
Ten
slotte
wordt
dit
samengestelde
inkomen
nog
veelal
door
de
bijverdiensten
der
echtgenoote
aangevuld.
Hier
worde
uit
den
aard
der
zaak
niet
gesproken
over
de
winkeltjes
en
nermkjes,
door
haar
gedreven,
doch
uitsluitend
over
haar
werk
-
zaamheden
voor
en
in
stadsdienst.
Na
den
dood
van
„de
mijt
van
de
stadtsgrooten
axcijns”
wordt
bij
voorbeeld
de
„huijsvrou
van
Simon
van
Spangenbode
van
t
selve
huijs”,
haar
opvolgster,
die
1
Hij
was
ook
nachtwerkersbaas
en
wordt
„met
seuven
koetsen”
der
eerste
families
„met
de
alder
-
uijterste
statie
s
namiddags
om
drie
uure
inde
Niwe
Kerk
begraven,
ten
regarde,
dat
hij
lange
jaaren
met
reputatie
boekhouder
in
die
families
was
geweest
.
(Notitie
10
December
1753).
Een
dergelijk
man
was
Antomj
Braktianus
Abs.,
klerk
ter
thes.-ord.
en
onderboekhouder
ter
thes.-extra-ord.
geweest.
Hij
was
„boekhouder
van
mevrou
Bikker,
juffrou
Wijbrans
en
het
Duijtsen
Hofje”.
Daarbij
„een
seer
eerlijk
en
godvresend
jongman,
die
„van
de
burgemeester
Scott
Za.,
daar
hij
ook
boekhouder
van
geweest
was,
ƒ20.000
geërft”
had.
(Notitie
21
December
1746
bij
zijn
dood).
2
Res.
reg.
en
oud-burg.,
30
October
1738.
Zie
ook
hiervoren
bij
J.
Bicker
Raye
en
J.
J.
de
Ia
Tour.
3
Den
Waalscben
en
Engelscben
predikanten
wordt
m
1739
aangezegd
hun
rekwesten
ten
stadbuize
en
niet
ten
huize
van
den
burgemeester
in
te
dienen.
4
Thesaurle-ordinaris,
no.
662.
5
Algemeen
Rijksarcbief.
Collectie
Slmgelandt—de
Vrij
Temmmck,
436.
224