Tekstweergave van GA-1938_MB025_13074
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM
*
Mei
1938
werd
het
Museum
Fodor
geopend.
Na
dat
jaar
kwamen
ook
in
andere
plaatsen
geleidelijk
gemeentelijke
musea
tot
stand.
x
)
Tot
nog
toe
had
de
overheid
vrijwel
niets
gedaan
om
de
kunst
te
beschermen
en
belangstelling
voor
de
kunst
te
wekken.
Inde
jaren
omstreeks
1860
kondigde
zich
voor
Nederland
een
nieuwe
economische
en
sociale
ontwikkeling
aan
en
pas
toen
ontstond
een
begin
van
belangstelling
voor
het
vraagstuk
der
kunstontwikkeling
van
de
openbare
musea.
In
hetzelfde
jaar,
waarin
het
museum
Fodor
werd
geopend,
in
1863,
werd
het
50-jarig
bestaan
van
de
onafhankelijk
-
heid
van
ons
land
gevierd
en
ter
gelegen
-
heid
daarvan
ontstonden
de
eerste
plan
-
nen
tot
stichting
van
het
Rijksmuseum,
welke
plannen
echter
eerst
bijna
vijfen
-
twintig
jaren
later
verwezenlijkt
zouden
worden.
De
stichting
van
het
museum
Fodor
was
in
zekeren
zin
een
typeerend
ver
-
schijnsel
vaneen
periode,
waarin
zich
het
Nederlandsche
cultureele
leven
in
gisthig
en
ontwikkeling
bevond.
Inde
eerste
jaren
na
1860
was
men
op
kunstgebied
nog
geheel
aangewezen
op
particulieren.
Eén
van
die
particulieren,
vervuld
van
burgerzin,
was
Carel
Joseph
Fodor.
Deze
legateerde
zijn
groote
col
-
lectie
schilderijen,
vele
honderden
be
-
langrijke
teekeningen
en
prenten,
be
-
nevens
drie
huizen
en
erven
aan
de
gemeente,
voor
stichting
en
onderhoud
vaneen
museum.
Op
de
plaats
van
het
pakhuis
„’t
Spook”,
eigendom
van
Fodor,
Werd
hét
tegenwoordige
gebouw
gezet
')
De
heer
L.
J.
C.
J.
van
Ravensteijn
schreef
later
naar
aanleiding
hiervan
inde
N.R.Crt.
van
Donderdag
7
April,
avondblad:
De
herdenkingsrede,
door
wethouder
Boekman
in
het
Amsterdamsche
Museum
Fodor
gehouden,
vereischt
een
kleine
kantteekening.
Het
was
niet
Haarlem,
dat
in
1862
het
eerste
gemeen
-
telijke
museum
opende:
Rotterdam
was
in
1849
al
voorgegaan
en
eigenlijk
reeds
vroeger.
Want
al
had
de
opening
van
het
Museum
Boymans
eerst
plaats
in
laatstgemeld
jaar,
de
gemeente
had
in
1841
voor
circa
een
halve
ton
het
gebouw
gekocht
om
er
de
collectie
van
Boymans
te
kunnen
onderbrengen.
Na
den
noodlottigen
brand
van
1864
kon
men
opnieuw
beginnen.
door
architect
Outshoorn,
den
ontwerper
van
het
Paleis
voor
Volksvlijt.
Het
museum
Fodor
is
een
typisch
voor
-
beeld
vaneen
negentiende-eeuwsch
„ka
-
binet”,
dat
zoowel
contemporaine
schil
-
derijen
als
oude
teekeningen
omvat.
Er
zijn
talrijke
dergelijke
„kabinetten”
in
Nederland
en
vooral
in
Amsterdam
geweest.
Bijna
alle
zijn
inden
loop
der
jaren
ontbonden
of
verkocht
en
daarom,
aldus
spreker,
is
het
des
temeer
ver
-
heugend,
dat
de
stad
Amsterdam
dit
kabinet
Fodor
als
legaat
heeft
ver
-
worven.
Zij
heeft
het
in
stand
gehouden
met
behoud
van
zijn
typisch
midden
-
negentiende-eeuwsche
karakter
en
de
eenige
overigens
verheugende
verandering
bestaat
uit
de
aanwinsten
der
laatste
vijf
jaren.
In
het
jaar
1879
is
het
museum
Fodor
nog
verrijkt
met
de
uiterst
belangrijke
verzameling
teekeningen,
op
Amsterdam
betrekking
hebbend,
van
Splitgerber
en
de
aan
het
Stedelijk
Museum
geschonken
collectie-Van
Eeghen
van
het
werk
van
Jan
en
Casper
Luyken
is
in
1932
naar
het
museum
Fodor
overgebracht.
Spreker
herinnerde
aan
de
pogingen,
in
de
laatste
jaren
gedaan
om
de
belang
-
stelling
voor
het
museum
te
vergrooten,
o.a.
aan
de
tentoonstellingen,
welke
door
het
publiek
zeer
werden
gewaar
-
deerd.
Toen
in
1932
dr.
Van
Regteren
Altena
thans
hoogleeraar
tot
conservator
werd
benoemd,
begon
hij
met
het
doen
van
aankoopen
en
het
uitlokken
van
geschenken.
Wat
hier
is
tentoongesteld,
is
aan
zijn
speurzin
en
groote
kennis
van
teekeningen
en
prenten
te
danken.
Ter
herinnering
aan
zijne
vruchtbare
werkzaamheid
hebben
eenige
vrienden
van
het
museum
Fodor
een
buitenge
-
woon
fraaie
teekening
van
Guardi,
„Villa
aan
de
Brenta”,
welke
prof.
v.
Regteren
Altena
onlangs
te
Parijs
heeft
ontdekt,
aan
het
museum
geschonken.
De
Nederlandsche
Musea.
Het
departement
van
Onderwijs,
Kunsten
en
Wetenschappen
heeft
onlangs
een
be
-
knopte
beschrijving
het
licht
doen
zien
van
alle
Nederlandsche
musea
en
voor
het
publiek
toegankelijke
verzamelingen
74