Tekstweergave van GA-1936_MB023_09135

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Nov. 1936 AMSTELODAMUM nieur hier ter stede en met medewerking van de Schoonheidscommissie (in het bijzonder van de commissie voor de oude stad) is er een nieuw hoekhuis gebouwd, dat zich volkomen aan de eigenaardige Amsterdamsche grachten - sfeer aanpast, ofschoon het modern van inrichting is. Het is geene copie van het oude, maar wel is bij het ontwerpen ervan uitgegaan van de oude principes. Het is een naar de Keizersgracht (als hoofdgracht) ge - keerd winkelhuis gebleven, met een min of meer afzonderlijk gehouden gedeelte aan de Leidschegracht (vroeger een apart gesloten huisje). Het heeft weder eene met hout betimmerde onder-pui verkregen, waarin, boven den winkel, een insteek is opgenomen. Daarboven zijn dan, evenals vroeger, drie ver - diepingen, waarvan de bovenste de zol - derverdieping is: tweemaal drie ramen niet roe-verdeeling (zooals trouwens alle tarnen, behalve de spiegelruiten van den winkel, kleine ruitjes hebben) en een (zolder)raam, geflankeerd door twee ronde venstertjes. Vooraan inden zij - muur aan den Leidschegrachtkant zijn twee typische Amsterdamsche uitkijk - vensters aangebracht en meer naar achteren, in het afzonderlijke gedeelte, driemaal twee smalle vensters. De voor - gevel wordt bekroond dooreen ouden klokgevel, nog afkomstig vaneen pl.m. 5 jaar geleden inde Reguliersbreestraat afgebroken huis. De Schoonheidscom - missie is tegenwoordig in het bezit van eene lijst van bouwfragmenten hier ter stede en door middel daarvan slaagde de heer Vogel er in, deze passende gevel - beëindiging te vinden. De afbeelding hiernevens laat zien hoe goed hij slaagde in zijn opzet, iets te maken dat zich goed voegt in het oude stadsdeel. Dit moet temeer gewaardeerd worden, waar hij van oorsprong geen stad- en zelfs geen landgenoot is, maar een Hongaar, hoewel hier al geruimen tijd wonend en met een Hollandsche vrouw gehuwd. Trouwens, eerbied voor de geschiedenis, het historisch karakter onzer stad, bewondering en liefde voor de schoonheid ervan, die bij hem in ruime mate aanwezig zijn, was van dien kant reeds eerder gebleken. Wij herinneren aan het standaardwerk over de Amster - damsche pakhuizen van mevr. Révèsz. De Stedelijke Wapenindustrie. Mr. W. F. H. Oldewelt heeft in het HU. van 3 Oct. 1.1. een historisch overzicht gegeven van de opslagplaatsen voor wapens en buskruit, welke de stad heeft gehad ten behoeve van de gehuurde soldaten. De schutters moesten zelf voor hun uitrusting zorgen. De stadsreke - ningen van 1541 en ’42 maken voor de eerste maal melding van zulk een stads - arsenaal, bij de Korsjespoort (dit in tegenspraak met Ter Gouw, die ver - moedt dat het reeds in 1504 op den O. Z. Voorburgwal moest gezocht worden). Voor het stadsgeschut is daar - na op den hoek van de Hoogstraat een bus- of geschuthuis gebouwd, dat in 1603 aan de 0.1. Compagnie werd ver - huurd voor een specerijpakhuis en een onderdeel is gewerden van het Oost - indische Huis. De kanonnen werden 135 Een kijkje uiteen der ramen.