Tekstweergave van GA-1936_MB023_09115
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Oct.
1936
AMSTELODAMUM
breeding
van
de
Vijzelstraat
in
1916
en
1917,
de
ouderwetsche
zaak
m
koffie,
thee
en
koloniale
waren
van
de
Erve
Wed.
Klapmeijer,
gevestigd
ineen
huis
met
een
juweel
vaneen
gevelsteen,
St.
Nieolaas
voorstellend,
waar
„De
bloeyende
Theeboom”
uithing.
Velen
zullen
zich
dezen
befaamden
winkel
nog
herinneren.
Ter
gelegenheid
van
het
175-jarig
bestaan
der
firma
is
haar
zaak
met
dcrzelyer
embleem
in
dit
Maandblad,
3e
jaarg.
1916,
p.
4,
naar
een
bericht
in
het
Handelsblad
van
27
Oct.
1915,
herdacht;
iets
later
heeft
J.
H.
Róssing
m
zipi
boekje
/
cr
-
dwijnend
Oud-Amsterdam,
met
teekeningen
van
Martin
Monnickendam,
A?nst.,
ein.
Houthakker,
1916,
p.
35,
aan
dezen
„de
bloeyende
theeboom”
een
hoofdstukje
gewijd;
op
de
teekcning
zelf
op
p.
37
kan
men
het
huis
met
zien,
daar
de
Vijzelstraat
daar
is
voorgesteld,
gezien
van
de
brug
over
de
Heerengracht
m
de
richting
Munt.
Daarentegen
vindt
men
naar
de
heer
IJ.
van
der
thjli
mij
meedeelde
in
het
in
1921
verschenen
boek
van
den
wethouder
S.
R.
de
Miranda,
Amsterdam
en
zijne
bevolking
inde
19e
eeuw,
tegenover
p.
144,
van
den
winkel
een
keurige
afbeelding.
De
bloeiende
in
beide
gevallen,
natuurlijk.
En
geen
verwelkte
of
dorre
boom.
Van
Lennep
en
Ter
Gouw
noemden
11,
p.
230
vg.
voor
den
huisnaam
Theeboom
in
het
hoofdstuk
over
de
van
planten
afgeleide
huisnamen
geen
enkel
bepaald
adres,
slechts
volstaan
zij
met
de
weinig
zeggende
opmerking,
dat
„boomen,
van
wier
gewas
spijzen
of
dranken
vervaardigd
worden,
doorgaans
uithangen
bij
hen,
die
gemelde
producten
verkoopen;
zoo
hangt
de
cacaoboom
uit
aan
den
chocoladewinkel,
de
Theeboom
bij
den
theekooper
enz.
Het
is
opmerkelijk,
dat
ook
de
reeds
meermalen
door
mij
vermelde
anonieme
ver
-
vaardiger
van
het
ten
Archieve
aanwezige
Schetsboek
van
gevelsteenen
en
gevel
-
toppen,
uit
de
jaren
1875/’76
geen
acht
heeft
geslagen
op
of
waarde
gehecht
aan
den
nu
hervonden
Theeboom
op
de
Kloveniersburgwal
bij
de
Hoogstraat
),
jazelfs,
dat
evenmin
in
het
Kaartregister
indertijd
door
wijlen
Corn.
J
.
Gimpei
aangelegd
de
huisnaam
„de
Theeboom
”
een
enkelen
keer
meer
voorkomt.
Wel
registreerde
hij
den
naam
„de
Th
eeberg”,
Kalverstraat
84,
als
nog
aanwezig
m
1911,
en
wel
met
de
bloote
bronaanwijzing:
„Amstelodamum
111
.
Maar
m
de
lijst
der
huisnamen
bij
Coorengel,
Jaarboek
Amstelodamum
111
(1905),
is
deze
naam
in
het
geheel
niet
te
vinden.
Begrijpelijkerwijze:
immers
in
het
voormalige
huis
Kalverstraat
84,
tusschen
Burgerweeshuis
en
St.
Luciënsteeg,
was
gevestigd
de
koomenij,
die
velen
der
lezers
zich
eveneens
nog
zullen
herinneren
nu
staat
er
een
winkelperceel
van
Albert
Heyn,
doch
de
afbeelding
althans
van
het
vroegere
winkelhuis,
die
inden
Atlas
van
Amsterdam
op
het
Archief
bewaard
wordt,
vertoont
het
opschrift
„de
Theeberg”
niet.
Vermoedelijk
heerscht
hier
een
tweevoudige,
doch
onwillekeurige
gedachtenverwisselmg.
Zou
het
vermoeden
te
gewaagd
zijn,
dat
Gimpei
met
zijn
bronaanwijzing
„Amstelodamum
hl
ons
Maandblad
en
met
den
winkelnaam
geen
anderen
dan
dien
van
het
m
1916
ot
1917
afgebroken
perceel
Vijzelstraat
14
bedoeld
heeft,
temeer
daar
hij
ui
zijii
boek
Amsterdam
Oud
en
Nieuw,
Stemmingen
en
Studies,
Amsterdam,
J.
M
Mculenhotj,
1918,
p.
101,
inderdaad
bij
de
beschrijving
van
de
Vijzelstraat
bekendheid
met
„De
Bisschop”
en
„De
bloeyende
Theeboom”
op
Nr.
14
hoe
zou
het
bij
een
zoo
deskundig
man
trouwens
anders
mogelijk
zijn
aan
den
dag
legtï
Ik
houd
uiteraard
rekening
met
de
mogelijkheid
van
het
bestaan
van
nog
andere
„ihee
-
boomen”
in
onze
stad.
.
T
,
,
Van
den
huisnaam
„de
T(h)eeboom”
is
dan
weer
de
wel
uitsluitend
Joodsche
familienaam
T{h)ecboom
afgeleid;
in
het
jongste
adresboek
van
Amsterdam
worden
meer
dan
30
personen,
waaronder
ook
een
gemeenteraadslid,
genoemd,
die
dezen
naam
voeren.
i)
Toevalligerwijze
komt
in
het
artikel
van
mr.
W.
F.
H.
Oi.dewei.t
„Titia
van
Rijn,
Rembrandt’s
kleindochter”,
Handelsblad
van
Zondag
30
Aug.
1936,
het
perceel
aan
de
over
-
zijde,
„Kloveniersburgwal
bij
het
Trippenhuis,
het
tweede
huis
benoordoosten
de
Hoogstraat,
daar
St.
Joris
uithing”,
ter
sprake.
Dit
perceel
werd
namelijk
m
1736
gekocht
door
Dirk
van
der
Meer,
bij
wiens
huwelijk
op
9
Jan.
1711
Titia
van
Rijn
als
getuige
voor
de
bruid
optrad.
Amsterdam.
>,OAS
'
115