Tekstweergave van GA-1936_JB033_00275
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
solliciteur
Alexander
Heymans
bekend
laat
maken
1
.
Hi]
is
in
1683
te
Amsterdam
geboren
en
thans
weduwnaar
van
Jacquelme
Mane
Scott,
waarmede
hij
in
1708
huwde,
en
die
m
1733
overleed.
Zijn
dochter
Anna
Maria
is
het
eemge
overlevende
kind
2
.
Tot
aan
zijn
insolventie
leeft
hij
groot
op
de
Heerengracht
tusschen
de
Leidschegracht
en
de
Leidschestraat.
De
inventaris
van
zijn
inboedel
beslaat
een
boekdeel!
3
Inden
stal
op
het
Molenpad
staan
vijf
rijtuigen,
twee
sleden
en
vier
van
zyn
cas
tot
afbetalmge
van
monstergelt
weegens
twee
schoepen,
die
te
dier
tyd
verwaght
wierden”
a.
Scott
had
19
Juli
ƒ3IBO
tegen
3%
geleend
en
met
moeite
eenmaal
ƒ2OO
en
eenmaal
ƒ
980
terug
-
gekregen.
Voor
het
overschot
werden
zijn
erven
18
Juni
1744
tot
concurrente
crediteuren
verklaard.
1
Alexander
Heymans,
wiens
inkomen
volgens
het
kohier
van
1742
op
ƒIOOO
a
ƒI2OO
werd
geschat
h,
genoot
groot
vertrouwen
bij
de
eerste
Amsterdamsche
kooplieden.
(Zie
Dr.
J.
G.
van
Dillen,
Bronnen
tot
de
geschiedenis
der
wisselbanken,
nos.
433,
434,
435,
437
en
Ned.
jaarboeken
IV,
blz.
643).
Van
hem
teekent
Bleker
Raye
9
November
1770
aan:
~ls
de
heer
Heijmans,
die
voor
een
Jood
passeerde
en
een
aldereerst
sollisiteur
voor
de
assurantiekamer
van
zeesaaken
wasc,
seer
subiet
overleeden,
sijnde
’s
morgens
nog
in
het
koffijhuijs
en
op
de
beurs
geweest,
hat
’s
middags
seer
smaakehjk
gegeten,
gong
na
de
middag
met
een
slee
na
het
huijs
van
de
heer
commissaris
Chffort,
om
aldaar
een
kompantie
bij
te
woone,
wier
daar
met
wel
en
ging
met
de
slee
na
sijn
huijs
d
en
bleef
so
ihko
dood.
Hij
was
76
jaar
oudt
en
een
seer
verstandig
man,
verstont
al
de
religiën
inde
gront,
sprak
veele
taaien
e
en
was
een
groot
liefhebber
van
kunsten
en
wetenschappen,
alsook
een
seer
kundig
liefhebber
van
vissen;
was
bij
alle
menschen
seer
gesien
en
bemint,
en
niemant
soude
gesijt
hebben
aan
sijn
weesen,
houding
en
spraak,
dat
het
een
Jood
was”.
Op
zijn
eigen
zaken
heeft
hij
evenwel
met
te
veel
orde
gehad.
Hij
„heeft
onversigtig
genoeg
geweest”
om
met
zijn
bescheiden
inkomen
borg
te
blijven,
en
moest
27
Juli
1753
zijn
faillissement
aanvragen.
(Des.
boedelk.
269,
no.
I;
319,
blz.
87).
Begrijpelijkerwijze
schrijft
Bleker
Raye
dan
ook
onder
22
November
1770:
„is
den
boedel
van
de
heer
sollesiteur
Allexander
Heijmans
door
sijn
aangestelde
executeurs,
waaronder
de
heer
notaris
Rijplandt
was,
onder
bennefitie
van
inventaris
aanvaart”.
Van
den
Joodschen
solliciteur
Jacob
de
Lion
Arons
had
Bleker
Raye
12
November
1763
geschreven:
„is
op
de
Regehersgragt
tusse
de
Heere-
en
Keijsersgragt
een
heer
van
de
Jootse
natie
’s
avons
om
agt
uure
in
’t
water
gesprongen
en
verdronken;
hij
was
seer
wel
gekleet
en
hat
een
beurs
met
gout
en
een
goudt
orlogie
in
sijn
sak
en
woonde
op
de
Heeregragt
over
het
Korvershofje,
sijnde
sollesiteur
en
genaampt
Levij
Arons.
Hij
was
seer
bekwaam,
sprak
5
a
ses
taaien
compleet,
en
was
maar
24
jaar
out’
.
a
Des.
boedelk.
781,
blz.
384.
b
Wijk
12,
no.
3676.
c
Beide
kamers
worden
bedoeld.
dOp
den
Zwanenburgwal
bij
den
Amstel.
e
De
solliciteur
was
tevens
beëedigd
translateur.
ƒ
Zie
Naamlijst
der
solhciteurs
1763.
2
Zie
genealogie
du
Peyrou
in
Bulletin
de
la
commission
d’histoire
des
églises
wallonnes
I,
blz.
373.
3
Het
tuinhuis
werd
tot
poederhok
gebruikt;
men
vond
er
„4
pruijkedoosen”
en
„een
vat
met
poeyer”.
203