Tekstweergave van GA-1935_MB022_07067

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM deze één sterk geheel vormt.. Nadat het verder glad afwerken door slijpen en vijlen der daknaden is geschied, zien we het in elkaar lasschen van den vloer van het koetswerk. Uit gebeurt door middel van punt-lasschen, weder volgens ingenieuse methodes. Is dan de compleete carrosserie zoo ver gereed, dat ze uit het vorm raam kan worden genomen, dan wordt ze op den carrosserie-conveyor geplaatst, die bestaat uiteen groot aantal naast elkaar liggende balkjes bevestigd aan twee kettingen, welke op stalen rollen loopen overeen baan. Er zijn twee van deze „eerste” carrosserie conveyors inde fabriek, met het oog op de ver - schillende modellen met een lengte van resp. 30 en 16 cm, die worden aangedreven door electromotoren en loopen met een snelheid van ongeveer 25 cm per minuut. Bij het verder afwerken, zien we o.a. het afdekken van laschnaden en andere oneffenheden met sculpteerwerk, d.i. het opbrengen van witmetaal; het bij werken van deze en ander plekken met de vijl en door slijpschijven; het inzetten van deurscharnieren met behulp van calibers; het monteeren van de deuren en het aanbrengen van de waterafvoerlijsten. Totdat aan het einde de volledige „carrosserie-huls”, om het zoo te noemen, geheel gereed op een stel losse rollen schuift. . , Het moet ieder treffen dat bij al deze werkzaamheden m de fabriek electnsche snelgereedschappen zijn toegepast. . De volledige carrosserie met haar bijbehoorende deelen komt la,ngs een kettmg - transporteur inde verfspuit-inrichting, een samenstel van spuitkamers, droog - ovens en schuurplaatsen. De droogovens zijn goed geïsoleerde ruimten, die door heetwaterbuizen uit het ketelhuis op hooge temperaturen worden verhit. Er zijn in het geheel negen spuitkamers, alle voorzien vaneen dubbele zuiginnchting, welke alle dampen en tegelijk alle stof verwijdert. Na dezen 315 meter langen tocht aan den ketting, komt de carrosserie weer via een draaischijf-rolwagentje-op-rails op de z.g. „trim-line”, ook weer een platform-conveyor. Op dezen transporteur van 60 meter lengte, ziet men het koetswerk nu compleet in zijn geheele uitrusting, met ruiten, bekleeding, kussens enz. Voor de zit- en rugkussens zijn speciale naai- en snijmachines aanwezig. Voor de geheele binnenbekleeding der wagens worden uitsluitend Nederlandsche textielen gebruikt. De stof voor 20 of 30 wagens tegelijk wordt volgens de patronen gesneden op een geheele batterij van naaimachines voor stikbewerkmgen als pijpen-naaien, dubbel plooien en „blind-naaien”. Daarbij worden magnetische ffcbmiKi. Aan het einde van de „trim-line” wordt de spuitverf nog even nat geschuurd, waarna de carrosserie wederom met een rolwagen op een conveyor dooreen spuitkamer wordt gevoerd voor de laatste afwerkingen. Dan volgt het polijsten en de monteering. Eindelijk arriveert de carrosserie bovenaan den hellenden conveyor, om onder een hoek van 30 graden naar den beganen grond af te dalen. Er is ook een groote lift om de koetswerken sneller naar beneden te brengem Beneden is de groote moffelinstallatie, in het midden van de fabriek. Het moffelprocédé wordt toegepast op alle gelakte deelen, die op grintwegen soms veel te verduren hebben van opvliegende steenen, door ze vaneen laklaag te voor - zien en daardoor de noodige hardheid te geven. Daartoe dient de moffeloven en de geheele inrichting. Het klinken van het chassisraam vordert een afzonderlijke bewerking, aan den zuidkant van de fabriek, waarbij alweer een aantal bezienswaardige verrichtingen te bewonderen is. Ook de geheele bouw van de 80 rem-pk 8-cihnder m Y-vorm en der 40 en der 50 rem-pk 4-cilinder Fordmotoren geschiedt inde fabriek, en wel door Nederlanders. Bij' de eind-montage wordt de carrosserie op het chassis neergelaten en de compleete wagen nadert kant en klaar het einde van de montagelijn, waar de wielen doodeenvoudig tegen een plaatijzeren helling oploopen en de wagen aldus 67