Tekstweergave van GA-1935_JB032_00089
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
verzekert,
een
bizonder
voorrecht
boven
andere
wijken.
De
scheepsbouwers
hadden
er
namelijk
vrijdom
van
accijns
voor
het
bier,
dat
zij
gewoon
waren
kosteloos
voor
hun
werkvolk
op
de
werf
beschikbaar
te
stellen.
Denken
wij
ons
het
buitengewoon
fraaie
scheepstype
met
het
Henegouwsche
wapen
(zie
Jaarb.
XXX),
dat
in
belangrijkheid
door
geen
enkel
der
vele
buiten
-
landsche
koggezegels
overtroffen
wordt,
dan
wordt
het
ons
duidelijk,
dat
het
scheepsbouwbedrijf,
dat
in
die
oudere
Lastage
werd
uitgeoefend
inde
dagen,
toen
men
het
als
deel
van
het
poortgebied
beschreef,
door
geen
minder
ervaren
en
vakkundige
meesters
werd
uitgeoefend.
Er
is
niet
de
minste
aanleiding
een
krasse
scheidingslijn
te
trekken
tusschen
wat
vóór
en
wat
na
1387
ligt.
De
oudere
Lastage
moet
eenzelfde
aspect
hebben
vertoond
als
die
op
de
kaarten
van
1536
en
1544.
De
scheepswerven
waren
mogehjk
wat
meer
noordwaarts
gelegen,
ook
daar
lagen
zij
beschut
en
binnen
de
grens.
Ook
dan
denken
wij
er
lijnbanen
en
een
strook
raamland
waar
de
lakennijverheid
der
Oude
Zijde,
van
welker
bestaan
de
heugenis
nog
altijd
voortleeft
inde
namen
der
beide
stegen
ten
zuiden
van
de
Oude
Kerk,
de
Blauwlaken-
en
de
Zwartlakensteeg.
Het
Is
moeilijk
zich
dit
voor
het
havenbedrijf
onontbeerlijke
industrieterrein
te
denken
zonder
het
volwaardige
poortrecht
vaneen
besloten
stad.
Te
minder
is
er
reden
tot
twijfel,
waar
tot
1387
de
toestand
is
blijven
voortbestaan,
dat
een
denk
-
beeldige
lijn
„ten
halven
stroom”
het
havenfront
van
Amsterdam
splitste
meen
bmdwijk,
als
deel
der
vrihede,
ten
westen
en
het
poortgebied
„langes
den
dycke
ten
oosten.
Eerst
recht
komt
de
tegenstelling
„poorte’
en
„vrihede
uit
op
de
kaart
van
Corn.
Anthomsz
van
1544.
Buiten
de
Lastage
zien
wij
daar
de
strook
van
100
gaarden
der
vrijheid
aan
welker
uiterste
grens
de
stad
kort
na
de
uitbreiding
van
1387
haar
ziekenhuis
voor
de
melaatschen
had
doen
bouwen.
Paarden
en
koeien
inden
buitenpolder
illustreeren
het
bedrijf
van
den
plattelands-Amsterdammer,
al
zijn
er
ook
andere
stedelingen
zich
beneden
den
dijk
komen
vestigen
inde
buurtschap,
die
zich
hier,
volgens
de
„Informacie”
voor
de
verponding
van
1514,
begonnen
was
zich
daar
uitte
breiden.
In
wezen
wordt
er
aan
Amsterdam
door
de
vergrootmg
van
1387
mets
veranderd.
De
Achterburgwallen
worden
woongrachten
en
de
Lastage
schuift
langs
den
Zeedijk
verder
op.
Maar
noch
wat
aan
de
bestaande
stad
in
het
westen
en
zuiden
met
de
strook
van
100
gaarden,
die
betimmerd
en
bewoond
mocht
worden,
werd
bmnengetrokken,
25