Tekstweergave van GA-1935_JB032_00077
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Immers
ook
deze
moet
zeer
geleidelijk
van
die
kleinste
kern
uit
zijn
gegroeid
in
de
dagen
vóór
de
van
Amstels
en
vóór
de
kerstening
dezer
landen.
Al
bleef
ook
van
deze
oudste
bebouwing
geen
enkele
heugenis
gespaard,
haar
ligging
getuigt
onweersprekeiijk,
dat
de
Amsterdammers,
die
daar
woonden
groot
-
schippers
en
kooplieden
waren,
die
zich
daar
zonder
de
reede
in
het
IJ
nimmer
zouden
gevestigd
hebben.
Zoo
zijn
wij
dus,
zoowel
met
de
dateermg
van
den
dam,
als
met
die
der
schip
-
stelle
in
het
Ij,
gekomen
tot
ver
inde
duistere
eeuwen.
De
„stelle”
(stal
of
havenkom)
in
het
IJ.
Terwijl
men
gelijk
wij
reeds
zagen
ook
in
het
Zeeuwsche
stelle
voor
schaapskooi
of
schaepstelle
den
stal
als
grondbegrip
herkent,
is
het
opmerkelijk
dat
ook
het
Nederlandsch
Woordenboek
op
stal
een
aanhaling
doet
uiteen
plaats
meen
zeventiende
eeuwsche
beschrijving
van
Stavoren.
Er
is
daar
sprake
van
het
herstel
of
verbeteren
van
„een
stal
of
reede”
der
schepen
welke
op
Engeland
en
Denemarken
voeren.
Zelfs
schijnt
hier
het
begrip
reede
te
ruim
en
denkt
men
hier
aan
een
dieper
gedeelte
van
de
haven,
waar
de
schepen
ook
zelfs
bij
zeer
laag
afloopend
getij
steeds
konden
blijven
vlotten.
Deze,
dan
niet
voor
alle
reeden
of
havens
geldende
bijkomstig
-
heid,
zou
dan
tevens
verklaren,
waarom
men
het
niet
aantreft
b.v.
inde
Hollandsche
uitgaaf
van
Breydenbach’s
reis
naar
het
Heilige
Land
(1483),
waar
steeds
slechts
het
algemeene
begrip
haven
voorkomt.
Ook
is
er
in
dit
dus
eenigszins
uitzonderlijke
geval
geen
aanleiding
de
aanduiding
van
vreemde
havens
anders
dan
met
„coepstede”,
„marct”
of
„havene”
te
ver
-
wachten
inden
weer
ouderen
Amsterdamschen
text
van
het
m
Noord-
en
West-
Europa
geldende
zeerecht.
Hoewel
er
dus
geen
reden
is
het
m
andere
plaatsnamen
te
zien
vastgelegd,
trouwens
ook
de
meer
algemeene
namen
haven
of
reede
zijn
zeldzaam,
is
er
toch
misschien
althans
een
geval
dat
schijnt
te
bevestigen,
dat
er
aan
de
stelle
als
reede
een
bijzonder
begrip
verbonden
was.
Wanneer
wij
aannemen,
dat
het
Engelsche
woord
„stall”
ook
in
Bnstol
schuilt,
zien
wij
daar
het
geval
van
de
Stavorensche
havenkom
nog
weer
scherper
geteekend.
Daar
ligt
de
kom,
waar
de
schepen
binnen
de
stad
konden
vlotten
een
heel
eind
van
de
voor-reede.
De
bij
vloed
geweldig,
door
den
trechtervorm
van
het
kanaal
13