Tekstweergave van GA-1934_JB031_00124
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Op
het
eerste
lag
in
het
midden
van
de
vorige
eeuw
de
tuin
van
Claus,
met
het
fraaie
plantsoen
en
het
Bergje.
Langs
het
Smallepad
(Planciusstraat)
kwam
men
tot
dicht
bij
de
Haarlemmerpoort;
aan
het
einde
van
het
Smallepad
lag
het
zoogenaamde
dorp
Zevenburen,
een
buurtje
van
zeven
huizen!
Laat
ons
nu
even
een
kijkje
nemen
buiten
de
poort.
Wanneer
wede
twee
ophaalbruggen
overgegaan
zijn,
vinden
we
aan
het
begin
van
den
Haarlemmerweg
bij
het
punt
waar
de
trekschuiten
afvoeren,
de
vermaarde
herberg
Het
Wapen
van
Amsterdam.
De
Haarlemmervaart
zelf
dagteekent
van
1631.
Vóór
dien
tijd
was
de
communicatie
met
Haarlem
over
het
IJ
en
het
Spaarne,
of
te
land
langs
den
Spaarndammerdijk.
Het
aanleggen
van
de
vaart
met
den
weg
en
het
jaagpad
voor
de
trekschuiten
was
dus
een
groote
verbetering.
Op
de
plek
waar
de
trekschuiten
afvoeren,
was
„een
plein,
cierlyk
met
groene
boomen
beplant
.
De
plek
was
inde
18e
eeuw
soms
lang
niet
veilig
van
zakkenrollers
en
dergelijk
gespuis.
Rechtsaf
kwam
men
op
den
Hoogendijk,
met
de
drukbezochte
uitspanning
Land
-
en
U
zigt,
waar
des
zomers
muziek
werd
gemaakt.
Tegenover
deze
herberg
lag
een
badhuis.
Verder
vond
men
langs
den
Hoogendijk
vele
moestuinen
(men
kon
daar
tuinboonen
halen)
en
talrijke
herbergen
en
kroegen
tot
Sloterdijk
toe.
Aan
den
Haarlemmerweg
had
inde
18e
eeuw
menig
Amsterdammer
zijn
buitentje;
die
m
den
Franschen
tijd
en
inden
loop
der
19e
eeuw
alle
zijn
verdwenen.
Aan
de
overzijde
van
den
Haarlemmerweg
ongeveer
tegenover
de
Eenhonderd
Roe
heeft
ook
het
eerste
station
van
den
spoorweg
naar
Haarlem
gestaan,
dat
in
September
1839
werd
geopend.
De
Regeering
wilde
het
toen
niet
dichter
bij
de
stad
hebben.
Later
(m
1843)
werd
het
verplaatst
even
buiten
de
Haarlemmerpoort.
Links
van
de
poort
vond
men
de
Buitensingels
met
hunne
fraaie
wandelingen,
hun
paden,
als
de
Kattensloot,
het
Zaagmolenpad,
en
alle
met
hun
houtzaagmolens.
En
daartegenover
de
Schans,
de
vroegere
muur,
met
zijn
lijnbanen,
die
inde
19e
eeuw
voor
pakhuizen
werden
gebruikt.
Tusschen
de
Haarlemmerpoort
en
de
Leidschepoort
lagen
nog
negen
bolwerken.
Elk
van
deze
prijkte
met
een
molen,
waarvan
de
Victor
op
het
bolwerk
Rijk
nog
tot
m
onzen
tijd
heeft
bestaan.
Op
twee
van
deze
bolwerken
lagen
begraafplaatsen.
Omstreeks
1655
zijn
n.l.
de
kerkhoven
bij
de
Noorder-
en
bij
de
Westerkerk
opgeheven.
Het
Noorderkerkhof
is
toen
62