Tekstweergave van GA-1933_MB020_03125

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM SACHARIAS JANSEN TE AMSTERDAM Eender straten inde voormalige Watergraafsmeer is naar Sacharias Jansen, den zgn. uitvinder der verrekijkers, genoemd. Minder bekend is het evenwel, dat Sacharias eenige jaren te Amsterdam heeft gewoond. De heer C. de Waard te Vlissingen heeft in zijn werk „De uitvinding der verrekijkers” (’s-Gravenhage 1906) de beteekenis van Sacharias Jansen tot de juiste proporties teruggebracht. Hij was slechts een handig lenzenslijper en namaker van verrekijkers (dat hij zulks het eerst hier te lande deed is niet onwaarschijnlijk, maar niet met zekerheid te bewijzen), daarenboven een valschemunter, omdat hij zich geruimen tijd bezig hield met het vervaardigen van Spaansche koperen munten, een misdrijf waarop toenmaals de doodstraf stond. Eerst Sacharias’ zoon heeft later zijn vader als uitvinder der verrekijkers gepousseerd en dit verhaal werd gretig aanvaard. De Waard vond „Zacharias Janssen, brilleman” het laatst op 31 Mrt. 1626 te Middelburg genoemd als gedaagde ineen proces over onbetaalde renten eener hypotheek. Dan komt zijn naam aldaar nog voor op 26 Maart 1627, toen de hypothecaire schulden op zijn verkocht huis „Den swarten Leuwe” werden betaald. Dit klopt geheel met hetgeen dr. Joh. C. Breen drie jaar na het verschijnen van de Waard’s publicatie mededeelde 1 ). De Amsterdamsche archivaris bracht nl. aan het licht dat „Sacharias Jansen brillemaker” tegen Nov. 1626 Amsterdam was komen wonen inde woning op den Zuidelijken hoek van het zg. ”Huis onder ’t Zeil” op den Dam, welke woning hij van de stad had gehuurd voor / 260 ’s jaars. Tegen 1 Mei 1628 huurde hij dit huis wederom voor drie jaar in voor / 230 per jaar. Doch het halfjaar verschenen op 1 Mei 1628 werd niet door hem betaald omdat hij evenals te Middelburg met geldgebrek te kampen had. Hij ging failliet, zijn goederen werden verkocht en van de opbrengst ontving de stad een bedrag van / 115 aan achterstallige huur. Het is jammer dat dr. Breen van zijn vondst geen mededeeling deed aan den heer de Waard, want nu verscheen diens levensbeschrijving van Sacharias Jansen in het Nieuw Ned. Biografisch Woordenboek (1911) zonder de aanvullingen van den Amsterdamschen archivaris. Daardoor bleef Sacharias’ verblijf te Amsterdam vrijwel onbekend. Er was evenwel te Amsterdam nog meer over Sacharias Jansen te vinden. Het Puiregister dd. 25 Oct. 1628 2 ) bevat als volgt de inteekening van zijn huwelijk, gesloten na zijn vertrek uit het Huis onder ’t Zeil: ~Sacharias Janss, van Schobel, geelgieter, wed(uwnaa)r van Annetie Claesz, „woon(ende) inde Reestraat ende Geertruyt Weijtmann, van Wesel, out „36 Jaeren, woon(ende) 11 a(nn)os (= gedurende 11 jaar) op de Dam enz.”. De ondertrouwacte is niet van belang ontbloot. Inde eerste plaats blijkt uit de handteekening, dat wij hier te doen hebben met iemand die niet gewend is met de pen om te gaan. Dit komt overeen met de voorstelling die wij ons on - willekeurig van Sacharias hebben gemaakt. Inde tweede plaats is merkwaardig dat de man „van Schobel” herkomstig wordt genoemd. Bekend is dat de Commissarissen van huwelijksche zaken te Amsterdam bruid en bruidegom nauwkeurig naar hun geboorteplaats ondervroegen. Veelal zijn de gegevens uit de inteekenacte dan ook zeer betrouwbaar. Welnu, bij zijn twee huwelijken, in 1610 en 1625 te Middelburg !) Zevende Jaarboek van Amstelodamum (1909), blz. 183 en 188. 2 ) D. T. B. 671, fo. 49. 125