Tekstweergave van GA-1933_MB020_03099
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM
Een
nieuwe
uitbreiding
werd
een
paar
jaar
geleden
dringend
noodig
geoordeeld.
Daarvoor
zon
het
belendend
perceel
175,
een
echt
Amsterdamsch
grachtenhuis
inden
stijl
Lodewijk
XIV
omtrent
1740,
verbouwd
moeten
worden.
Dat
waste
betreuren,
maar
daarbij
nam
de
overheid
inden
aanvang
van
1929
een
prijzens
-
waardig
besluit.
Op
voorstel
van
B.
en
W.
besloot
de
Gemeenteraad,
vrijwel
zonder
eenige
tegenkanting,
om
tegelijk
met
de
verbouwing
van
het
laatstbedoelde
perceel,
ook
den
historischen
gevel
van
het
„huys
van
Coymans”
naar
den
cisch
te
doen
herstellen.
Aldus
geschiedde
en
met
het
werk
werd
inden
zomer
van
1931
een
aanvang
gemaakt.
Men
herinnert
zich
wat
daarop
gebeurd
is.
Op
den
15den
Juni
stortte
de
achtergevel
in,
waarbij
eender
aannemers
helaas
om
het
leven
moest
komen.
Een
oogenblik
werd
toen
gevreesd,
dat
het
gebouw
dermate
bouwvallig
was,
dat
het
maar
zoo
spoedig
mogelijk
geheel
moest
worden
afgebroken.
Maarde
pogingen
die
de
brandweer
dadelijk
in
het
werk
stelde
om
de
muren
neer
te
halen
mislukten:
het
overgeblevene
bleek
nog
hecht
en
sterk
te
zijn.
ioen
werd
besloten
om
het
restauratiewerk
voort
te
zetten,
waarbij
echter
een
geheele
constructie
van
gewapend
beton
zou
worden
toegepast
benevens
een
nieuwe
fundeering.
Daarvoor
werden
de
noodige
betonnen
palen
zoogenaamd
„gepulst
,
d.w.z.
inden
grond
gedrukt,
om
dreuning
te
vermijden
en
om
het
gedeelte,
dat
was
blijven
staan,
te
sparen.
Deze
arbeid
is
zeer
tijdroovend
geweest,
want
drie
ploegen
hebben
er
maanden
aan
gewerkt.
Daar
het
heele
gebouw
gestut
stond
moest
tusschen
de
stutten
door
gewerkt
worden.
Van
half
Juni
1931
tot
half
Maart
1932
had
het
heele
werk
stil
gelegen,
en
toen
eerst
konden
de
100
betonnen
palen
op
hun
plaats
worden
gebracht.
De
achtergevel
moest
geheel
vernieuwd
worden,
maarde
voorgevel
en
de
zijgevels
waren
blijven
staan.
Die
historische
voorgevel
van
Jacob
van
Campen
is
thans
weer
geheel
in
eere
hersteld
en
tot
een
lust
der
oogen
geworden.
Hij
was
onder
de
beschilderde
pleisterlaag
prachtig
bewaard
gebleven,
de
kapiteelen
b.v.
zijn
wondermooi
voor
den
dag
gekomen,
de
Acanthus
-
bladen
zijn
nog
sterk
en
gaaf.
Inde
eerste
dagen
van
September
is
het
gebouw
weder
voor
de
school
in
gebruik
genomen.
Bij
de
beschrijving
van
het
aldus
herboren
„Huys
van
Coymans
maken
we
gebruik
van
hetgeen
daarover
geschreven
werd
ineen
„Amsterdamsche
week
inde
N.
Rott.
Crt.,
waarbij
hulde
wordt
gebracht
aan
den
dienst
van
publieke
werken
en
in
het
bijzonder
aan
den
hoofdarchitect
den
heer
Messers,
voor
dezen
veelomvattenden
en
moeilijken
arbeid.
Het
inwendige
van
het
gebouw
is
zeer
éénvoudig
gehouden,
maar
toch
is
er
nog
iets
van
het
oude
karakter
bewaard
gebleven.
De
verdiepingen
van
de
oude
uitbreiding
aan
de
zijde
van
de
Raadhuisstraat
liggen
niet
op
dezelfde
hoogte
als
die
van
het
hoofdgebouw
en
daarom
zijnde
echte
trappen
uit
het
Louis
XVl
-
huis
toegepast,
zooals
bijv.
naar
de
kamer
van
den
directeur.
De
school
is
aan
den
anderen
kant
vergroot
door
bijtrekking
van
perceel
175.
Ook
de
oude
gevel
is
blijven
staan,
maarde
stoep
is
verdwenen
en
de
ramen
zijn
verplaatst,
in
verband
met
het
verleggen
van
de
verdiepingen.
Maarde
pijlers
van
den
voorgevel
zijn
behouden
gebleven
en
inden
bovengevel
staat
het
alliantie
-
wapen
van
den
lakenkooper
Willem
Hendrik
Kerckrinck
(1684
—1733)
en
zijn
vrouw,
de
burgemeestersdochter
Sophia
Adriana
Huydecoper,
die
het
huis
stichtten.
Volgens
aanwijzingen
van
den
secretaris
van
Heemschut,
architect
A.
A.
Kok,
is
het
hersteld
en
weer
inde
heraldische
kleuren
geschilderd.
In
dit
nieuwe
gedeelte
zijn,
behalve
verschillende
klasselokalen,
het
teekenlokaal,
de
vaklokalen
voor
natuur
-
en
scheikunde,
de
docentenkamer
en
(beneden)
de
conciërge-woning
gevestigd.
Inden
tuin
is
een
groote
gymnastiekzaal
uitgebouwd.
Zoo
is
het
huis
van
Coymans
dus
nu
een
groote
school
geworden,
en
dat
tegen
een
prijs,
die,
ondanks
de
tegenvallers
bij
de
restauratie,
toch
nog
lager
is
dan
die
van
den
bouw
vaneen
nieuwe
school.
Nu
er
hier
ter
stede
af
en
toe
een
stormpje
opsteekt
tegen
de
z.g.
restauratiewoede,
moge
dat
hier
worden
gecon-
99