Tekstweergave van GA-1933_MB020_03015
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM
de
haven
van
Amsterdam),
maar
ongelukkigerwijs
heeft
Fruin
reeds
in
1870
onweder
-
legbaar
aangetoond,
dat
die
woorden
niet
door
Van
Beuningen
kunnen
zijn
gebezigd.
Wel
erkent
Fruin
dat
zij
in
geen
mond
beter
gepast
zouden
hebben
dan
in
dien
van
dezen
fieren,
wel
eens
overmoedigen
gezant,
en
dat
zij
daarom
blijkbaar
algemeen
werden
geloofd.
(4)
~Later(?!)
benoemde
Willem
111
hem
tot
Burgemeester
van
de
Nederlandsche
hoofdstad”.
Zooveel
woorden,
zooveel
onjuistheden.
Toen
Van
Beuningen
in
1668
nog
als
gezant
aan
het
Fransche
hof
verbleef,
werd
hij
tot
schepen
benoemd
en
hoewel
hij
twee
volle
jaren
inde
schepenbank
zitting
moest
hebben
om
verkiesbaar
te
zijn
tot
burgemeester,
wist
de
oppermachtige
Burge
-
meester
Valckenier
door
te
drijven
dat
hij
reeds
in
1669
naast
hem
werd
benoemd.
De
Prins,
die
immers
eerst
in
1672
tot
Stadhouder
werd
uitgeroepen,
had
daarin
volstrekt
geen
aandeel.
De
terminologie
van
Amsterdam
als
de
Nederlandsche
hoofdstad
is
vol
naïef
anachronisme.
Even
onjuist
zou
het
zijn
om
inde
17e
eeuw
Brussel
de
hoofdstad
van
België
te
noemen.
Amsterdamwas
zeker
de
voornaamste
stad
inde
republiek
der
zeven
geünieerde
gewesten,
maar
daarom
was
zij
toch
nog
lang
niet
„de
Nederlandsche
hoofdstad”.
(5)
Van
Beuningen
was
na
den
dood
van
Valckenier
in
1680
de
groote
tegenstander
in
Amsterdam
van
de
politiek
van
Willem
111.
Hij
werd
door
den
Prins
zoo
gehaat,
dat
deze
hem
eens
het
hoofd
voor
de
voeten
dreigde
te
leggen.
Dat
een
vermeende
aanslag
op
het
leven
van
den
stadhouder
de
oorzaak
zou
zijn
geweest
van
de
ziekte
van
Van
Beuningen,
die
tot
ongeneeslijke
krankzinnigheid
zou
leiden,
is
weer
zoo’n
hardnekkig
ver
-
zinsel
uit
vroeger
tijd.
Daarvoor
bestonden
geheel
andere
redenen.
Reeds
in
het
begin
van
1686
nam
Van
Beuningen
ontslag
uit
al
zijn
bedieningen.
Daarna
zijnde
teekenen
van
zijn
vreeselijke
kwaal
onmiskenbaar
geworden.
Eerst
nadat
in
1689
Willem
en
Maria
tot
Koning
en
Koningin
waren
gekroond,
is
een
aanslag
op
het
leven
van
den
Koning-Stadhouder
in
Engeland
verijdeld.
We
vragen
ons
af,
uit
welke
troebele
bronnen
deze
mislukte
biographie
wel
kan
geput
zijn.
Het
is
als
een
parodie,
die
ons
doet
denken
aan
het
versje
dooreen
leer
-
linge
van
Meester
Pennewip
op
admiraal
de
Ruyter:
„Hij
is
op
een
toren
geklommen,
en
heeft
daar
touw
gedraaid,
Toen
is
hij
op
zee
gekommen,
en
werd
met
roem
bezaaid”
....
Het
Paleis-Raadhuis.
Ingediend
is
een
wetsontwerp
verhooging
van
het
eerste
hoofdstuk
der
rijksbegrooting
voor
het
dienstjaar
1931
(Huis
der
Koningin),
Daarbij
wordt
het
aandeel
inde
kosten
van
den
rijksgebouwendienst,
voor
zoo
-
veel
betreft
de
onder
leiding
van
dien
dienst
nader
te
verrichten
werkzaam
-
heden
aan
het
Koninklijk
paleis
op
den
Dam
te
Amsterdam,
verhoogd
met
/
6500
en
mitsdien
gebracht
op
/
81,500.
Bij
de
voortzetting
van
de
buiten
-
restauratie
van
den
gevel
naar
de
zijde
van
den
N.Z.
Voorburgwal
bleek,
dat
vooral
het
bovengedeelte
in
zeer
slechten
staat
verkeerde.
Voornamelijk
als
gevolg
van
roestvorming
aan
de
ankers,
waar
-
mede
de
natuursteen
is
bevestigd,
bleken
groote
stukken
natuursteen
te
zijn
ge
-
scheurd
en
verschoven.
Dezelfde
invloed
had
scheuren
veroorzaakt
inde
drie
zware
bronzen
beelden.
Éen
en
ander
eischte,
ter
voorkoming
van
ongevallen,
direct
ingrijpen.
Hierdoor
moest
in
1931
/
6500
meer
worden
verwerkt,
dan
voor
dat
dienstjaar
was
toegestaan,
en
zal
wellicht
ook
in
1932
eenige
overschrijding
voorkomen.
Dit
wetsontwerp
is
door
de
Tweede
Kamer
op
15
December
goedgekeurd.
KLEINE
VONDSTEN
Zeebaden
in
1814.
-
Henderikus
Jansen
door
eenige
huisgezinnen
aange
-
zocht
zynde
op
raad
van
geneesheeren
om
hen
van
zeewater
te
voorzien,
en
daarin
reeds
werkzaam
zynde
is
te
rade
geworden
om
eene
groote
hoeveelheid
mede
te
brengen,
om
ook
andere
perso
-
nen
daarvan
te
gerieven,
tot
eene
zeer
matige
belooning
voor
zyne
moeite;
kunnende
een
ieder
verzekerd
zyn
van
de
echtheid
van
het
water
en
de
zuiver-
15