Tekstweergave van GA-1933_JB030_00390

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
Reinfranck (D. E.), kastenmaker, 15, noot. Reinhardt, van Laar en Comp. (G.), tabaks - verwerkers en gezouten vischKandelaren, 169, noot. Reinhardt en Zoon, sigarenmakers, 116. Reinhardt en Zoon(Johs.), tabaksverwerkers, 169. Reuvekamp (H.), makelaar, 179. Ribbeek (C. G.), speelkaartenmaker, 33, 35, noot. Ribbeek en Bleyenburgh, speelkaartenmakers, 35, 35, noot. Richard (Is.), glasbuiger, 88, noot. Richard (L.), glasbuiger, 88, noot. Riessen (A. van), makelaar, 86. Riethaller, zie D, C. Wagenmann en —. Romyn (C.), boekverkooper, 49, noot. Roschar (J. G.), kastenmaker, 15, noot. Rossen (Pieter van), 112. Rossum (Gysbert van), linnenpakker, 74. Roux (G. Ie), passementmaker, 6. Rutten (Anthony), koperslager, 63. Ruyter (Paulus de), stalen zeilnaaldenmaker, 54. s Sabatery (Joseph), kasten- en stoelenmaker, 150. Sangers (K.), zie P. van der Sluys en —. Sart (Abraham du), zijdeverver, 112. Sart (Isaac du), zijdeverver, 112. Sart (Isaac en Abraham du), zijdeververs, 112. Schaap, zie Pieper en —. Schaap (Cornelius), salpeterraffinadeur, 100. Schaap (Gebr.), salpeterraffinadeurs, 100. Schalekamp en Comp. (M.), lakmoesmakers, 104. Schelte (J.), makelaar, 89. Schendelaar, zie Schollevanger en —. Schermacher, salmoniakstoker, 72. Schmidt (C. F.), commissionair, 148, noot. Schmidt en Comp., blauwselmakers, 164, noot. Schneider (Frederik), kastenmaker, 15, noot. Scholl en Lobé, vollers, 162, noot. Schollevanger en Schendelaar, tapijtmakers, 165. Scholten (Jan), zwavelluchtmaker, 71. Scholten (Wed.), zwavelluchtmaakster, 71, noot. Schoor (A. V. D.), lintenmaker, 160. Schorrenbergh (J. van), makelaar, 31. Schorsius (Carel Lodewijk), tingieter, 153, noot. Schultze (Z.), kaarsenmaker, 111, noot. Schultze, zie Janszen, Barckmeyer en —. Schut (M.), papierdrukker en verver, 119. Selm (J. C. van), hnieerder, 172, 172, noot. Selm en Comp. (J, C. van), linieerders, 172, 172, noot. Selter (Frederik), 112. Silleman (Willem), goud- en zilversmid, 50, noot. Sluys en K. Sangers (P. van der), pakkisten - makers, 140. Smelt (A. en C.), kamelotters, 38, noot. Smelt (C.), kamelotter, 38. Smit (George), hoedenmaker, 85. Snyders (H.), makelaar, 22. Snyders (Hendrik), tabaksverwerker, 169, noot. Snyders en Brink, tabaksverwerkers, 169, noot. Speet (Jan van Thiel), rijtuigmaker, leerlooier en zeemtouwer, 126. Stadlander (Jan), zeepzieder, 52, noot. Stadlander (Jan Hendrik), zeepzieder, 52, noot. Stadlander en Comp. (Jan), zeepzieders, 52, noot. Steen en Comp. (Dirk), 32. Steenbergen (Hendrik), touwslager, 28. Stephan (D.), makelaar, 23, 50. Stoltenkamp en Zoon (J. M.), kalanders en glanzers, 64. Strumphler (J. S.), orgel- en pianomaker, 155, 155, noot. Stumpff (J, C. N.), muziekdrukker, 152. Suyderhoff (P. A.), makelaar, 23. T Tack (J. F.), azijnmaker, 107, 107, noot. Temmm (H.), scheepstimmerman, 110, noot. Teves (P. J.), orgel- en pianomaker, 155. 316