Tekstweergave van GA-1933_JB030_00203

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
het Stadhuis hing. Den naam van den calligraaf noemt hij echter niet. Wel deelt hij mede, dat in dezelfde kamer hetzelfde gedicht „ineen vierkante zwart marmer tafereel (dat, met een ebbenhoute lijst daer rontom, aen de muur te pronk hangt) zeer kunstigh met Latijnsche letteren, die vergult zijn, door eenen Elias Noski (is) gesneden”; dit was door den vervaardiger op 30 April 1660 aan Burgemeesteren van Amsterdam aangeboden. Beide stukken zijn thans niet meer in het Stadhuis aan - wezig; het laatstgenoemde bevindt zich thans in het Historisch Museum inde Waag. Uit hetzelfde jaar 1637 dateert eendoor Coppenol gecalligrafeerd gedicht van Huygens, getiteld „Op den Aerdkloot inden vloer van het Stadhuys tot Amstelredam”. Zoowel inden catalogus van 1873 als van 1882 komt dit voor 1 . Waarvoor het heeft moeten dienen, is niet bekend, maar het versterkt onze opvatting, dat Coppenol geregeld werk had van Huygens om diens gedichten voor bijzondere gelegenheden te calligrafeeren. Niet alleen het gedicht van Huygens, maar ook een gedicht van Vondel werd door Coppenol voor de Burgemeesterskamer gecalligrafeerd. Wij lezen bij Arn. Houbraken 2 , dat Jan Lievens (in 1636) de eer heeft gehad van op het Stadhuis te Amsterdam, evenals Covert Flmck en Ferdmand 801, een voornaam stuk te schilderen, met het volgende bijschrift van Vondel, „door den berugte pen- en penceelschnjver Koppenol daar onder geschreven”; „De zoon van Fabius gebiet zijn eigen vader Van t paert te stijgen, voor Stads eer en achtbaarheid. Die kent geen bloed, en eischt dat hij eerbiedig nader. Dus eert een man van staat, het ampt hem opgeleid 3 . Dit stuk van Lievens is thans nog te zien boven den schoorsteen m de Burgemeesterskamer. Het gecalhgrafeerde bijschrift van Coppenol is echter sinds lang vervangen dooreen geschilderd, hetwelk thans nog aanwezig is. Of is Coppenol de vervaardiger der geschilderde letters? Ook de schilderijen van Flinck en 801, eveneens een tweetal scènes uit de Romeinsche geschiedenis voorstellend, 1 Catalogus 1873: n°. 56, 1657 (aet. 58), Op den Aerdt - en Hemelcloot in ’t Stadhuys tot Amstelredam, d. Constanter (C. Huygens), poèmes. Ms. If. haut 74 cent., larg. 31 c ... f 13. —; Catalogus 1882, n°. 423. 2 De groote Schouhurgh der Nederlantsche Konstschilders en schilderessen , 2e dr., dl. I (1753), blz. 298. Vgl. H. Schneider, Jan Lievens, sein Leben and seine Werden (1932), blz. 65 en 117. 3 Voor het eerst verschenen in Klio's Kraam (1657), blz. 197. 132