Tekstweergave van GA-1933_JB030_00196
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
De
handteekening
van
Coppenol
onder
dit
stuk
verraadt
den
geroutineerden
schrijfmeester.
Op
2
Juli
1644
werd
het
huwelijk
voor
schepenen
van
Amsterdam
gesloten.
Van
de
afkondiging
van
het
huwelijk
inde
Doopsgezinde
kerk
dd.
19
Juni
1644
door
den
leeraar
Jan
Pietersz
de
Lannoy
maakte
Coppenol
die
geen
gelegenheid
scheen
voorbij
te
laten
gaan
om
zijn
kunst
te
toonen
—een
fraai
gecalligrafeerde
memorie
op
perkament,
welke
zich
thans
bevindt
in
het
Vondel-Museum
te
Amsterdam
(zie
afb.
4).
Het
echtpaar
bleef
vermoedehjk
nog
voorloopig
m
het
huis
aan
den
Singel
gevestigd,
immers
bij
de
huwelijksinteekening
van
Coppenol
s
zoon
Pieter
dd.
21
Januari
1645
wordt
als
diens
woonplaats
„op
de
Coninxgracht
aangegeven.
Niet
lang
daarna
verhuisde
Coppenol
echter
óf
naar
de
Keizersgracht
óf
naar
de
Haarlemmerstraat.
Zette
hij
daar
wederom
een
school
op?
Uit
het
Verpondings
-
register
1
blijkt,
dat
„P(iete)r
Jacobsz
Vries
wed(uwe)”
eigenares
was
van
het
perceel
Keizersgracht
n
’,
7
en
dat
„Mr.
Coppenhol'’
als
mede-eigenaar
een
bedrag
van
21
gulden
en
vijftig
stuivers
jaarlijks
moest
betalen,
omdat
de
huurwaarde
ƒ
170.
bedroeg.
Dit
geld
werd
betaald
op
27
April
1648,
op
26
April
1649
en
22
April
1650.
Helaas
zijn
de
Verpondingsregisters
uit
deze
buurt
van
vóór
1648
en
na
1650
verloren
gegaan.
Uit
dezen
tijd
is
nog
van
belang
het
testament
van
Metje
Andriesdr,
weduwe
van
Reyer
Dirksz
Hoogsaet,
op
12
Oct.
1648
verleden
voor
den
Amsterdamschen
notaris
J.
van
Loosdrecht
2
,
waarbij
de
testatrice
als
voogden
over
haar
beide
nog
minderjarige
kinderen
Andnes
en
Grietje
mstelt
haar
zwager
Lieven
Willemsz
van
Coppenol
en
Cornelis
Claesz
„haer
overleden
mans
zusters
zoon
’.
Deze
Cornelis
Claesz
nam
later
ook
den
naam
Hoogsaet
aan
en
was
de
vader
van
den
kunst
-
schilder
Jan
Hoogsaet.
Toentertljde
werd
Coppenol
dus
nog
als
een
normaal
mensch
beschouwd,
doch
weldra
zou
de
ommekeer
komen.
Inden
loop
van
het
jaar
1650
kreeg
hij
een
hevigen
aanval
van
krankzinnigheid.
Hij
werd
geruimen
tijd
uitbesteed
ten
huize
van
den
boekdrukker
Chnstoffel
Conradus
op
de
Egelantiersgracht
te
Amsterdam,
waar
hij
op
een
bed
moest
worden
vastgebonden.
Medicijnen
hem
toegediend
door
1
Verpondmgsregister
(achtste
penning),
33
Da
f°.
14,
Gem.
Archief
Amsterdam.
Vgl.
F.
Lugt,
Wandelingen
met
Rembrandt
(1913),
blz.
16.
Coppenol
was
ook
nog
tot
ongeveer
1650
eigenaar
van
een
perceel
op
de
N.
Z.
Achterburgwal
(Spuistraat)
W.Z.
hoek
Lijnbaansteeg
Z.Z.,
zie
Verpondmgs
-
register
33
Ba,
f°.
67
v
en
33
B
b,
f°.
67
v.
2
Not.
Archief
Amsterdam,
n
J
.
1971,
f°.
194.
125