Tekstweergave van GA-1932_MB019_00050

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM schilderij van Jacob van Ruisdael te bezitten. Hij was bevriend met den stilleven - schdder Cornelis Kick, wiens schoonvader Harmen Claesz. Spaaroogh, „conciërge” van de Bank van Leening, bekend was om zijn rijke verzameling schilderijen, toen m later tijd, tijdens het Aansprekersoproer van 1696, het huis van den gehaten kapitein Martinus Spaaroogh, een zoon van den vorige, op het tegen - woordige Thorbeckeplein, door het grauw werd leeggeplunderd en ook vele schilde - rijen werden vernield, gingen daarbij ook „eenige capitale landschappen” van Kuisdael verloren (zie dit maandbl. 1931, blz. 1, 29). Langzamerhand had Ruisdael door zuinig overleg een klein kapitaaltje verzameld. In 1667 overviel hem echter een ernstige ziekte. Hij maakte toen zijn testament waarbij hij zijn zuster als eenige erfgename aanwees, maar met de bepaling, dat na zijn dood aan zijn vader de legitieme portie moest worden uitgekeerd, en dat deze het vruchtgebruik zou krijgen van het overige vermogen dat de erflater zou nalaten. Maar vier dagen later liet hij den notaris weder bij zijn bed komen en lernep het testament. Thans maakte hij zijn vader universeel erfgenaam, maar bepaalde dat de executeurs hem alleen de rente mochten uitbetalen! Mocht echter de oude man m ongelegenheid komen, dan moest men hem op zijn verzoek ineen gesticht mkoopen. Welk een kinderlijke liefde voor zijn vader spreekt uit deze beschikkingen, en hoe goed kende hij den man, die zelfs op lateren leeftijd niet met geld kon omgaan. Ruisdael herstelde geheel. Merkwaardigerwijs ging hij zich daarop met allen ijver wijden aan de studie der medicijnen. Veel is daarbij nog onopgehelderd moeten blijven, maar het staat vast dat hij te Caen in Normandië zijn studies voltooide en aldaar op 15 October 1676 met de kap tot doctor medicinae promoveerde, u V mm° n Van Z ' jn doctorsbul aan de heeren van het Collegium Medicum, werd de schilder tot het uitoefenen der praktijk toegelaten. Houbraken deelt mede dat Ruisdael verscheidene operaties met roem heeft verricht. Hoe gaarne zou men meer van zijn loopbaan als medicus vernemen! Slechts zijde - lings had hij te maken met een relletje dat in 1677 was ontstaan inde chirurgijns- f n . kterswereld, waarbij dr. Jan Baptist van Lamsweerde, de geneesheer van j | Maagdenhuis, het moest ontgelden. Ineen liederlijk pamflet werd hij uit - gescholden. Ruisdael leende toen aan zijn vriend en collega in nood een bedrag vail / 400, maar hij had reden zijn goedheid te betreuren. Van Lamsweerde vertrok spoedig uit Amsterdam en liet zijn schuld onbetaald. Ten slotte zag Ruisdael zich verplicht in Januari 1682 beslag te laten leggen bij een derde, die geld of goederen van Van Lamsweerde onder zijn berusting had. Dit is het laatste levensteeken, dat wij van den grooten schilder vernemen, doch het be wijst weer dat hij niet zonder middelen was. Geen twee maanden daarna maakte de dood een einde aan zijn werkzaam leven: op of omstreeks 10 Maart 1682 stierf hij vrij Zeker te Amsterdam, niet ouder dan 53 jaar. Op 14 Maart d.a.v. werd zijn stoffelijk overschot inde St. Bavokerk te Haarlem bijgezet, waar ook zijn oom Salomon rustte. Hiermede is voorgoed een einde gemaakt aan het veel verbreide verhaal, dat de groote Ruisdael zijn leven had geëindigd in het Aalmoezeniers- annex Tucht - en er huis inde Tuchthuisstraat te Haarlem, te midden van crimineele ge - vangenen, drankzuchtigen, invaliden en krankzinnigen. Mr. Wijnman heeft aan het icht gebracht dat met Jacob van Ruisdael de schilder, maar zijn neef en naam - genoot m het bedoelde gesticht als krankzinnige werd verpleegd en daar zijn einde heeft gevonden. Door deze en ook andere omstandigheden moet het oordeel over de waardeermg die Jacob van Ruisdael bij zijn tijdgenooten vond, geheel worden herzien. Hij was niet het miskende genie waarvoor men hem gehouden heelt, maar een in zijn tijd gewaardeerd kunstenaar, die in onbekrompen om - standigheden heeft geleefd, en die op middelbaren leeftijd nog voldoende energie bezat om m het buitenland tot doctor inde medicijnen te promoveeren. 42