Tekstweergave van GA-1931_JB028_00021

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
van het nieuwe jaar een menigte van 1793 leden mochten tellen, waardoor wederom de stijging van onze curve is bestendigd 1 . Vertoont ook hun liefde die stijgende lijn? Wij hebben hen een- en andermaal opgewekt tot vrijwillige contributie-verhooging en in November konden wij deze bede accentueeren door de publicatie vaneen becijfering des penningmeesters, volgens welke ieder lid ons dl/6. kost. In hartehjken dank mogen wij hier verklaren, dat ettelijken sindsdien hun bijdragen hebben opgevoerd en dat eenigen zelfs tot donateurshoogte zijn gestegen. Dat niet meer, veel meer leden aan onzen aandrang hebben gehoor gegeven, meenen wij niet aan doovemans-, eer aan tragemans-qualiteiten te moeten toeschrijven; met vertrouwen willen wij dan ook hier onze opwekking nogmaals herhalen en in Uw goedertierenheid aanbevelen. Ziet hier mijn verslag over 1930. Wel wijkt het in bouw en makelij ver af van de dertig jaarverslagen, die Gij tot dusver hebt mogen aanhooren en die alle naar een vast schema de belevenissen van het Genootschap afschilderden. In tegenstelling daartoe heb ik, na aanhaling van eenige dichtregelen van Hooft, met langgerekten adem en breedelijk uitgewijd over één onderwerp, om vervolgens al het overige in enkele volzinnen samen te persen, alles onder herhaalden terugval in water en nogmaals water. Gij moogt deze vrucht van Uw secretaris een wanstaltig product achten, wilt het nochtans in lankmoedigheid aanvaarden als zijn geesteskind, zij het dan met een waterhoofd. Mr. A. LE COSQUINO DE BUSSY, Secretaris. 1 (Noot van 20 Fehr. 1931:) Inde dagen, die sinds de plechtige ledenvergadering verliepen, zijn nog 38 nieuwelingen toegetreden, zoodat wij boeken aan leden voor 1931 : 1831. Hier welt uit onze borstkas de wenscb, dat Amstelodamum eerlang het jaarcijfer moge voorbijstreven en „lappen ! XIII