Tekstweergave van GA-1930_MB017_00063
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM
Museum
van
de
stad
Amsterdam
op
de
Nieuwmarkt
heeft
de
museum-commissie
van
het
Genootschap
voor
Joodsche
wetenschap
in
Nederland,
een
tentoon
-
stelling
ingericht,
die
betrekking
heeft
op
de
rouw-
en
treurceremoniën
in
het
Joodsche
leven.
Hierbij
was
de
mede
-
werking
verkregen
van
de
Joodsche
bibliotheken
in
deze
stad,
van
de
Ncd.
Israëlitische
Hoofdsynagoge,
het
Kön.
Oudheidkundig
Genootschap
en
nog
an
-
dere
instellingen.
De
expositie
bevat
o.a.
photo’s
van
de
oudste
zerken
op
de
begraafplaatsen
te
Muiderberg
en
te
Zeeburg,
oude
afbeeldingen
van
die
begraafplaatsen
en
velerlei
religieuse
en
administratieve
formulieren
welke
in
verband
staan
met
de
ter
aardebestelling.
Er
is
o.a.
een
„pakje
aarde
uit
het
Heilige
Land”,
hetwelk
den
doode
onder
het
hoofd
wordt
gelegd,
zoodat
hij
ook
buiten
Palestina
op
gewijde
aarde
rust.
Voorts
zijn
er
verscheidene
Hebreeuw
-
sche
gebeden
en
lijkredenen
bij
sterf
-
gevallen
in
het
Koninklijk
Huis.
Aan
de
rouwceremoniën
van
Joodsch-natio
-
nalen
aard
herinneren
de
zwarte
mantels
voor
de
wetsrollen,
welke
op
den
vasten
-
dag
worden
gebruikt
ter
herinnering
aan
de
verwoesting
van
Jeruzalem.
Deze
tentoonstelling
blijft
geopend
tot
de
maand
Juli.
Het
Blindeninstituut
verhuist
naar
het
Gooi.
De
hier
bedoelde
instelling
sedert
1880
inde
Vossiusstraat
gevestigd,
voldoet
na
een
bestaan
van
vijftig
jaar
niet
meer
aan
de
tegenwoor
-
dige
eischen.
Zij
zal
verplaatst
worden
naar
een
daartoe
aangekocht
terrein
onder
Huizen,
tegenover
„de
Gooische
Boer”
en
daar
zullen
met
behoud
van
de
boschrijke
omgeving
verschillende
gebouwen
verrijzen.
Ook
het
blinden
-
gesticht
op
de
Stadhouderskade
zal
daarheen
worden
overgebracht,
maar
de
oude
Alexanderstichting
te
Huis
ter
Heide
blijftin
wezen.
De
nieuwe
stichting
te
Huizen
zal,
naar
het
bestuur
ver
-
wacht,
in
1932
in
gebruik
worden
ge
-
nomen.
Amsterdamsche
Pakhuizen.
In
1928
is
bij
Martinus
Nijhoff
in
Den
Plaag
het
werk
verschenen
van
onze
stad
-
genoote,
Dr.
Magda
Révész
Alexander,
getiteld
„Die
alten
Lagerhauser
Amster
-
dams,
eine
kunstgeschichtliche
Studie”,
met
130
fraaie
afbeeldingen.
Wij
hebben
het
ook
hier
behandeld
(jrg.
1929,
bh
4)
en
daarbij
bijzondere
waardeering
be
-
tuigd
voor
ai
den
arbeid,
welke
deze
begaafde
vreemdelinge
met
zoo
onmis
-
kenbaar
oprechte
bewondering
heeft
be
-
steed
aan
onze
voorvaderlijke
pakhuizen
en
in
wijden
kring
aandacht
heeft
ge
-
vestigd
op
een
artistieke
schoonheid,
die
merkwaardigerwijze
met
zooveel
prac
-
tischen
zin
is
vereenigd.
Mocht
het
door
sommigen
worden
betreurd,
dat
het
mooie
werk
niet
in
onze
taal
was
ver
-
schenen,
dan
kon
het
toch
als
een
voor
-
deel
worden
aangemerkt
dat
het
met
een
vreemde
taal
tot
voertuig,
ver
over
onze
grenzen
de
oogen
zou
openen
voor
deze
bijzondere
uitingen
van
de
degelijke
oud-Hollandsche
bouwkunst.
Het
tweemaandelijkse!!
„prentenboek”
gewijd
aan
huisinrichting,
bouw-
en
sierkunst
„Het
Nederlandsche
en
Ned.-
Indische
huis,
oud
en
nieuw”
(jrg.
19,
afl.
1)
bevat
een
artikel
van
mevr.
Révész
onder
denzelfden
titel
als
haar
bock
en
waarin
zij
het
onderwerp
nog
eens
in
het
kort
heeft
o
ver
zien,
door
de
verschillende
in
oud-Amsterdam
bewaard
gebleven
pakhuizen
te
onderscheiden.
Daarbij
staan
weder
een
aantal
fraaie
platen,
welke
ook
in
het
werk
voorkomen.
Het
groote
werk
van
Prof.
Brug
-
mans
over
Amsterdam.
Ten
behoeve
van
dit
werk
in
vier
deelen,
waarvan
(ie
eerste
afleveringen
zijn
verschenen,
is
een
prijsvraag
uitgeschreven
voor
het
ontwerp
van
den
boekband.
Hiervoor
zijn
drie
prijzen
uitgeloofd
van
/
500,
/
230
en
/
150.
De
ingezonden
ontwerpen
zullen
worden
beoordeeld
dooreen
jury,
bestaande
uit
de
heeren
prof.
dr.
Brug
-
mans,
F.
Hoes,
Huib
Luns,
Lau
Peters
en
prof.
dr.
ir.
D.
F.
Slothouwer.
Exem
-
plaren
van
het
volledig
programma
zijn
kosteloos
verkrijgbaar
bij
de
n.v.
Uit
-
geverij
„Joost
van
den
Vondel”,
Euterpe
-
straat
44,
Amsterdam
(Zuid)
55