Tekstweergave van GA-1930_MB017_00061
Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
A
MSTELOD
AM
U
M
en
op
het
Leidscheplein.
De
bekendste
acteurs
uit
het
begin
van
de
19e
eeuw
worden
genoemd,
maar
uit
later
tijd
bijna
geen
enkele.
De
schrijver
bespreekt
eemge
operagezelschappen
uit
het
einde
der
18e
en
het
begin
van
de
19e
eeuw,
blijkbaar
volgens
Worp’s
Geschiedenis
van
den
Amsterdamschen
Schouwburg.
De
ruimte
hieraan
in
dit
korte
bestek
besteed,
evenals
aan
de
geschiedenis
van
het
Theater
Francais
op
de
Erwtenmarkt,
had
toch
beter
besteed
kunnen
worden
aan
het
tooneel
inden
jongeren
tijd.
De
Italianen
kunnen
geen
juist
begrip
krijgen
van
den
ouderdom
van
den
tegenwoordigen
Stadsschouwburg,
want
volgens
dr.
W.
werd
de
voorloopige
schouwburg
op
het
Leidscheplein
in
1874
vervangen
dooreen
fraai
oebouw,
dat
nu
in
gebruik
is
gegeven
aan
het
\
ereenigd
Tooneel
onder
directie
van
Verkade
en
Verbeek.
Wij
weten
allen
dat
het
steenen
gebouw,
dat
de
„houten
kast”
in
1874
verving,
inden
nacht
van
19
of
20
Februari
1890
afbrandde,
waarna
in
1894
de
tegenwoordige
Stadsschouwburg
ingewijd
werd.
Over
het
algemeen
komen
inde
Nederlandsche
namen
weinig
fouten
voor,
maar
die
van
onze
grootste
acteurs
inden
jongeren
tijd,
over
wie
gesproken
wordt
alsof
ze
nog
inleven
zijn,
schijnen
voor
de
Italiaansche
zetters
moeilijk
tc
zijn
geweest.
Zij
staan
hier
als
Louis
Bonwomeester
en
Willen
Royaards.
Elke
rubriek
wordt
besloten
met
een
literatuuropgave.
Inde
Enciclopcdia
italiana
wordt
zeer
veel
belangrijks
en
wetenswaardigs
over
Amsterdam
mede
-
gedeeld.
Het
komt
mij
echter
voor
dat
aan
het
verleden
soms
wat
te
veel
ruimte
is
toebedeeld,
ten
koste
van
het
heden.
Bertha
Wolteeson
AMSTERDAM
IN
DEN
PATRIOTTENTIJD
Over
dit
onderwerp
is
in
het
Amsterdamsch
Historisch
Museum
een
tentoonstelling
ingericht,
welke
gedurende
een
half
jaar,
nl,
tot
September
daar
te
bezichtigen
is.
Zij
is
inden
middag
van
20
Maart
met
eenige
plechtigheid
geopend.
Aan
de
nitnoodiging
van
het
Gemeentebestuur
om
de
opening
bij
te
wonen
hadden
velen
gevolg
gegeven,
waarbij
enkele
gemeenteraadsleden,
bestuursleden
van
het
Kon.
Oudheidkundig
Genootschap,
Amstelodamum
en
anderen,
geschiedkundigen
en
oudheidkenners.
.
,
De
heer
E.
Polak,
wethouder
o.a.
voor
de
kunstzaken,
herinnerde
m
zijn
openingswoord
dat
de
steeds
betreurde
archivaris
der
gemeente,
wijlen
dr.
Joh.
C.
Breen,
reeds
jaren
geleden
het
plan
voor
een
tentoonstelling
van
dezen
aard
had
ontworpen
en
voorbereid
en
dat
thans
aan
een
lievelingswensch
van
hem
werd
voldaan.
De
wethouder
bracht
dank
aan
de
beide
personen
die
de
leiding
hadden
gehad
bij
de
samenstelling,
aan
den
heer
C.
W.
H.
Baard,
directeur
van
het
museum
en
aan
dr.
M.
G.
de
Boer,
die
de
rangschikking
had
verzorgd.
Voorts
aan
mr.
D.
F.
Pont,
burgemeester
van
Hillegom,
die
uit
zijn
verzameling,
fraaie
uit
de
hand
gekleurde
prenten
had
willen
afstaan
uit
„Het
verheugd
Amsterdam
,
het
bekende
plaatwerk
betreffende
het
bezoek
van
Willem
V
en
Prinses
Wilhchnma
in
1768.
De
bruikleengever
was,
blijkens
een
dezen
middag
ontvangen
telegram,
niet
inde
gelegenheid
geweest
aanwezig
te
zijn.
De
heer
Polak
vestigde
er
aandacht
op
dat
de
tentoongestelde
reeks
van
prenten
en
gedrukte
stukken
reeds
een
aanvang
nam
met
de
woelingen
in
1748,
de
zoogenaamde
Doelisten-bewegmg
en
o.a.
een
zoo
bekend
kabaal
als
dat
tegen
Daniël
Raap.
Uit
dit
tijdperk
dagteekent
een
verzet
waarin
de
democratie
zich
voor
het
eerst
deed
gelden.
Inden
eigen
-
lijken
Patriottentijd
heeft
het
zich
nog
sterker
uitgesproken
en
eerst
in
onze
dagen
is
het
ideaal
bereikt
dat
de
bevolking
in
al
haar
geledingen
aandeel
kan
nemen
aan
het
bestuur.
De
wethouder
verklaarde
de
tentoonstelling
geopend
en
verleende
het
woord
aan
dr.
M.
G.
de
Boer,
die
aan
de
aanwezigen
inlichtingen
verstrekte
over
de
volgorde
en
de
opvatting
welke
bij
de
inrichting
had
voorgezeten.
Hij
deelde
daarbij
mede
dat
het
werk
van
nu
wijlen
dr.
Breen
door
hem
was
voortgezet.
Nagenoeg
alleswas
ontleend
aan
de
rijke
verzamelingen
in
het
Gemeente
Archief
53