Tekstweergave van GA-1930_MB017_00009

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM MAANDBLAD VOOR DE KENNIS VAN AMSTERDAM ORGAAN VAN HET GENOOTSCHAP AMSTELODAMUM HET OUDE EN HET NIEUWE AMSTERDAM In het onlangs verschenen, fraai uitgevoerde en met zorg geïllustreerde werk van den heer Henri Polak, onder den titel „Het kleine land en zijn groote schoon - heid” (Em. Querido’s uitgevers-maatschappij), heeft deze onvermoeide strijder één doorloopend, welsprekend pleidooi geleverd voor eerbiediging en behoud van het stedelijk en landelijk schoon in geheel Nederland. Reeds in het eerste hoofdstuk, waar de schrijver de groote steden behandelt, vindt de lezer een kernachtige samen - vatting van de ontwikkelingsgeschiedenis van Amsterdam. Wij zouden geneigd zijn om geheele bladzijden aan te halen, maarde hier beschikbare ruimte laat het niet toe. Toch enkele gedeelten. Er is veel veranderd in het oude stadsbeeld. Op vele punten is het zoodanig gewijzigd, dat het bij vergelijking met oude afbeeldingen van dezelfde punten, niet meer te herkennen valt. Grachten werden gedempt, bruggen verlaagd, straten verbreed, torens, waag- en poortgebouwen gesloopt; het prachtige gezicht op de stad van het IJ uit, werd door den bouw van spoorweg en station op kunstmatige eilanden inde oude haven (den gruwelijksten aanslag ooit op de schoonheid eener stad gepleegd) voor altijd vernietigd; wallen en burg - wallen werden geslecht en in hun plaats kwamen leelijke straten; in het stadsbeeld niet passende groote en kleine gebouwen vervingen maar al te vaak, schoone, althans eigen - aardige oude gevels, men heeft, vooral inde 19e eeuw, doch ook, zij het in mindere mate, in onzen tijd, al het mogelijke gedaan, om de stad van hare schoonheid te berooven, doch men is er niet in geslaagd. Deze schoonheid is gebleken onverwoestelijk te zijn. Vorm en indeeling der oude stad zijn zoodanig, dat veranderingen, hoe ingrijpend ook, hunne karakteristieke eigenschappen nimmer geheel kunnen doen verloren gaan. Een greep uit de lofspraak op de nooit volprezen Amsterdamsche grachten: Het buitenland heeft niets van dezen aard. Venetië is een stad van geheel anderen aard en volkomen eigen schoonheid en karakter. De weinige grachten, blijkbaar onder Hollandschen invloed ontstaan, evenals de oude huizen, die er langs staan, in sommige Duitsche Oostzee - steden, kunnen, wat omvang en beteekenis betreft, niet met de Amsterdamsche ver - geleken worden, evenmin als de enkele Kopenhaagsche grachten. Brugge alleen zou met Amsterdam kunnen wedijveren, wat de schoonheid harer grachten betreft, al is deze ook anders dan de Amsterdamsche, doch blijft, wat uitgebreidheid van het graohtenschouwspel betreft, bij de Nederlandsche hoofdstad verre ten achter. In het eigen land zijn talrijke groote, middelbare en kleine steden, die met fraaie grachten prijken Utrecht, Haarlem, Leiden, Delft, Leeuwarden, Alkmaar, Dordrecht, Middelburg, Amersfoort, Harlingen, de stadjes langs de Zuiderzee, waaronder men er aantreft, wier schoonheid weergaloos is, als het Oude Delft inde stad van denzelfden naam; doch al mogen enkele kunnen ver - geleken worden met de Amsterdamsche grachten wat hoedanigheid betreft, wat hoeveel - heid en uitgestrektheid aangaat, staat de hoofdstad ongenaakbaar bovenaan. Wij veroorloven ons nog een langer citaat, dat onder den hierboven geplaatsten titel kan doorgaan. Zoo ligt daar de oude stad op haar talrijke grachteneilanden, door honderdtallen bruggen verbonden, als een heerlijk antiek juweel, dat niet opvalt door felle glinstering van kost - bare edele gesteenten en metalen, doch bekoort door zijn fraaie lijnen, zijn nobele teekening, zijn zachten glans. Want hier zijn het niet grootsche gebouwen, kostelijke paleizen, drieste triomfbogen, monumentale kerken, pralerige gedenkteekens, die de stad haar wezen en karakter geven. Hier hebben geen prachtlievende vorsten, geen machtige alleenheerschers gewoond, die monumenten van hun kortstondige heerlijkheid en van hun spilzucht achter - lieten. Hier zijn geen boulevards vol groote bouwwerken achter welke geheele wijken van sombere, eenvormige, leelijke straten verborgen liggen. Hier is alles belangwekkend, karakteristiek; hier is het de stad zelve, in haar geheel, met hier en daar slechts een be - scheiden monumentaal accent, een geestigen toren, een speelseh bruggencomplex, zich vertoonend als „a thing of beauty”. Alle elementen der groote schoonheid van het kleine land zijn hier vereenigd en zoo is Amsterdam de volmaakte vertegenwoordiging van alles, dat Nederland bekoorlijk en aantrekkelijk doet zijn.