Tekstweergave van GA-1929_MB016_00026

Deze tekst is automatisch getranscribeerd en kan fouten bevatten.
AMSTELODAMUM van geestdrift voor dit plan. Hij was toen reeds gekozen als bouwmeester van het Amsterdamsche Sanatorium voor Dorstlijders „Hoog Laren”. Nu belastte hij zich met de geheele inrichting van de feestmarkt, een artistieke fancy-fair vereenigd met een kunstenaarswijk, in het Paleis voor Volksvlijt. Hij verzorgde alles tot in de kleinste onderdeden en schiep een zeer aantrekkelijk en kunstrijk geheel, dat in zijn aard wel niet is overtroffen. Zijn ijver en zijn werkzaamheid waren aan geen tijd gebonden, want hij werkte dag en nacht. Ondanks de hooge toegangsprijzen was het bezoek uit het geheele land zeer talrijk en de bruto-opbrengst beliep ruim / 93,000. F De schrijver weerspreekt de dikwijls vernomen bewering dat Cuypers duur was in zijn werk. Dit is echter ten deele slechts waar. Sterk sprak in hem de artist. Had hij de keus tusschen mooie en minder mooie zaken, dan koos hij de mooie en dus ook wel de duurste. Wanneer hem echter een bepaalde eisch 'werd gesteld, dan hield hij daarmee rekening en leverde toch goed werk. Voorbeelden daarvan zijn het reeds genoemde sanatorium te Laren en villa’s te Noordwijk, die hij kant en klaar leverde voor 4000 gulden. Onder de werken van dezen architect vermeldt de schrijver bekende huizen in het begin van de Sarphatistraat: het woonhuis van de familie Teixeira de Mattos en het huis met de kliniek van dr. Mendes de Leon; Cuypers’ eigen huis met het belendende bij het Rijks - museum ; het gebouw van de Amsterdamsche Bank (en haar bijkantoor inde Sarphati - straat), dat van het Algemeen Handelsblad en een villa inde Van Eeghenstraat. Naast deze enkele blijven vele belangrijke werken buiten Amsterdam hier onvermeld (het station te ’s-Hertogenbosch, de uitbreiding van Oranje Nassau-oord, het gebouw van de „Dordrecht” aldaar, het landhuis „de Hooge Vuursche” te Baarn, en nog tal van andere; ziekenhuizen, sanatoria, scholen en pensionaten, kerken en kapellen, kantoer - en bankgebouwen, gemeentehuizen, winkels, graf- en andere monumenten, retraite - huizen e.t.q.) Bijzonderen nadruk legt mr. Vissering, m dezen door eigen ervaring en aanschouwing bij uitstek bevoegd, op de groote beteekenis van Eduard Cuypers als degeen die een hervormer is geweest en die den stoot heeft gegeven tot de ontwikkeling van de (Europeesche) bouwkunst in Indië. Met eerbiediging van het systeem der oude („Compagnies”-)huizen te Batavia, is hij er m geslaagd, het eerst inde Vorstenlanden, het type te ontwerpen van een landhuis, tegelijk Indisch huis, dat als een welgeslaagde proeve waste be - schouwen vaneen gerieflijke Europeesche woning inde tropen. Er werden hem spoedig vele adviezen gevraagd en vele opdrachten gegeven, zoodat hij samen met den heer H. J. Hulswit, te Weltevreden het architectenbureau Cuypers en Hulswit opnchttc (later Cuypers & Fermont). Zoo zijnde monumentale gebouwen ont - staan van den hoofdzetel der Javaschc Bank te Batavia en voor hare agent- in tien verschillende plaatsen over den Archipel verspreid; van de „Factory” in drie plaatsen; van de Ned. Ind. Escompto Maatschappij te Weltevreden en te Medan; van Lindeteves—Stokvis te Soerabaja en te Batavia; en nog minstens een tiental andere. Daarbij is een climax op te merken en te waar- 18